Een grenzeloze kennisdrager
Recent startte een groot Europees onderzoek naar geur
als materieel en immaterieel erfgoed. Een multidisciplinair
team gaat geuren van vroeger ontsluiten, onderzoeken en
archiveren. Geuren kunnen inzicht bieden in vroegere leef
wijzen en nieuw en vollediger licht werpen op geschiedenis
en samenleving. Geur vormt zo een belangrijke, tot voor
heen verwaarloosde bron van kennis.
Slechtelucht
Odeuropa
GEUR ALS
IMMATERIEEL
ERFGOED
Johanna van der Werff
TmieMJimB. of WtwAAMo jjml the-
Dat geuren ons in een oogwenk terug kunnen
brengen naar vroege herinneringen, weemoed
kunnen oproepen en zo de basis kunnen
vormen voor het vertellen van verhalen, is iets
wat velen van ons zullen herkennen. Zelf her
inner ik me goed de bietencampagne die elk
jaar in november in het noorden van het land
van start ging. Al snel werden de stad Groningen
en haar nabije omgeving overspoeld door een
weeïge lucht van gekookte suikerbieten die in de
suikerfabriek in het nabijgelegen Hoogkerk wer
den verwerkt. Een vieze lucht, zou een buiten
staander zeggen. Maar voor mij als Groninger
was de geur gekoppeld aan de lampions van
Sint Maarten, aan naderende vrieskou, feest
dagen en familiaire gezelligheid. Ruik ik suiker
bieten, dan ben ik terug in Groningen.
De mens heeft een wat gecompliceerde ver
houding tot geur. Voor de oermens was geur
van levensbelang. Oervolken gebruikten hun
reuk om dieren voor de jacht op te sporen en
om voedsel te zoeken. Parfumeren deden we
ook al in de oudheid, zo blijkt uit grafvondsten
uit de predynastieke tijd (voor 3100 v. Chr.),
in het oude Egypte. Geuren spelen vanouds
een belangrijke rol bij onze partnerkeuze en
doen dat ook nu nog.
Geur, en dan vooral stank, kwam in een kwaad
daglicht te staan toen slechte lucht als oorzaak
van epidemieën werd gezien, wat wel de
miasmatheorie werd genoemd. Slechte lucht
van uitwasemingen uit rottende materie werd
verantwoordelijk gehouden voor de uitbraak
van ziekten. Nog steeds refereert de naam
malaria aan mala aria, ofwel slechte lucht. Ook
andere ziekten werden met stank in verband ge
bracht, tot de bestudering van de ziekte cholera
in de 19e eeuw tot andere inzichten leidde.
Door de eeuwen heen, onder meer versterkt
door het opkomen van de burgerlijke samen
leving, werd goede reukzin steeds minder be
langrijk, werden privégeuren steeds meer een
taboe en diende lichaamslucht bij voorkeur
onderdrukt te worden. Om de eigen geur te
ontkennen werd gedeodoriseerd en geparfu
meerd. Ook in de huidige tijd is parfum een
essentieel onderdeel van ons zelfbewustzijn,
onderhevig aan mode en marketing en door
gedrongen tot alle lagen van de bevolking.
Als modeaccessoire is het niet meer weg te
denken uit onze samenleving. Tegenstrijdig is
dan weer dat de meeste parfums een basis
hebben in dierlijke geuren.
Het vraagt brede inzet en ambitie om het
Europese geurlandschap in kaart te brengen.
Hoe kun je achterhalen hoe Europa rook in de
periode tussen de 16e en de 20e eeuw? Zijn
geuren uit vergleden tijden terug te halen? En
hoe kunnen we deze historische geuren voor
HEEMSCHUT 28
Mei 2021