NIEUW GEMEENTELIJK BELEID
Wethouder Meliani van Amsterdam
Een potentiële ommezwaai met grote gevolgen voor een groot deel van de
gebouwde omgeving. Amsterdam zet als eerste gemeente in Nederland erfgoed
een stuk meer vooraan in het proces van ruimtelijke ontwikkelingen. Wethouder
Touria Meliani, met Monumenten en Archeologie in haar portefeuille, verzekert
ons dat het geen papieren tijger zal zijn.
Zonde van Leeuwenburg
In gelul kan je niet wonen
Christian Pfeiffer
De wens om erfgoed eerder in het proces
van vernieuwing te betrekken is formeel
vastgelegd in de bestuursopdracht Erfgoed
in een dynamische stad. Een bestuursopdracht
is een opdracht van het college aan alle
ambtenaren. Een briefje met 'zo moet het',
dus. En dat is in het geval van erfgoed anders
dan het altijd ging.
'Amsterdam groeit hard, net zoals de rest
van Nederland en we merkten als gemeente
dat erfgoed niet goed in die belangenafweging
is vertegenwoordigd. We weten dat we de
komende jaren gemiddeld 7500 huizen per
jaar moeten bijbouwen in de stad, maar we
willen dat monumentale waarden daar een
belangrijke rol in gaan spelen', zo legt Meliani
Wethouder Meliani: Het laten staan van huizen is
bovendien heel duurzaam. Foto: Gemeente Amsterdam
uit. Amsterdam gaat vanaf nu de erfgoed
waarden van de bestaande bebouwing op
tijd betrekken bij de planontwikkelingen.
Kort gezegd: wie zich vanaf nu met bouw
plannen bij het gemeenteloket meldt, moet
ook het belang van de bestaande waarden
meenemen in de nieuwe plannenmakerij en
daarbij kan vanuit de gemeente worden
verplicht beter rekening te houden met be
staande bebouwing als dat waardevol blijkt.
Meliani: 'Erfgoed is kwetsbaar en beslissingen
daarover kunnen niet meer worden terug
gedraaid. Daarom moeten we er voorzichtig
mee omgaan. Een gebouw lijkt op het eerste
gezicht misschien niet zo bijzonder, maar kan
toch veel betekenis hebben en belangrijk zijn
voor het aanzien van de stad.'
Waar vroeger de monumentenambtenaren
niet meteen aan tafel zaten bij de afdeling
ruimtelijke ontwikkeling, zitten ze dat
vanaf nu wel, met een opdracht en eerder
in het proces. 'Neem de sloopplannen voor
Leeuwenburg. Ik vind het zonde. Maar de
discussie over het behoud kwam te laat op
gang. Omdat het behoud van Leeuwenburg
niet vanaf het begin een optie is geweest,
kunnen we als gemeente nu nog weinig
zonder dat dit financiële schade veroorzaakt',
aldus Meliani. Om er daarna aan toe te
voegen: 'Amsterdam verliest daarmee een
belangrijk stuk brutalisme, terwijl dat een
architectuurstroming is waar we niet veel
van hebben. Het is een onderdeel van onze
geschiedenis als stad.'
Het is daarbij ook een sociale keuze, ver
duidelijkt Touria Meliani. Zelf woonde ze in
de Van der Pekbuurt in Amsterdam-Noord
en ze zag hoe de jarenlange onduidelijkheid
over sloop aan de wijk knaagde. 'Mensen
kregen op een gegeven moment een oprot
premie van drie duizend euro om weg te
gaan. Wie wijken sloopt moet ook beseffen
dat daarmee een sociale cohesie wordt stuk
gemaakt. Vaak zijn dat soort wijken ontworpen
vanuit een bepaalde gedachte. Door die
architectuur te slopen en te vervangen door
hoge nieuwbouw ontstaat een andere sociale
structuur. Veel wijken in Amsterdam zijn
bovendien nu nog betaalbaar. Dan hoor ik:
maar mensen willen toch geen huizen met
schimmel op de muren? Nee, natuurlijk niet.
Maar dat hoeft niet te betekenen dat de
huizen worden gesloopt. Bovendien bouwen we
er tegenwoordig soms huizen voor terug die
iets weghebben van hokken met lelijke ramen.'
De sociale woningbouw van de jaren '70
en '80 hebben vooral de aandacht van het
Amsterdamse stadsbestuur. 'De wijken van
Jan Schaefer. De wijken van "in gelul kan je
niet wonen". Prachtige sociale woningbouw
in het centrum. Onderdeel van de stad.
Iedereen heeft recht op mooi wonen. Boven
dien is het laten staan van al die bouw hart
stikke duurzaam. Ik verzet mij tegen het feit
dat woningen nu maar voor dertig jaar
worden gebouwd.'
Ook de aanstaande sloop van de Van Tijenflats
(1953) uit de wederopbouwperiode in
December 2021