Opzet van de herbestemming
Het behoud van de historische kwaliteit
van een monument staat of vait met
de insteiiing van de eigenaar, iedere
nieuwe monumenteneigenaar is in feite
een tijdelijke beheerder van het monu
ment. Zeker als het gaat om herbestem
ming van monumentale of karakteris
tieke boerderijen is een verantwoorde
aanpak essentieel. Bovendien is naast
het herbestemmen van het gebouw ook
de omgang met de omgeving, zoals het
erf en het landschap, van groot belang.
Heemschut is blij met het particulier
initiatief van Het Jaar van de Boerderij,
dat bijdraagt dit bewustzijn te vergroten.
akte uit 1880 staat dat de hofstede wordt
omgeven door 2 hectare sier- en moestuin,
met een totale bedrijfsoppervlakte van 53
hectare grond. Vanaf die tijd blijft de Blauwe
Hoeve in dezelfde staat tot 1923, wanneer
J. van Hooydonk het geheel moderniseert.
Diens zoon voert vanaf 1957 een aantal ver
bouwingen door en breekt het bakhuis af.
Welke visie vormde het uitgangspunt bij
de herbestemming? Allereerst dienden de
aanpassingen zodanig te worden uitge
voerd dat volgende generaties zich er ook
in zouden kunnen vinden. Bij herbestem
ming is continuïteit immers heel belangrijk.
Uitgangspunt vormde de oorspronkelijke
architectuur, op basis waarvan onze wen
sen gerealiseerd konden worden. We von
den het van belang te laten zien op welke
onderdelen daarvan is afgeweken. Uit
onderzoek bleek dat in het verleden verbou
wingen hadden plaatsgevonden. Deze heb
ben we zoveel mogelijk intact gelaten. Met
de restauratie hebben we getracht respect
te tonen voor het 'verhaal' van de bouwhis-
torie. Daarom is bijvoorbeeld het dak van
de later gebouwde stal met pannen gedekt
en niet met riet zoals het woonhuis. Het
bakhuis is als replica herbouwd. De sier- en
moestuin zijn grotendeels volgens de oude
tekeningen hersteld. Wij vonden ook dat het
totale ensemble met omringend gebied bij
het gebouw betrokken moest worden. Dat is
nog steeds een punt van aandacht.
Het herstel van de boerderij werd vooraf
gegaan door een bouwhistorisch onder
zoek. Met hulp van het streekarchief werd
de omgeving in kaart gebracht. Een land
schapsarchitect heeft, op basis van deze
gegevens, een plan voor erf en omgeving
gemaakt. Het uitzicht is niet door opgaand
groen geblokkeerd maar open gehouden,
alsof de boerderij nog door haar eigen lan
derijen is omgeven.
Bij de grote verbouwing in de 18de eeuw was
het woonhuis afgescheiden van het stalge-
deelte. Om praktische redenen is gekozen
voor het herstel van het open voorhuis. De
aangetroffen sporen van een later gebouwde
herenkamer pasten niet bij de historische
oorspronkelijke raam- en vensterindeling.
Deze kamer is daarom niet herbouwd, de
bedstee wand is verplaatst naar de stal-
zijde. Dit is een omkeerbare ingreep, die
woonhuis en stal beter bewoonbaar maken.
De opkamer met daaronder een toogkelder
en de keuken (moos) zijn gehandhaafd. Voor
het stalgedeelte is gekozen om de gehele
balklaag met kolommen en kapconstructie
in het zicht te laten. De tussenruimtes zijn
als coulissen hierin opgenomen, met als bij
zonder detail de open doorgang in de leng
terichting van de potstal. Door toepassing
van de coulissebouw is het voor volgende
generaties bewoners mogelijk andere inde
lingen te maken, zonder het monument aan
te tasten. De ingang van het woonhuis is
gemaakt in de eerste set mendeuren, de
tweede set is aan de straatzijde dicht gezet.
Hierdoor lijkt het alsof de boerderij nog in
bedrijf is. De vrijstaande Vlaamse schuur
heeft nu geen functie, maar mag niet ont
breken in het ensemble.
Het totale gebied Hoeveneind, Moleneind
en Blauwhoefse Dreef vormt een waarde
vol cultuurlandschap en is als zodanig ook
beschermd binnen de ecologische hoofd
structuur. In het verleden zijn echter delen
van de bijzondere boomsingels met acacia's
en houtwallen verdwenen. Hier zou een ver
sterking van de natuurwaarden plaats moe
ten vinden om aan de uitgangspunten van
Momo (Modernisering Monumentenzorg)
te kunnen voldoen. Pas dan is de boerderij
weer één met haar omgeving. Hoeveneind
was ver in de procesgang om te worden
aangewezen als Beschermd Dorpsgezicht,
tot het moment van annexatie van Tete-
ringen door Breda. Helaas heeft Breda de
aanwijzing afgehouden met als argument
dat de nieuwe Monumentenwet voldoende
bescherming zou bieden.
Geert en Louis van der Wijst-PIatteel in de eetkamer. Op de achtergrond de Vlaamse schuur.
december 2013 HEEMSCHUT 9