Alexander Pechtold: 'Erfgoedwet, vertrekpunt om verder te denken.' Column Alexander Pechtold ik Alexander Pechtold Is partijleider en fractievoorzitter voor D66. Hij was tevens woordvoerder in het debat over de Erfgoedwet. Wat is nou eigenlijk erfgoed? Die vraag stelde ik centraal tijdens het debat over de Erfgoedwet in de Tweede Kamer. Deze wet moet ons rijke culturele verleden voor toekomstige generaties beschermen. Maar zonder een definitie kan je alles wel behou den of juist weggooien. Daarbij verandert de perceptie van ons erfgoed met de tijd. Wat ooit een gebruiksvoorwerp was, pronkt nu in een museum. Voor mij is erfgoed het waarneembare dat ons rest, het tastbare verleden dat wij wil len doorgeven aan toekomstige generaties. Dat doen wij omdat erfgoed waardevol is en ook waarden-vol is. Erfgoed laat zien wat ons bindt, wat ons onderscheidt en hoe we geworden zijn zoals we zijn. Mijn doel was om het proces rondom afsto tingvan kunst zo zorgvuldig mogelijk te laten verlopen en de tijd, tijdgeest en politieke kleur hier zo min mogelijk op van invloed te laten zijn. De resultaten die door ons als Kamer zijn geboekt, hebben bijgedragen aan die extra zorgvuldigheid. Zo valt nu al het openbaar kunstbezit onder de erfgoed wet, ongeacht de eigenaar. Ook de door de minister voorgestelde pro cedure rondom het inwinnen van deskundi genadvies kon wat mij betreft nog wel wat aangescherpt worden. Dat moest voorheen door overheden gebeuren, die niet altijd de juiste specialisten in huis hebben om een kunstvoorwerp op waarde te schatten. Zo bood in 2005 het Haags Gemeente museum een bloemstilleven aan van ene Mackoff, voor een vraagprijs van 1.000,-. Gelukkig was het veilinghuis zeer oplettend. Het schilderij was namelijk van de vooraan staande Russische schilder Masjkov. Uitein delijke opbrengst: 3,3 miljoen euro. Dankzij een openbaar register dat nu in de wet is opgenomen, moet het voornemen tot ver vreemding bekend gemaakt worden, wat de procedure transparanter en zorgvuldiger maakt. Dit is van belang omdat het gaat om openbare kunst, vaak schenkingen van par ticulieren, die weliswaar aan een overheid zijn gegeven, maar bedoeld zijn voor het algemeen publiek. Het hoogste bescher mingsniveau doet daarmee dus meer recht aan deze kunst. De erfgoedwet is wat mij betreft geen eindpunt, maar eerder een uitnodiging om verder te denken en te discussiëren over ons culturele erfgoed. Ook de minister onderschreef dit. Zo is deze wet een mooi begin om ons erfgoed zoveel mogelijk in de oorspronkelijke omgeving te beschermen. Zodat niet alleen een gevel van een monu ment er mooi bij staat, maar ook het inte rieur bewaard blijft. Of dat de tuin waarin keizer Wilhelm II houthakte, er mooi bij blijft liggen. En de tafel waaraan de capitulatie werd getekend in Hotel de Wereld in Wage- ningen blijft staan, waar die staat. september 2015 HEEMSCHUT 43

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2015 | | pagina 43