Archeologisch erfgoed is een grote bron van kennis over ons verleden. Het archeologie- beleid is erop gericht het bodemarchief in situ te behouden. Alleen op plaatsen waar wordt gebouwd, wegen worden aangelegd of op een andere manier de bodem wordt verstoord, mag worden opgegraven. Dat gebeurt na een analyse en een inschatting van de aanwezige waarden. Wat niet zo in de wet staat, maar essenti eel is voor een goed begrip van de kennis over ons verleden, is het zichtbaar maken van dat ondergrondse bodemarchief. Eind 2016 werd een bijzonder landschapspro ject opgeleverd in de provincie Utrecht. Vlak bij fort Vechten in Bunnik, onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie, is het Romeinse fort Fectio op een bijzonder manier zichtbaar gemaakt. Het gehele archeologische monument is circa dertig hectare groot. Op deze plek hebben de Romeinen over een periode van driehonderd jaar zeven verschillende forten gebouwd. Het laatste castellum dateert uit 315 na Chr. en is door Parklaan archi tecten als uitgangspunt genomen voor het ontwerp. De heuvel waaronder de archeo logische schatten liggen, is aangevuld met grond waardoor een horizontaal plateau en grachten zijn ontstaan. Een betonnen plint, met een lengte van anderhalve kilometer, geeft de contouren van het drie hectare grote castellum aan. De Limeswegen, de vicus, dat is het dorp rond het castellum, en de Romeinse Rijn zijn elk op een eigen manier verbeeld. Alle bouwwerken die worden gemaakt, zoals de plint, de plattegronden van woningen en schepen zijn gebaseerd op een stramien- maat van 0,50 meter. Deze stramienmaat wijkt bewust af van de Romeinse maatvoe ring en laat zien dat het een huidige inter pretatie is, die overigens wel verwijst naar de systematische Romeinse manier van bouwen. Eric Klaarenbeek, designer of the unusual, heeft de invulling van de plint uitge werkt in een beeldverhaal over de geschie denis van de archeologie van Fectio. maart 2017 HEEMSCHUT 41

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2017 | | pagina 41