Zien en gezien worden
Comfortabel reizen
Geen belangstelling
Bij een landgoed zoals Middachten hoort
namelijk een stoet van rijtuigen: koetsen
om te reizen en grote groepen van de trein
te halen, maar ook karren voor het vervoer
van allerlei zaken tot arrensleeën voor als
het gesneeuwd heeft. Bij die rijtuigen horen
natuurlijk weer paarden. Van rijpaarden tot
tuigpaarden. Die paarden hebben vervol
gens weer tuigage nodig dat zijn plek vindt
in de tuigenkamer. 'En niet alleen bij land
goederen zoals deze, ook in de stad. Neem
eens een kijkje bij museum Van Loon in
Amsterdam. Aan de achterkant zijn de stal
len met rijtuigen gelukkig nog aanwezig.
De familie Van Loon bleef vrij lang rijtuigen
gebruiken om door Amsterdam te rijden.
Bijna niemand weet ook dat de paden in het
Vondelpark de breedte van twee elkaar pas
serende rijtuigen hebben. Nu razen er fiet
sers overheen, maar vroeger was het daar
zien en gezien worden met rijtuigen.'
En wie zien en gezien wil worden, moet zich
onderscheiden. Daarom hebben families
elk eigen kleuren rijtuigen. Conijn: 'Voor
Middachten is dit het blauw, zilver en wit
van de familie Bentinck. Blauw met verzil-
verd beslag op tuigen en rijtuigen die nu nog
op het landgoed te vinden zijn.'
De geschiedenis van het rijtuig zoals wij dat
kennen reikt terug tot de Gouden Eeuw.
'Op een afbeelding van Adriaan Paauw op
weg naar de vredesonderhandelingen in
Münster (1648) is een herkenbaar rijtuig
te zien. Voor die tijd verplaatste men zich
vooral te paard. De rijtuigen komen voort
uit boerenkarren, toen de behoefte voor
comfortabel reizen groter werd. Vanaf
die tijd maken rijtuigen een behoorlijke
ontwikkeling door. En dan met name de
veringen. Die werden steeds geavanceer
der om comfortabel reizen mogelijk te
maken.' Het is natuurlijk de komst van de
auto geweest die eind 19de eeuw voor een
enorme ommezwaai in het reizen zorgde.
'Grofweg kan je zeggen dat rijtuigen tot
in de Eerste Wereldoorlog in gebruik zijn
geweest. Enkelen misschien nog in het
interbellum, maar na de Tweede Wereld
oorlog was het echt wel over. Zeker ook
omdat de paarden waren gevorderd door
de Duitsers.'
Daar begint het schrijnende deel van onze
rijtuiggeschiedenis. Ooit het vervoersmid
del bij uitstek, tegenwoordig ernstig onder
gewaardeerd. 'Na de oorlog lag de focus
natuurlijk op hele andere zaken en rijtuigen
zijn nu eenmaal behoorlijk grote voertuigen
om ergens te hebben staan. Er was geen
geld en geen aandacht. Bovendien heb je
voor een rijtuig paarden nodig, in tegen
stelling tot bijvoorbeeld auto's. Die laat je
misschien nog wel makkelijk in een schuur
staan om eens in de zoveel tijd in te rijden,
maar met een rijtuig is dat toch een ander
verhaal", zo legt Conijn uit.
'In de jaren '70 en '80 kende het rijtuigbe-
houd nog een opleving door een golf aan
romantici, waar ik onderdeel van ben, maar
ook die worden ouder. De jeugd vindt het
veel leuker om met snelle marathonwagens
te raggen en daar zijn deze oude rijtuigen
natuurlijk ongeschikt voor. Een rijtuig ver
tegenwoordigt daarom ook geen waarde.
Je kunt ze vrij goedkoop vinden en ze zijn
moeilijk te verkopen.'
Het gebrek aan belangstelling zorgt ook voor
zorgen, onder meer over het Borg- Rij-
Kasteel Middachten staat in het dorp De Steeg in Gelderland, niet ver van de rivier de IJssel.