Hoewel de waardering voor de architectuur uit de periode na 1965 toeneemt, staan
heden ten dage gebouwen uit het structuralisme onder druk. Leegstand, sloopdreiging
of drastische verbouwingen zorgen voor ingrijpende veranderingen in het erfgoed
van deze bijzondere stroming in de Nederlandse architectuur.
Sloopdreiging
STRUCTURALISME
BEDREIGD EN GERED
Kees Haafkens
Het met sloop bedreigde Stadsbouwhuis in Leiden. Foto: Rob Onel
Onder structuralisme wordt een architectuur
stroming verstaan die grootschaligheid wilde
oplossen door gebouwen op te vatten als
structuren. De bijzondere waarde van deze
gebouwen - het paradigmatische Burger
weeshuis in Amsterdam van Aldo van Eyck
uit 1959 luidt het begin in - zit in de visie dat
grootschalige bouwwerken voor gebruikers
bevattelijk moeten zijn. Dit werd bereikt
door ze op te vatten als draagstructuren met
een lange levensduur, opgebouwd uit kleinere
elementen die door herhaling geometrische
patronen vormen. Daarbinnen kon met
invullingen van kortere duur verandering en
aanpasbaarheid mogelijk gemaakt worden.
Vanaf begin jaren '60 vormden de verhalen
van Aldo van Eyck, Herman Hertzberger en
Piet Blom de inspiratiebronnen voor veel
opmerkelijke gebouwen en woonbuurten
van na de jaren '60.
Jammer genoeg wordt vaak juist die typische
bouwstructuur aangevoerd als argument om
tot sloop over te gaan, omdat dit hergebruik
in de weg zou staan. Voorbeelden zijn het
met sloop bedreigde PEN gebouw in Alkmaar
van Abe Bonnema, dat in Heemschut, 2021,
nummer 2, pagina 15 aan de orde kwam.
Evenals het Stadsbouwhuis aan de Langestraat
in Leiden van architect F.A. Temme uit 1982
dat dienst deed als stadskantoor. Het zou
moeten plaatsmaken voor drie appartementen
gebouwen voor de bewoners van het Doelen
complex, die daar weg moeten vanwege
uitbreidingsplannen van de universiteit.
Toch werd de geldigheid van de structuralis
tische visie onlangs weer bevestigd bij het
herontwikkelen van het Centraal Beheer-
kantoorgebouw van Herman Hertzberger
in Deventer uit 1972. In de door hem zelf
voorgestelde plannen zou de betonnen
structuur grotendeels gehandhaafd kunnen
blijven om het met andere invullingen geschikt
te maken voor inbouw van woningen. Helaas
staat het wereldberoemde en voorbeeldige
gebouw nog steeds leeg, ten prooi vallend
aan vernielingen en verloedering, omdat de
projectontwikkelaar al een tijd niets meer
van zich laat horen.
De noodzaak van aanpassing aan moderne
eisen heeft vaak tot gevolg dat waardevolle
elementen of herinneringen van gebruikers
bij verbouwingen verloren gaan. Tripolis in
Amsterdam uit 1994 van Aldo van Eyck en
diens Algemene Rekenkamer in Den Haag
uit 1997 (zie Heemschut 2021, nummer 3,
pagina 30) zijn daarvan twee actuele
voorbeelden.
Het Tripolis complex aan de ring A10,
bestaande uit drie met elkaar ondergronds
verbonden torens, wordt naar ontwerp van
MVRDV getransformeerd tot een stadscampus
die in 2022 klaar zal zijn. Uber krijgt er een
hoofdkantoor en in een van de torens komen
sociale huurwoningen. Uitgangspunt is het
tegen verkeerslawaai afschermen van de
bestaande torens door een nieuw rechthoekig
gebouw voor startups, grote bedrijven en
horeca, dat twee van de torens overbrugt
en parallel staat aan de A10.
HEEMSCHUT 38
December 2021