De ontmanteling
Kansen voor herstel
plaats, zoals meekrapbereiding, zoutzieden,
kalkbranden en pottenbakken. In de tweede
helft van de zestiende eeuw wordt de haven
mond, die net buiten het oude centrum ligt,
versterkt en van twee schansen voorzien.
Daarvan is de Zuidschans (nu de Water
schans genaamd) deels bewaard geble
ven en daarmee de oudste nog bestaande
havenschans van Zuidwest Nederland.
De Waterschans werd aangelegd vanwege
de toenemende oorlogsdreiging door de
Spaanse troepen. De havenmond moest
immers worden beschermd om de aanvoer
van voedsel en wapens te garanderen en
de handelsfunctie van de stad te waarbor
gen. Prins Willem van Oranje gaf in 1584
de opdracht tot de aanleg van een noord
schans en een zuidschans. Daarmee ging
de fortificatie vooraf aan de West-Brabantse
Waterlinie met de forten De Roovere, Pins-
sen en Moermont, die pas vanaf 1628 wer
den ontwikkeld.
Ongeveer acht jaar na de aanleg van de
Waterschans werd rondom de fortificatie een
dijklichaam (contrescarp) gelegd als eerste
verdedigingslinie en ter bescherming tegen
stormvloeden. Ten zuiden van de oorspron
kelijke vaargeul werd een nieuw havenkanaal
aangelegd meteen bedijktestadspolder. Het
omringende gebied van de Zuidschans werd
deels in gebruik genomen door tuinderijen.
Het overige deel bestond uit woeste grond,
schorren en slikken. Deze werden regelma
tig door stormvloeden overspoeld, omdat ze
nog niet door dijken waren beschermd. Het
gebied ten westen van de haven kwam hier
door min of meer permanent onder water te
staan en de aanleg van de vesting maakte
dat veel landbouwgrond verloren ging. De
zuidelijke vissershaven kwam uit op een
molenwater, dat in open verbinding stond
met de Oosterschelde. De watermolen die
daar stond, werd aangedreven door de wis
selingvan de getijden. Dit is een van de getij
demolens, die Holland rijk was.
Vervolgens werd naar ontwerp van Menno
van Coehoorn een zodanig omvangrijke
De Zeeland na herbestemming tot winkelcentrum.
meer, maar aan het eind van de 18de eeuw
verdween een groot deel van de bebouwing
op het binnenterrein.
Als de vesting van Bergen op Zoom in de
19de eeuw wordt ontmanteld, ontsnapt de
Waterschans aan de sloopwoede. Toch is
door vergraven en dempen van grachten
veel verloren gegaan. Het complex, inclusief
de stadspolder, werd een soort bedrijven
terrein met oesterputten, kreeftenpark en
bijbehorende bebouwing. Na de Tweede
Wereldoorlog vestigden er zich een olie-
bedrijf en ijzergieterij 'De Holland'. Op een
ander deel kwam de opslag van een wegen
bouwer en als laatste gebruiker een aan
nemersbedrijf. De voormalige ijzergieterij,
gedeeltelijk herbestemd tot jachtwerf, is
inmiddels een gemeentelijk monument.
Door de verschillende functies die het
gebied na de ontmanteling van de Water
schans heeft gekregen, is veel van het
oorspronkelijke reliëf in het gebied verdwe
nen, maar de contouren van het fort en de
grachten blijven zichtbaar. Wanneer we een
kaart van de Waterschans uit 1759 leggen
op een luchtfoto van de huidige situatie,
wordt duidelijk dat meer herstel goed moge
lijk is. Naast de oude havengeul zijn een
deel van een bastion, de havenkade en een
vesting met bolwerken, ravelijnen, lunetten
en hoornwerken aangelegd, dat Bergen op
Zoom in het vervolgde bijnaam 'La Pucelle'
(de maagd) ging dragen. Omdat het gebied
ten westen van de haven zo vaak onder
water stond, heette een van de bastions die
werd aangelegd dan ook 'Boerenverdriet'.
De Waterschans groeide in de eerste helft
van de 17de eeuw uit tot een belangwekkend
verdedigingswerk met ruimte voor wel 300
manschappen, gehuisvest in een tiental
gebouwen, soldatenbarakken, officierswo
ningen en wapenopslagplaatsen. In het fort
bevonden zich vier tapperijen waar forse
hoeveelheden bier werden omgezet. Uit de
archieven blijkt dat er in de loop der eeu
wen een garnizoen van wisselende samen
stelling was gevestigd. Gedurende eeuwen
is de Waterschans het belangrijkste voor
uitgeschoven verdedigingswerk van Bergen
op Zoom. De uiterlijke vorm veranderde niet
Bouwers bij De Zeeland, 1921.
juni 2015 HEEMSCHUT 7