Smeedijzer
Torenuurwerken
Opwinden en gelijkzetten
uurwerk, die dezelfde functie had maar niet
zo nauwkeurig was. In 1656 heeft Christi-
aan Huygens voor het eerst een slinger als
tijd regelend onderdeel in een uurwerk toe
gepast en hierdoor ontstonden nauwkeurig
lopende uurwerken.
Het is eigenlijk jammer dat deze staaltjes
van technisch vernuft voor de buitenwereld
onzichtbaar staan weggestopt. Via steile
trappen naar stoffige zolders en tochtige
kerktorens worden de mechanische uurwer
ken, bedoeld voor openbare tijdsaanwijzing,
bereikt.
De oude uurwerken zijn allemaal gesmeed.
De smid moest het ijzer in zijn smidsvuur
heet maken en kon het dan door hameren
in de juiste vorm brengen. Voor de tandwie
len moest veel gezaagd en gevijld worden
om de tanden in de juiste vorm te krijgen.
De zagen en vijlen moest de smid eerst zelf
maken. Het vervaardigen van uurwerken
was zeer tijdrovend en ze waren dus duur.
In veel plaatsen was het ook een status
symbool.
De oudste nog bestaande uurwerken zijn uit
het eind van de veertiende eeuw. Deze zijn
vaak groot en ze hebben een gering aantal
tandwielen. De afmetingen van het uit ca.
1400 daterende uurwerk van de Lucaskerk
te Winkel (N-H) zijn: lang 1,80 m, breed
1,20 m en hoog 1,90 m. Aan het smeed
werk is te zien dat, behalve het gangrad,
alles op dezelfde manier gesmeed is en er
verder geen onderdelen vervangen zijn. Dit
lijkt daarmee een van de oudste en meest
originele uurwerken van ons land te zijn en
mogelijk zelfs het meest originele uurwerk
ter wereld.
Behalve in de kerktorens werden vanaf eind
zeventiende eeuw ook uurwerken aange
bracht in de hoofdgebouwen of koetshui
zen van landgoederen en in enkele hofjes.
Als ze in het hoofdgebouw stonden, zit de
wijzerplaat vaak in de voorgevel, zodat pas
santen goed zagen dat de eigenaar een uur
werk had.
Wanneer een uurwerk een keer niet opge
wonden was of door een storing stil was
blijven staan, moest het weer met behulp
van een zonnewijzer op de juiste tijd worden
gezet. Deze zijn dan ook vaak aangebracht
in kerktorens of bij gebouwen met een uur
werk.
Bij de uurwerken moet de koster de zware
gewichten omhoog hijsen. De laatste jaren
zijn veel van deze mensen wegbezuinigd en
zijn de veel handmatig opgewonden uurwer
ken stil blijven staan en vervangen door een
elektrische installatie voor de aandrijving
van de wijzers. De eeuwenoude uurwer
ken staan dan ergens te roesten doordat
er geen onderhoud meer verricht wordt.
Om dit te voorkomen heeft onder andere
de Stichting tot Behoud van het Torenuur
werk meegewerkt aan het ontwikkelen van
automatische opwindsystemen en gelijkzet-
systemen, die onder het uurwerk nauwelijks
opvallen.
Daan Kerkvliet is deelnemer van de Stich
ting tot Behoud van het Torenuurwerk.
Deze vrijwilligersorganisatie stelt zich ten
doel de mechanische torenuurwerken wer
kend in torens en gebouwen te behouden.
Het museaal opgestelde uurwerk van de Lucaskerk te Winkel (N-H). Het Imker gedeelte is het
gaand werk, rechts is het slagwerk.