Sloopwoning Colleges van Ter Kuile Het was Jan Schaefer (de toenmalige staatssecretaris voor stadsvernieuwing) die in 1975 tijdens de opening van het eerste monumentenjaar de lans brak voor het her stel van onze historische binnensteden. Op een van de laatste mooie najaarsdagen van dit jaar is het druk op de markt in Vianen. Samen met Peter van Dun loop ik over de Voorstraat, nog altijd de hoofdstraat van het fraaie middeleeuwse vestingstadje. Zelfs onder monumentenliefhebbers zal Vianen vooral bekend zijn vanwege de filemeldin gen op de A2, maar waarschijnlijk niet om haar goed bewaarde middeleeuwse stra- tenpatroon en de hoge monumentendicht heid. Eindjaren zeventig kocht Van Dun een huis in een van de rustige straatjes langs de middeleeuwse stadsmuur die het historisch vierkante stratennet omringt. Oorspronkelijk was Van Dun helemaal niet van plan om in Vianen neer te strijken, hij zocht eigenlijk een woning in Zeist, vlakbij het kantoor van de Rijksdienst. Van Dun: 'Ik kon geen betaalbare koopwoning vinden in Zeist. Een collega, die zelf ook in Vianen woonde, wees mij op de mogelijkheden om hier voor een prikkie een onbewoonbaar verklaarde woning te kopen. Dit waren oude vervallen huisjes, maar met monumentale waarde.' Het huis van Van Dun, toen in gebruik als opslag, ligt op de middeleeuwse omwalling, gebouwd tegen een oud rondeel. 'Het was een type woning waarvan ik er zelf vele tien tallen van de sloop had behoed door mijn werk voor de Rijksdienst. In het kader van de stadsvernieuwingsregeling voor de rehabilita tie van historische steden en dorpen kwam ik in aanmerking voor subsidie. Indirect heb ik zo kunnen profiteren van het beleid van Volkshuisvesting. Een beleid waarover som mige van mijn collega's bij de Rijksdienst regelmatig van mening verschilden', zegt Van Dun met een veelbetekenende glimlach. Van Dun zou Vianen nooit meer verlaten. Na zijn pensionering, ongeveer tien jaar geleden, voegde hij zich bij de provinciale commissie Utrecht. Als specialist binnen de commis sie houdt Van Dun zich voornamelijk bezig met gebiedsontwikkeling en structuurvisies. Zijn specialistische kennis op dit gebied heeft hij te danken aan zijn werk bij de Rijks dienst. In Zeist hield hij zich bezig met het behoud van grotere ruimtelijke structuren, zoals beschermde stads- en dorpsgezich ten. Mede door zijn inspanningen kwamen er subsidieregelingen om verpauperde histo rische binnensteden op te knappen. De his torische kernen van plaatsen zoals Kampen, Deventer en Doesburg kwamen op de lijst van beschermde stadsgezichten. Tijdens zijn studie Bouwkunde liep Van Dun college architectuurgeschiedenis bij profes sor Ter Kuile. Er ging een wereld voor hem open. Ter Kuile plaatste de architectuur mid den in het dagelijkse leven. Van Dun raakte gefascineerd door de sociaalhistorische betekenis van architectuur en koos voor de restauratierichting. Zijn afstudeerscrip tie ging over herbestemming van Kasteel Well in Limburg. Het nadenken over herbe stemmingsvraagstukken zat er bij hem dus al vroeg in. Op zijn vele dienstreizen voor de Rijksdienst in het noorden en oosten Via de imposante Lekpoort komt men in de Voorstraat.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2015 | | pagina 29