Vrijwilliger op stap
Steun van de bevolking
Rob Bakelaar met op de achtergrond de Batavia.
voor het behoud van dit historische deel van
de stad. De barakken zijn wel aangepast.
Ze voldoen aan de eisen van deze tijd en
worden bewoond. Let op de manier waarop
ze rond een centraal grasveld zijn gegroe
peerd. Dat is zo gedaan om luwte te schep
pen. De wind kon ongenadig blazen over de
kale vlakte die hier lag.'
Waar je ook bent in Lelystad, Bakelaar heeft
altijd een verhaal paraat. De bebouwing is
logischerwijs niet ouder dan maximaal een
jaar of zeventig en dat geeft Heemschut
Flevoland een speciale verantwoordelijkheid
voor het behoud van ons meest recente erf
goed: 'Zo voelen wij dat hier in de polder en
we krijgen steun uit de bevolking. Soms van
de mensen die zelf nog meewerkten aan de
bouw en anders van hun kinderen.'
De barakken bleven bewaard, maar van
De Waterwijzer, het markante kantoor van
Rijkswaterstaat, waar een belangrijk deel
Bakelaar (1951) praat even makkelijk over
architectuur als over stedenbouwkunde,
planologie en het ontwikkelen van een
nieuwe samenleving. Dat is niet verwonder
lijk, bij het opbouwen van de polder moest
je van vele markten thuis zijn: 'Je deed je
werk, maar er werd ook een grote mate
van maatschappelijke betrokkenheid ver
wacht. Samen werken aan de opbouw van
de samenleving.'
Hij begint zijn verhaal in museum Nieuw
Land, waar Heemschut Flevoland verga
dert: 'In het archief van het museum is de
geschiedenis van de polders vastgelegd.
Dat is bijzonder, er zijn maar weinig gebie
den waarvan het ontstaan zo goed gedocu
menteerd is.'
In het museum hangen foto's van de pio
niers van de polders. Ze vormden een
kleine gemeenschap, sliepen in barakken
en kwamen bijeen in een houten kantine.
De barakken in Lelystad bleven grotendeels
bewaard en Bakelaar rijdt ons er naartoe:
'Heemschut heeft zich met succes ingezet
28 HEEMSCHUT december 2014
Mede dankzij Heemschut behouden: de woningen op het voormalige werkeiland.