De Molenpolder
De Rijksesluis
Overbodige gemalen
De Rijksesluis en het tot ruïne vervallen gemaal.
De zogenaamde Molenpolder in het laagste
gebied van Maas en Waal, met de dorpen
Alphen, Wamel en Dreumel, was door een
kade van het stroomgebied van de oude
wetering afgescheiden. De bewoners van
deze polder losten hun waterprobleem het
liefst zelf op. Zij wilden geen water van het
erboven gelegen gebied doorlaten. Deze
situatie moet vrij snel na 1321 zijn ont
staan omdat uit bronnen blijkt dat men
in de dorpspolders bij de schutlakens het
reglement van openen en sluiten veelal
negeerde. De term 'wie het water deere, die
keere het' werd hier zo van toepassing. In
het Nationaal Archief in Den Haag en het
Rijksarchief Arnhem bevindt zich ruim twin
tig meter archief, waarin getuigd wordt van
de vele gevoerde processen.
De nieuwe Rijksesluis werd in 1850
gebouwd net voor de kade van de Molen
polder ter vervanging van een oudere, de
Greffelingse sluis. De aanleg van de nieuwe
sluis loste het ruzieprobleem echter niet
op. Dat gebeurde pas toen rond 1950 een
twintigtal autonome dorpspolders werd
opgeheven en samengevoegd tot het water
schap Maas en Waal. Door middel van een
ruilverkaveling werd de waterbeheersing in
het stroomgebied aangepakt. Het uniforme
plan van 1321 werd zo uiteindelijk werkelijk
heid. Alle schutlakens kwamen onder één
bestuur en onderlinge discussies werden zo
veel sneller beslecht.
Op de sluis in Alphen werd in 1952 een
nieuw en krachtig elektrisch gemaal ge
bouwd met een capaciteit van 750 kuub/
min. Hiermee werden in een klap de zeven
stoomgemalen in het gebied werkloos. Zo
ook het bij de Rijksesluis aanwezige stoom
gemaal uit 1913, dat eens een capaciteit
had van 196 kuub/min. De 27 meter hoge
schoorsteen werd in 1954 gesloopt. Het ge
maal was tot 1961 in gebruik als smederij
en opslagruimte. Door een brand verloor het
gebouw het dak. Het complex werd vervol
gens voor 6.000 gulden verkocht aan een
ontwikkelaar. Deze maakte een aantal plan
nen voor herbouw met een woonfunctie. De
aanwezigheid van agrarische bedrijven in de
omgeving verhinderde echter de realisatie.
Langzaam verviel het gebouw verder tot
de huidige ruïne. Nu, na bijna zestig jaar,
maakt het complexje waar ook een 18de-
eeuws dijkmagazijn onderdeel van uitmaakt,
een zeer vervallen indruk.
Wat zou er moeten gebeuren? Herbouw
en herbestemming van het gemaal is vol
gens Heemschut Gelderland geen optie
die recht doet aan de kwaliteiten van het
complex. Schoonmaken, consolideren en
het als ruïne handhaven des te meer. De
bijzondere geschiedenis van de dorps
polders en hun eeuwenlange onderlinge
geschillen en rechtszaken over de water
beheersing maakt dat de plek uniek is
als getuigenis van de geschiedenis van
de waterbeheersing in het gebied, maar
vooral ook van het onvermogen om dit in
het achterliggende gebied te regelen. Het
ruïnegemaal met het oude dijkmagazijn en
de enorme sluis zouden alleen al om die
reden een plaats op de monumentenlijst
verdienen. Deze geschiedenis is wellicht nog
groter dan van een kasteel- of kerkruïne,
die we ook als nationaal monument hand
haven.
Het archief rond de wetering, bedacht door
graaf Reinald, verdient absoluut nadere
studie en een publicatie. Dat de oude sluis
bij droge periodes als waterinlaatwerk fun
geert, nadat de stuw bij Lith is gebouwd in
de Maas, is dan de enige officiële (water
staatkundige) functie die voor het complex
rest.
juni 2019 HEEMSCHUT 43