Nieuw groen in landelijk gebied
In de laatste decennia van de vorige eeuw
werden steeds vaker landschapsarchitecten
betrokken bij de planvorming van grote bos-,
recreatie- en landschapsprojecten. Het Veerse
bos en het Lingebos uit de jaren '60 zijn daar
voorbeelden van. Later ontstonden ook de
zogenaamde 'groene sterren' zoals Spaarn-
woude, de Delftse Hout en de Grote Wielen
bij Leeuwarden. Grote waterplassen die over
bleven na de winning van zand of grind werden
vaak voor recreatie ingericht. En Rijkswater
staat liet zich adviseren door de afdeling
Verkeerswegen van Staatsbosbeheer over
de tracékeuze, vormgeving en inpassing
van nieuwe wegen, verkeersknooppunten,
ecoducten en kanalen. Dat gebeurde ook bij
de groene begeleiding van diverse kunst
werken van de Deltawerken. Waterschappen
en Provinciale Waterstaten realiseerden
vergelijkbare (groene) objecten en energie
bedrijven omgaven hun nieuwe trafo- en
gasbehandelingsstations met groen. Bij de
planvorming voor de Oostelijke- en Zuidelijke
IJsselmeerpolders en het Lauwersmeer kregen
de situering en vormgeving van grote bos- en
recreatieprojecten en de inrichting van nieuwe
natuur veel aandacht en geld! Ook werd een
duidelijke groene hoofdstructuur ontworpen
met onder andere de aanleg van robuust
groen langs wegen en kanalen. Op het 'oude
land' bood de nieuwe Landinrichtingswet meer
mogelijkheden voor nieuw bos, natuur en
recreatie. Ook de Herinrichtingswet Oost-
Groningen, Gronings-Drentse Veenkoloniën
(HOG/GDV) en de speciaal voor West
Nederland ontwikkelde Randstad Groen
structuur (RGS) hadden vele tientallen bos-,
natuur- en recreatieprojecten als resultaat.
Kortom: Omdat vooral bij de grote rijks
projecten veel eisen werden gesteld aan
het ontwerp van landschap en groen en veel
geld beschikbaar was, vormen vooral deze
plannen nu de iconen van het Post 65 groene
erfgoed. De bijvangst van onze zoektocht
leverde een aantal nieuwe uitbreidingen of
reconstructies van landgoederen en buiten
plaatsen zoals zichtlijnen en lanenstructuren
op. Ook deze nieuwe objecten verdienen
waardering en/of 'herijking'.
(Zie: Heemschut 2022, nummer 3,
pagina 22-23.)
Beschermenswaardige robuuste stedenbouwkundige groenstructuur in de Vinexwijk Houten-Zuid.
Ontwerp: TLU Landscapsarchitecten, Utrecht, 1997
Groen in stedelijke omgeving
De laatste vijftig jaar kenmerken zich door
de toenemende behoefte aan groen in de
stedelijke omgeving. Daardoor zijn veel mooie
voorbeelden ontstaan van (ecologische)
stadsparken, -bossen, pleinen en begraaf
plaatsen. Maar ook in de stadsvernieuwing
(groeikernen) en bij stadsuitbreidingen
(Vinexwijken) evenals bij de aanleg van
ontsluitingswegen, kantoor- en bedrijven
parken en 'industrielandschappen' werd
steeds vaker samengewerkt tussen steden
bouwkundigen en landschapsarchitecten.
Robuuste groene stedenbouwkundige
hoofdstructuren met (ecologische) tussen
gebieden (wiggen), groene bufferzones en
recreatieve uitloopgebieden werden gebruikt
als basis voor nieuwe uitbreidingsplannen.
Overig groen
Bij de zoektocht kwam de werkgroep ook nieuw
aangelegde of uitbreidingen tegen van arboreta,
natuureducatietuinen, heemtuinen, eco-groen,
collectietuinen en herdenkings- en herinnerings-
bossen en -bomen die de moeite waard zijn
om in stand te houden en zo nodig beter te
beschermen.
Recreatieprojecten
Een aparte categorie betreft de vele
vakantieparken, het wonen of recreëren
aan het water, pretparken of golfterreinen
die vooral na 1965 op grote schaal zijn
gerealiseerd. Vooral door samenwerking tussen
architecten en landschapsarchitecten zijn
waardevolle voorbeelden tot stand gekomen,
waarvan een aantal of onderdelen daarvan
zeker bescherming verdient.
Natuurontwikkeling en nieuwe natuur
De grootschalige en spraakmakende
plannen voor natuurontwikkeling bijvoor
beeld het Plan Ooievaar, de Blauwe Kamer,
de Duursche Waarden en de verschillende
in de landinrichting gerealiseerde natuur
ontwikkelingsprojecten verdienen het
ook om opgenomen te worden in de
lijst Post 65 groen.
Architecten en ontwerpers
Het documenteren en het archiveren van
het werk van tuin- en landschapsontwerpers
gebeurt, maar kan misschien verder worden
uitgebreid. Want als we de iconen uit de Post 65
periode formeel zouden willen beschermen,
is meer informatie nodig over bijvoorbeeld
opdrachtgevers of de ontwerpfilosofie van
de architect, het jaar van aanleg, detail
beschrijvingen enzovoorts.
Suggesties voor vervolgonderzoek
De werkgroep Post 65 Erfgoed pleit voor
vervolgonderzoek per thema of categorie,
waarbij door middel van bijvoorbeeld
gesprekken met ontwerpers, ontwerp
bureaus en opdrachtgevers en door het
verrichten van archiefonderzoek meer
relevante informatie over beschermens-
waardig Post 65 groen beschikbaar komt.
Het verzamelde materiaal zou zo een goede
basis kunnen vormen voor het starten van
relevante beschermingsprocedures.
Pier Bosch is oud-consulent bos- en landschaps
bouw bij Staatsbosbeheerlid van de werkgroep
Post 65 en van Heemschut Groningen.
35 HEEMSCHUT
Maart 2022