Verval na opheffing SBM
Modelwoning
Bij de stoomtramremise werden dertien huisjes voor
werknemers gebouwd.
Een van de tramremises in Draaibrug.
uiteindelijk dertien woningen voor gehuwde
personeelsleden. Er lagen op het complex
honderden meters rails met zestien wissels,
waar stoomtrams zodanig konden rangeren
dat een draaischijf niet nodig was. De trots
van de SBM bestond in de ultramoderne
inrichting van de werkplaatsen. Er was een
locomobile van 6 pk, die onder andere een
wielendraaibank, Engelse kunstdraaibank,
schaaf- en boormachine, slijpsteen, ventila-
teur voor het smidsvuur en een hydraulische
pers aandreef. Later, in 1922, kwam er op
een grondoppervlakte van ongeveer 3 a 4
ha. nog een remise bij. En in 1929 een derde
remise, die - na het opheffen van de stoom-
tramlijnen in westelijk Zeeuws-Vlaanderen in
1948 - in gebruik kwam als busgarage.
Duidelijk is dat de buurtschap Draaibrug
totaal in het niet viel bij dit grootschalig
industrieel logistiek complex. En nog steeds
in het niet valt, omdat na het opheffen van
de stoomtram en buslijnen de oorspronke
lijke eigenaren van het complex - de aan
deelhouders van de SBM - alle interesse
in het complex verloren, vanwege de lage
grondprijzen ter plaatse. In 1950 kocht een
plaatselijke ondernemer de tramremise en
later een plaatselijke aannemer de tweede
remise uit 1922, beide werden gebruikt
voor opslag. In de loop der tijd kwamen de
uit 1886 stammende remise en de boven
genoemde personeelswoningen als rijksmo
nument op de monumentenlijst te staan,
maar alle initiatieven om het complex een
nieuwe bestemming en een toekomst te
geven, liepen tot op heden op niets uit.
Momenteel vormen de twee rijen van der
tien huisjes en het wachtlokaal het grootste
probleem voor de inwoners van Draaibrug,
omdat hier de verkrotting plaats vindt in het
centrum van de buurtschap. In de loop der
tijd trokken de verkrotte huisjes zwervers,
krakers, drugsverslaafden, dealers en hun
klanten van buiten aan; een forse aanslag
op een gemeenschap van een krappe twee
honderd inwoners. De gemeente Sluis, waar
toe Draaibrug behoort, heeft ter plekke dus
niet alleen te maken met instandhouding van
een rijksmonument, maar ook met het garan
deren en bevorderen van de leefbaarheid en
(brand-) veiligheid van de buurtschap.
Een van de inwoners van Draaibrug heeft
een van de dertien huisjes, waarvan negen
van dezelfde Belgische eigenaar zijn, kun
nen verwerven. Het desbetreffende huisje
is recentelijk gerenoveerd en is momenteel
een modelwoning, die laat zien hoe leuk de
twee huisjesrijen na renovatie eruit zouden
kunnen zien.
Daarnaast probeert de gemeenschap de
gemeente te interesseren in restauratie van
de weegbrug en het wachtlokaal, terwijl er
ook vergevorderde plannen bestaan om de
remise uit 1922, architectonisch gezien
minder interessant, af te breken.
Maar daarmee is de verkrotting van Draai
brug nog niet wezenlijk tot staan gebracht.
Toezicht op instandhouding van het rijks
monument en een projectmatige aanpak
van de ontwikkeling van het voormalige
bedrijfsterrein door de gemeente Sluis zijn
vereisten om de leefbaarheid ter plaatse te
kunnen garanderen. De kernvragen hierbij
zijn hoe je in een krimpregio een dergelijk
industrieel logistiek complex een nieuwe
bestemming kunt geven en wat die bestem
ming zou kunnen zijn.
Heemschut Zeeland heeft dit op de agenda
en houdt het daarop om het gemeentebe
stuur van Sluis ervan te overtuigen dat in
Draaibrug uit zichzelf niets ten goede keert.
Instandhouding van een samenstel aan
panden die in verval zijn en die samen de
rijksmonumenten status hebben, vraagt om
energie en aanpak.
De eerste signalen dat het gemeentebe
stuur dit serieus neemt zijn er. Begin juli
was er een op uitnodiging van de dorpsraad
bezoek ter plaatse. Heemschut Zeeland
was erbij.
Bert van Gelder is correspondent voor
Heemschut Zeeland in West Zeeuws-Vlaan-
deren.
maart 2020 HEEMSCHUT 13