Kaalslag bij beschermde interieurs Achter vele monumentale voordeuren vindt een kleine aardbeving plaats. Bouwhistoricus Gabri van Tussenbroek trekt aan de bel over de aantasting van historische interieurs in Amsterdam. Zeker nu het kapitaal hoogtijdagen viert op de vastgoedmarkt. Christian Pfeiffer Samenwerken bij onderzoek Antropologische benadering Hoogleraar luidt noodklok Gabri van Tussenbroek trekt aan de bel over de teloorgang van historische interieurs. Van Tussenbroek (49) is werkzaam voor Monumenten en Archeologie van de gemeente Amsterdam en daarnaast hoog leraar aan de Universiteit van Amsterdam. 'Vanuit mijn hoogleraarschap kan ik dingen agenderen die opvallen en die ik belang rijk vind', zo vertelt hij. Zijn recente zorgen over de interieurs deelde hij met de wereld op de jaarlijkse Geurt Brinkgrevelezing in oktober in de Doopsgezinde kerk. Hij kijkt met een Amsterdamse bril naar de situatie, maar zijn bevindingen kunnen gemakkelijk als een landelijk probleem worden bestem peld. In de hoofdstad lijkt er tenminste nog een klein beetje zicht op de kaalslag in beschermde interieurs. 'De interesse in historische interieurs is pas in het midden van de jaren '70 echt ontstaan. Toen de strijd om de buiten kant van gebouwen werd gewonnen. De tijd van de verkeersdoorbraken en sane ringen was achter de rug en de interesse voor het behoud van oude gebouwen gekweekt. Vooral in 's-Hertogenbosch en Utrecht is in die tijd pionierswerk verricht in het onderzoek van historische interi eurs. Daar kwamen achter de voordeuren delen van de oude middeleeuwse steden naar boven'. Ook komen vanaf die tijd de traditionele bouwhistorici die vaak zuiver naar de constructie keken en de kunsthis torici die vooral naar de geschiedenis van het interieur, meer naar elkaar toe. Zo ont staat de gezamenlijke interesse in het inte rieur als onlosmakelijk onderdeel van het beschermde monument.' En hij vervolgt: 'Als je kijkt naar de omlig gende landen dan zie je dat wij op een andere manier naar monumenten kijken dan bijvoorbeeld in de Anglo-Saksische lan den waar het gebruik, het verhaal achter de monumenten, een belangrijkere rol speelt. In Nederland hebben we het de afgelopen decennia meer over de stenen gehad. Maar het antropologische aspect is onmisbaar om huizen echt te kunnen begrijpen.' 42 HEEMSCHUT februari 2019

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2019 | | pagina 42