RENE CHR. DESSING: alleen met samenwerken kom je verder! af Themajaar van de Historische Buitenplaats 2012 bereikt een miljoenenpubliek René Dessing is voorzitter van de stichting Themajaar Historische Buitenplaatsen 2012. Het afgelopen jaar bereikte hij naar eigen zeggen miljoenen mensen over dit onderwerp. Vijf vragen aan een bevlogen pleitbezorger. Karei Loeff Waarom hebt u het initiatief genomen voor dit Themajaar Aanleiding was de grote onbekendheid van de meeste mensen met dit uiterst boeiende en waardevolle onderwerp. Onbekend maakt onbemind. En dat is jammer en gevaarlijk. Het kan ook leiden tot de teloorgang van de bui tenplaats. Daarom heb ik, samen met een aantal andere privépersonen, dit initiatief gestart. Er is geen euro subsidie van de rijksoverheid aan te pas gekomen, op een bijdrage na van het voor malige Ministerie van VROM. Daarmee konden we ons boek publiceren over de rol die buiten plaatsen hebben gespeeld bij de totstandko ming van ons landschap. We konden het jaar organiseren dankzij en met sponsoren, waaron der bedrijven en provinciale overheden. Eigenlijk schuilt in de opzet van dit themajaar een model voor het nieuwe cultureel ondernemerschap. Hoe hebt u dit jaar ervaren? Ik ben tevreden, maar ook geschokt. Tevreden over de enorme belangstelling. Met alle media, zoals het NOS journaal tijdens de Open Monu mentendag, de uitzending van onze documen taire over levende buitenplaatsen door vele regi onale omroepen, een special van het tijdschrift Elsevier, enorme publiciteit via internet, Linkedln groepen, Facebook en vier uur live radio bij OVT en Vroege Vogels hebben we miljoenen mensen bereikt. Duizenden mensen hebben ter plekke met andere ogen onze historische buitenplaatsen bekeken. Een journalist van een groot dagblad vertelde me dat hem letterlijk de schellen van de ogen waren gevallen. Maar ik ben ook geschokt. Geschrokken over de versnipperde wereld van groen en rood erfgoed. Van de versnippering binnen de monumentenwereld. Dat sommigen de belangen van personen of besturen boven die van het monument zelfstellen. Het is me opge vallen dat het gesprek over het 'Waarom behou den en wat dan' in de erfgoedwereld nauwelijks wordt gevoerd. De vreugde wordt niet gedeeld en het verrijkende komt te weinig aan bod. Dat is jammer, want in historische buitenplaatsen ligt zoveel schoonheid besloten. We zullen in de toe komst de plussen en de minnen op gelijke wijze voor het voetlicht moeten brengen en meer mensen moeten enthousiasmeren voor monu menten die onze omgeving leefbaar houden. Kunnen we dan wel spreken van een succesvol Themajaar? Jawel dat denk ik zeker, al zal de doorwerking van het succes nog moeten blijken. Het jaar heeft in ieder geval heel veel positieve publiciteit gebracht. Mensen hebben echt verbaasd gerea geerd: het grote publiek wist weinig tot niets van dit onderwerp. Ikdenkdaarbij dat we ook veel ste delingen hebben bereikt. Die hebben we geïnfor meerd en laten kennismaken met dit unieke cul tuurhistorische fenomeen. Al die themanummers, tentoonstellingen, openstellingen en rondleidin gen hebben hiertoe bijgedragen. Ja, in zijn mar keting is het Themajaar uiterst succesvol geweest. De 'buit',om het zo maar te zeggen, vind ikverder dat dit initiatief het in de breedte heeft gezocht. Het leverde nieuwe vormen van belangstelling en vrijwilligers voor de buitenplaats op. Wat het meer zal opleveren zal moeten blijken. 24 HEEMSCHUT december2012

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2012 | | pagina 24