De waarden Onvoorziene sloop De procedure vergroting. Begin 2020 waren er nog twee boeren over: een melkveebedrijf en een fruit- bedrijf. Later dat jaar heeft de melkveehouder een nieuwe boerderij buiten de stad gebouwd en kwamen de stadsboerderij en het aangrenzende pand leeg te staan. Beide werden gekocht door een aannemer die al snel de stalgedeelten doorverkocht aan een ontwikkelaar. Na eerdere ervaringen met weinig geslaagde inbreidingen nam de Vereniging Oud-Asperen al in 2019 contact op met de gemeente West- Betuwe. Daarop antwoordde de gemeente dat het nieuwe plan de procedure van een bestemmingsplanwijziging zou doorlopen, met alle bijbehorende mogelijkheden tot inspraak. Desondanks, en tot verbijstering van de omwonenden, begon een aannemer begin maart 2021 met de gedeeltelijke sloop van de interieurs van de huizen en de volledige sloop van de stalgedeelten. De panden Voorstraat 4 en 6 zijn niet wettelijk beschermd. Dat heeft vooral te maken met een zeer terughoudend beleid van de vorige en de huidige gemeente op het gebied van aanwijzing. Bij een cultuurhistorische inven tarisatie in 2016 werden beide panden hoog gewaardeerd. De reden voor die hoge waar dering waren de gaafheid en de bijdrage aan het herkenbare beeld van een boerenstad. Het bijzondere van het toen nog bestaande agrarische gebruik werd daarbij expliciet genoemd. De panden maken deel uit van een reeks van boerderijen die zijn herbouwd na de stadsbrand van 1896. Beide zijn van dezelfde architect en vertonen grote overeenkomsten, maar tegelijk door de inbreng van de bewoners ook variaties. Het bouwtype, één verdieping onder een schuine kap, de indeling van de voorhuizen, met kamers aan weerszijden van een centrale gang en de kapconstructie sluiten aan bij de lokale bouwtradities. De boerderij en het buurpand liggen op de meest kwetsbare plek in de stad, aan het begin van de Voorstraat en op tien meter van de middeleeuwse stads kerk, een rijksmonument. Er zijn vage aanwij zingen dat het kerkhof ooit heeft doorgelopen op een deel van het erf. In ieder geval is een archeologisch onderzoek op deze plek nood zakelijk. Asperen maakt deel uit van een grote groep kleine middeleeuwse steden waar nog nauwelijks archeologisch onderzoek is gedaan. De ideale oplossing voor deze plek zou een verbouwing tot twee woonboerderijen zijn. De afgelopen jaren is meermalen gebleken dat daar een markt voor is. Eind maart, wan neer dit artikel wordt geschreven, lijkt het met de voorhuizen goed te komen. Hoewel van de interieurs alle originele ornamenten zijn gesloopt, zijn de daken intussen hersteld. De stallen zijn al gesloopt. Daarvoor in de plaats moet een enkel gebouw komen dat een 'agrarische uitstraling' moet krijgen. Buren die met veel moeite de plannen hebben mogen zien, vergelijken de vormgeving eerder met een complex zomerhuisjes. Het had natuurlijk allemaal veel beter gekund. Intussen zijn er nog altijd zorgen, onder andere over mogelijke verzakking van de kerk ten gevolge van ont watering of heien op het bouwterrein. De komende maanden zal de gemeente alsnog de bestemmingsplanwijziging in stemming brengen, maar intussen hebben gemeente en aannemer al voor voldongen feiten gezorgd. Naar verluid heeft de aannemer toestemming gekregen om alvast te beginnen 'omdat het met de vergunningen wel goed zou komen'. Deze procedure laat opnieuw een vervelende nasmaak achter. De toezeggingen van de ge meente over een bestemmingsplanwijziging met inspraakmogelijkheden zijn niet nagekomen. Voorafgaand aan de start van de werkzaam heden is zelfs geen enkel contact geweest met de aangrenzende bewoners. Dit roept vragen op voor de toekomst. De voorzijde van de boerderijen aan de Voorstraat. Een groeiende kloof lijkt te bestaan tussen de beloofde participatiesamenleving en een bestuurlijke werkelijkheid. Enerzijds wordt de burgers voorgehouden dat participatie belang rijk is. Dat is bijvoorbeeld de geest van de nieuwe Omgevingswet, die de besluitvorming dichter naar de burgers zegt te willen brengen. Tegelijk zien we dat zwak uitgeruste gemeenten steeds afhankelijker worden van marktpartijen. Onder druk van de laatste worden plannen in kleine kring besproken en 'afgekaart', waarna het resultaat wordt gepresenteerd als onont koombaar. Lokale historische verenigingen en andere monumentenbeschermers zullen waakzamer dan ooit moeten zijn. De ontwikkelingen in Asperen laten zien hoe belangrijk de aanwijzing van gemeentelijke monumenten is, niet om een stadsbeeld te bevriezen, maar om ontwikkelingen te kunnen sturen. Als de panden aan de Voorstraat beschermd waren geweest, was een beter plan zeker mogelijk geweest. Hans Renes is historisch geograaf Situatie in maart 2021. 45 HEEMSCHUT Mei 2021

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2021 | | pagina 45