strijdvaardig voor monumenten
Met een symposium over 'Stadsjuwelen' nam Marieke Kuipers afscheid van de Rijksdienst voor het
Cultureel Erfgoed, na een carrière van ruim 41 jaar. Kuipers bevond zich gedurende deze periode in het
centrum van de monumentenzorg, verrichtte daarin pionierswerk en stond aan de wieg van de groeiende
overheidsaandacht voor monumentale gebouwen en plekken uit het Machinetijdperk.
Johanna van der Werff
pect voor monumentwaarden. Een groot
aantal monumenten bleef mede door haar
inzet bewaard. Haar inspanningen leverden
haar de onderscheiding Officier in de Orde
van Oranje-Nassau op. Hoewel formeel met
pensioen, is zij nog steeds betrokken bij de
internationale monumentenzorg en diverse
onderzoeksprojecten.
Van jongs af aan
Rijksspecialist jongere bouwkunst
Marieke Kuipers
Marieke Kuipers.
Als er twee eigenschappen zijn die Marieke
Kuipers typeren, dan zijn dat strijdbaarheid
en betrokkenheid. In het bijzonder voor
de jongere bouwkunst wist zij brede aan
dacht en waardering te stimuleren in bin
nen- en buitenland. Niet alleen bij de RCE,
ook aan de Universiteit van Maastricht en
de TU Delft waar ze, als bijzonder hoog
leraar Cultureel Erfgoed, haar studenten
leerde ontwerpen met begrip van en res-
Belangstelling voor 'jongere bouwkunst' ont
stond bij Marieke op jonge leeftijd. Ze groeide
op in het Amsterdam van de jaren vijftig en
zestig en was op jonge leeftijd al zeer geïn
teresseerd in geschiedenis, ook die van de
gebouwde omgeving. Ze herinnert zich haar
fascinatie voor de bijzondere kolommen van
haar lagere school, de Openluchtschool van
Duiker. Mariekes ouders gaven haar belang
stelling alle ruimte. Tienerverjaardagen wer
den gevierd met speurtochten door oud
Amsterdam. Ze bezocht het gymnasium,
waar archeologie haar interesse wekte. Dat
vak bleek voor haar teveel gemillimeter en te
weinig maatschappelijk. De ontdekking van
de richting architectuurgeschiedenis was
een eyeopener, in een tijd waarin 'de afbraak
van half 19de-eeuws Leiden' plaatsvond. Als
stagiaire bij het Nederlands Documentatie
centrum voor de Bouwkunst, de voorloper
van Het Nieuwe Instituut, ordende Marieke
begin 1975 het archief van de sociaal
geëngageerde Amsterdamse-Schoolarchi-
tect Jop van Epen, over wie zij ook haar doc
toraalscriptie schreef. Tijdens het archief
onderzoek ontdekte ze tot haar verrassing
dat ze in een huis van hem had gewoond.
Het lijkt de rechte lijn in haar ontwikkeling
naar alle functies die ze in haar latere leven
uitoefende, althans in retrospectief, te sym
boliseren.
In 1977 solliciteerde Marieke Kuipers bij
de Rijksdienst voor de Monumentenzorg,
nu Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed,
op een voor haar ware droombaan. Ze werd
aangenomen en nam de stoel van Henk
Rosenberg over. Hij droeg de 19de-eeuwse
bouwkunst een warm hart toe, maar verder
kreeg dit erfgoed nog weinig aandacht. In
haar nieuwe baan kon Kuipers zich, met
twee collega's, ook steeds meer inzet
ten voor de architectuur en stedenbouw
van de 20ste eeuw. Die stonden op dat
moment, onder invloed van de tijdgeest en
36 UT december 2019