Dit Drentse veenkoloniale landschap tussen Valthermond en Nieuw-Weerdinge vertoont nog steeds een grote mate van openheid. Door deze
openheid geeft het - door de oogharen heen - een beeld van de openheid van de periode voor de ontginning van het ooit 170.000 ha grote hoog
veengebied Bourtangermoor.
'Zo bleven grote delen van Drenthe groen
en leeg. Noord-Brabant werd een indus
trieel landschap met daartussen natuur
gebieden', zegt Hanskamp 'Het verschil is
opvallend, ook als je rekening houdt met
de verschillen in oppervlakte en bevolkings
dichtheid. Je kunt wel door Noord-Brabant
fietsen zonder veel bebouwing tegen te
komen, maar dan moet je heel goed op de
kaart kijken. In Drenthe bleef de landbouw
voornamelijk grondgebonden en daar kun je
alle kanten op. Dat verschil is voor een flink
deel terug te voeren op politieke keuzes.'
In zijn geboortestreek, de Achterhoek,
ziet hij een vergelijkbaar patroon: 'Net als
in Drenthe en Noord-Brabant heb je daar
zandgrond en op dat type gebied richt ik
me. Over de verhouding tussen politiek en
landschap in andere delen van het land kan
ik minder zeggen. Hoe dan ook, het zuiden
van de Achterhoek was voornamelijk katho
liek en lijkt wat op Noord-Brabant. Het noor
delijke deel telde meer hervormden en doet
aan Drenthe denken. Binnen een provincie
kun je kennelijk dus dezelfde verschillen vin
den als tussen Drenthe en Noord-Brabant.'
Zuid-Limburg
Hanskamp relativeert zijn stelling over de
relatie tussen politiek en landschap, als hij
zegt dat je in het katholieke Zuid-Limburg
andere patronen ziet: 'Daar nam het toe
risme al vroeg een hoge vlucht. De toeristen
kwamen voor de rust en de natuur en de
bestuurders hielden daarmee rekening in
hun planologische keuzes. In Twente was de
invloed van de stedenband van Enschede,
Hengelo en Almelo zo groot, dat plaat
sen als Ootmarsum of Tubbergen weinig
kans kregen om te groeien. Van een echte
een-op-een relatie tussen politiek en land
schap is daarom geen sprake. Maar over de
grens tussen Drenthe en Duitsland, in het
Emsland, is onder invloed van de CDU wel
weereen "katholieke" spreiding in het land
schap ontstaan.'
De verschillen zijn ook terug te voeren op de
overtuigingen van de provinciebestuurders:
'De PvdA'ers in Drenthe kozen voor het spa
ren van de laatste woeste gronden en voor
het groene landschap. De VVD'ers en de
hervormden van CHU en ARP wisten ze mee
te krijgen. Bovendien handhaafde Drenthe
strenger dan Noord-Brabant. Het resultaat
is dat Drentse zanddorpen als Norg, Rui
nen, Odoorn, Gieten, Borger en Gasselte
in vergelijking met Noord-Brabant klein ble
ven en het buitengebied betrekkelijk leeg.
Die leegte moet je koesteren,' concludeert
Hanskamp: 'Het maakt het wonen in Dren
the aantrekkelijk en toerisme en recreatie
varen er wel bij.'
44 HEEMSCHUT maart 2017