Kerkgebouwen
Militair Erfgoed Leusderheide
Een van de vier kerken in Nagele, de Gereformeerde Kerk van architect J. Bakema uit 1960.
Het is nu een Protestantse Kerk.
FLEVOLAND
De elf dorpskernen in de Noordoostpolder
tellen zesendertig kerkgebouwen, waarvan
de bouw na de Tweede Wereldoorlog deels
gefinancierd werd door de overheid. Wat de
aantallen betreft was sprake van een lan
delijke confessionele lobby en deze werd
gesteund door het gegeven dat van enige
ontkerkelijking geen sprake was. Boven
dien, de bevolking groeide snel.
Memorabel is dat de nieuwe boeren gese
lecteerd werden, vanzelfsprekend op hun
vakbekwaamheid, maar ook op hun gezins
leven en geloof. De polderbewoners moes
ten ten slotte een afspiegeling vormen van
de Nederlandse bevolking.
In Oostelijk Flevoland veranderde alles. De
verzorgingsstaat ontstond, mede dankzij
het Groninger gas, de materiële welvaart
groeide en het kerkbezoek nam af. Om
allerlei redenen plande het Rijk minder
woonkernen in de nieuwe polder, dus ook
minder kerkgebouwen.
De kerkbesturen zagen de noodzaak daar
van overigens al in. Sterker, ze probeerden
de verzuiling om pragmatische redenen te
doorbreken. Meer oecumene is ook goed
voor de jaarrekening. Het leidde tot meer
onderlinge samenwerking en gezamenlijk
gebruik van de gebouwen, ook buiten de
kerk. Zo ontstond in Dronten de eerste
algemene sportvereniging van Flevoland.
De ontkerkelijking zette door. In Almere
vond voorafgaand aan de bouw van de eer
ste kerk overleg plaats in een commissie, in
het leven geroepen door kerkelijke instan
ties. Dat leidde rond 1980 tot oecumeni
sche diensten.
Het Flevolandse kerkgebouw is een bijzon
dere afspiegeling van het kerkelijk leven in
Nederland in de tweede helft van de vorige
eeuw. En daarbij linken in de Noordoostpol
der de kerken naar de opmerkelijke rol van
de staat, als je naar het grondwetsartikel
kijkt waarin bepaald wordt dat kerk en staat
gescheiden zijn.
De kerken zijn daarnaast gebouwen die
allemaal een eigen, zorgvuldig en opvallend
ontwerp hebben, zowel binnen als buiten.
En ze hebben een goed ingepaste, bepa
lende rol in de ruimtelijke opzet van de dor
pen en steden.
Voor Heemschut Flevoland is het kerkge
bouw actueel. Vanwege het verleden van de
kerken en om reden van heden en toekomst.
De actualiteit is dat zaken van afbraak dan
wel verbouwing spelen of ze liggen in het
verschiet. Dat vraagt aandacht.
Ben te Ra a
18 juni 2019
UTRECHT
Leusden - De gemeenteraad van Leusden
heeft besloten de historische gebouwen
aan de rand van de Leusderheide de sta
tus van gemeentelijk monument te geven.
Het gaat om een werkplaats waar schiet
schijven werden geproduceerd en een
kampbarak, beide uit 1925 - identiek aan
de verdwenen barakken op Kamp Amers
foort - een oefenruimte voor gasmaskers
uit 1926 en een opslagloods uit 1953.
Voor het behoud hiervan hebben naast
Heemschut Utrecht ook de Historische
Kring Leusden en de Stichting Nationaal
Monument Kamp Amersfoort zich al langer
ingezet. Ook het smalspoor, waarover de
schietschijven naar het oefenterrein wer
den gereden, valt onder de bescherming.
Voor de gemeente Leusden is dit een bijzon
dere stap. De gemeente heeft een inventa
risatie gemaakt van de mogelijke gemeen
telijke monumenten en heeft als beleid dat
deze alleen met goedkeuring van de eige
naar op de lijst komen. Voor de objecten die
daardoor (nog) niet op de lijst komen, is een
'parapluplan' in het leven geroepen, waar
door deze op een signaleringslijst staan en
niet zomaar gesloopt kunnen worden, maar
die bescherming is zeker niet waterdicht.
Voor de gebouwen aan de Leusderheide,
die ook werden voorgedragen, maar waarin
Defensie niet zonder meer in mee wilde
gaan, is dus een uitzondering gemaakt. De
meeste partijen steunden deze stap, met
uitzondering van de VVD en D66.
Erik. Nijhof
De gasmasker oefenruimte uit 1926.