Fonds voor de balans Werelderfgoed: Reservaat voor bewoners? gegeven. En ik gun het die jonge mensen ook: is het niet fantastisch om tot 's avonds laat op een rustieke woonboot in een prach tige gracht met vrienden te relaxen en naar muziek te luisteren? Laten we ook trots zijn op onze stad waarin iedereen in alle vrijheid zichzelf kan zijn.' Ik prijs Hodes' tolerantie, maar weet niet of ik net zo zou reageren. Heemschut Amsterdam vindt dat de opbrengsten uit de toeristenbelasting direct ten goede zouden moeten komen aan de instandhouding van monumenten. Hiervoor moet dan een apart fonds worden opge richt. Hodes ziet meer in een algemeen fonds waaruit initiatieven worden bekos tigd die de balans in de hele stad bevorde ren. 'Om te voorkomen dat de binnenstad een toeristisch reservaat wordt en buiten landse toeristen gaan vragen waar de uit gang van pretpark Amsterdam is, kan dit fonds investeren in betaalbare woningen of diversifiëring in het aanbod van winkels mogelijk maken, zodat niet elk leeg winkel pandje wordt opgevuld door een waffle shop of kaaswinkel. Ook kun je met dit fonds bezienswaardigheden met een grote aan trekkingskracht buiten het centrum op gang brengen. Dan heb je een duurzaam model waar zowel de bewoners als de toeristen van profiteren. De toeristen blijven verze kerd van een waardevolle, bevredigende en plezierige ervaring, en de binnenstad behoudt haar aantrekkelijke mix van betaal baar wonen, werken en verblijven.' Hoe doorbreek je die paradox van het toe risme vraag ik mij af? Hoe zorg je ervoor dat een stad niet aan zijn eigen succes ten onder gaat en dat het eigene van de stad - de reden waarom al die bezoekers komen - behouden blijft. Hodes: 'Dat is de grote uitdaging en nog geen enkele stad in de wereld is er tot nu toe in geslaagd hier een goed antwoord op te vinden.' Zou het antwoord misschien kunnen zijn om werelderfgoedsteden juist expliciet te beschermen tegen toeristische functies, opper ik. Zoals dieren in natuurparken worden beschermd tegen de expansiedrift van de mens, zo worden bewoners in bij zondere erfgoedsteden beschermd tegen de uitwassen van toerisme. In zo'n gebied gelden strenge regels om de monocultuur van toerisme geen kans te geven er zich te nestelen. Er is een brancheringsregime dat voorkomt dat souvenirshops en andere toeristenwinkels de overhand krijgen. Hotels worden gecommuniceerd. Het is een recht en een voorrecht voor iedereen toegang tot dit erfgoed te hebben zowel materieel, emotioneel als intellectueel. Wat vindt Hodes van dit proefballonnetje? 'Het probleem is dat mensen jagen waar er prooi is en voor toeristen is dat de binnen stad van Amsterdam. Zo werkt het ook met natuur- en wildparken. Ja de dieren en de natuur worden door de parken beschermd, Steeds meer kaaswinkels en 'Nutella-shops' worden geopend langs de belangrijkste looproutes voor buitenlandse toeristen. en short-stay accommodaties worden geli miteerd en de woonwerkfunctie wordt geborgd en gehandhaafd. Het grote verschil met een natuurreservaat is dat er geen hek omheen komt of dat er toegang wordt geheven. Het blijft openbaar en vrij toegan kelijk gebied, precies zoals dat geformu leerd is in het ICOMOS Charter: Cultureel erfgoed is eigendom van iedereen. De bete kenis en de noodzaak van het behoud ervan moet met iedereen, bewoner of bezoeker, maar tegelijkertijd trekken ze ook veel meer mensen aan. Zo ook in Amsterdam, de bin nenstad wordt beschermd en zo wordt het nog aantrekkelijker voor bezoekers! Het gaat wat mij betreft om het tegenhouden van een monocultuur, of dat nu van bewo ners, bezoekers of bedrijven is. Het gaat mij om de menging van de functies en daarvoor zijn strenge regels nodig. En een stadsbe stuur met lef!' juni 2016 HEEMSCHUT 9

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2016 | | pagina 9