Noviteit in architectuur
Michel de Klerk
Monumentenstatus
lijk het gevolg van hangjongeren, die zich
zelf toegang verleenden nadat de laatste
bewoonster vertrok.
Bij kenners gaan toch de alarmbellen direct
rinkelen. Het woonhuis is namelijk pas
enkele jaren eerder 'ontdekt' en toege
schreven aan de architect Michel de Klerk
(1884-1923). Het ontwerp is het eerste
zelfstandig uitgevoerde werk van De Klerk,
die later wereldfaam zou verwerven als een
van de voormannen van de Amsterdamse
School.
In het boek over Michel de Klerk van onder
andere Manfred Bock is te lezen dat over de
opdrachtgever van dit project op een nieuw-
bouwterrein niets bekend is. Er bestaan
twee varianten van het huis. Slechts van de
gerealiseerde versie zijn alle ontwerptekenin
gen van gevels, plattegronden en doorsnede
aanwezig. Zij worden in het Nieuwe Instituut
in Rotterdam bewaard. De niet-gebouwde
variant verschilt onder meer in plattegrond,
gevel en kappartij. Lange tijd is gedacht dat
het ontwerp nooit is uitgevoerd, ook omdat
het wordt genoemd in een eerdere publica
tie van nooit uitgevoerde ontwerpen.
Het pand meet 8,80x8,60 meter. Bock wijst
op de rechte inspringende hoek in de voor
gevel, op het punt waar de schoorsteen zich
bevindt en de raampartijen die in de ervoor
Ook de hal verkeert nog in vrijwel onaan
getaste staat.
liggende hoek van de gevel zijn geplaatst.
Volgens hem was dit destijds een noviteit
in de Nederlandse architectuur en houdt
dit mogelijk verband met de positie van het
huis aan het begin van een strook bebou
wing.
Het ontwerp voor dit woonhuis is waar
schijnlijk niet helemaal naar de wens van
De Klerk uitgevoerd, zo is op de website
Wendingen, www.amsterdamse-school.nl
te lezen. 'Zo is er alleen met de strekkant
van de bakstenen gemetseld, hetgeen een
saaie gevel geeft. De Klerk heeft op teke
ning aangegeven dat hij dit in een ketting-
verband wilde; dus 2 strek 1 kop. Bijzonder
is dat zijn tekening al in 1913 werd afge
drukt in een leerboek voor metselaars. Het
getekende verband is een lastig verband
om te metselen. En helaas hier niet uitge
voerd. Dit metselverband is wel te zien bij
Het Schip! Leuk is wel de omkisting van de
dakgoot en de speelse luifel. En natuurlijk
de asymmetrische vorm van het woonhuis.
Door de inspring is er een extra raam aan
de zijkant van de uitspring mogelijk gewor
den', aldus de beschrijving op het platform.
De Klerk werd in 1884 geboren als het 17de
kind van een inmiddels 78-jarige diamant
slijper. Zijn vader overleed in 1887. Michel
groeide in armoede op in de Amsterdamse
Jodenbuurt. Doordat hij op de lagere school
over een groot tekentalent bleek te beschik
ken, kon hij een vervolgopleiding doen op
de ambachtsschool. In 1898 nam architect
Eduard Cuypers hem in dienst als hulpje.
Eduard Cuypers was een volle neef van de
architect P.J.H. Cuypers en had een groot
bureau waar zowel kunstnijverheid als archi-
tectuurontwerpen werden gemaakt. De
Klerk was bij aanvang van zijn dienstbetrek
king amper veertien jaar oud. Hij zou twaalf
jaar op het bureau van Cuypers blijven wer
ken. Hier werkten ook Van der Mey en Kra
mer, waardoor later op het bureau de kiem
kon worden gelegd voor de Amsterdamse
School.
Hoewel Cuypers een erg traditionele archi
tect was, liet hij zijn medewerkers veel
i
Ontwerptekening van Michel de Klerk uit 1911.
vrijheid. En hij bood ze toegang tot zijn
omvangrijke bibliotheek. Cuypers besteedde
bovendien extra aandacht aan De Klerk en
liet hem een opleiding tot bouwkundig teke
naar volgen. In dit klimaat konden De Klerk
en diens collega's hun talenten verder ont
wikkelen. De eerste uitgevoerde opdracht
van De Klerk was in 1911 het huis aan de
Thamerlaan in Uithoorn. Architect en pro
jectontwikkelaar H.A.J. Baanders bezorgde
De Klerk daarna de opdracht voor het ont
werpen van een blok arbeiderswoningen
aan het Johannes Vermeerplein in Amster
dam. Zijn bekendste werk is Het Schip, een
complex arbeiderswoningen in de Spaarn-
dammerbuurt in Amsterdam, gebouwd voor
woningbouwvereniging Eigen Haard.
Omdat het huis aan Thamerlaan Uit
hoorn onbeschermd is en met sloop wordt
bedreigd, heeft Heemschut Noord-Holland
eind juli met spoed de gemeentelijke monu
mentenstatus aangevraagd bij de gemeente
Uithoorn. Daar is op het moment van schrij
ven nog geen uitsluitsel over. Ondanks de
slechte staat wil Heemschut dat alles op
alles wordt gezet om dit bijzondere ont
werp te behouden. Museum Het Schip uit
Amsterdam steunt Heemschut bij de aan
vraag.
Bijzonder is een inspectie van het interieur
die in september plaats vond. Ondanks de
vele roetschade en duidelijke eerdere aan
wezigheid van hangjongeren, bleek het nog
opvallend intact. Zelfs het originele stuc
werk, bijna alle lambrisering en het bakelie
ten schakelmateriaal was er nog! Behoud is
daarmee dichterbij dan een eerste aanblik
doet vermoeden. Alleen de fundering is een
aandachtspunt, sinds 1911 is het huis bijna
dertig centimeter uit het lood gezakt.
december 2018 HEEMSCHUT 33