In de 19e eeuw vond men hout
imitaties zelfs mooier dan echt
hout
Van Leidse schilders
Kleurentrapje legt oude
lagen bloot
Uitbundig
Kleuren van bouwmaterialen bepaalden lange
tijd het kleurenpalet van de huisschilder. Eind
19e eeuw kwam daar verandering in. Een
groter assortiment bakstenen leidde tot een
uitbundiger kleurgebruik in de architectuur.
Verfkleuren werden afgestemd op bijvoorbeeld
de kleur van een geglazuurde baksteen, een
glas-in-loodraam of zelfs op een tegelvloer
binnen. Nieuwe kleuren deden hun intrede,
zoals kobaltblauw. In de zakelijke architectuur
van het Nieuwe Bouwen bijvoorbeeld, contras
teren gevelonderdelen in deze kleur met de in
Leiden voor deze bouwstijl vaak toegepaste
gele bakstenen.
Dit rijke kleurenpalet maakt in de loop van de
20e eeuw plaats voor één dat zich beperkt tot
en meest bestendige verven. In de tweede
helft van de 20e eeuw veranderde Leiden zoals
andere Nederlandse steden in een stad met
grotendeels (erème)witte kozijnen en gevel
lijsten, gecombineerd met donkergroene ramen
en deuren.
Zandloper
In Leiden waait sinds kort een andere wind en
begint de openbare ruimte er veel kleurrijker uit
te zien. Het zal menig Leidenaar in het voorbij
gaan zijn opgevallen: het donkergroen op
Het schilderij 'Plundering van het huis De Drie Haringen' door Pieter Cattel (1748). Het kleuren-
advies voor de Leidse Waag is hierop geïnspireerd. Afbeelding Museum De Lakenhal, Leiden
Meer over het Leidse kleurenonderzoek en de
kleurstalenkaart 'Het Leidse kleurenpalet' in
Van Leidse schilders mette groote quost;
Historische buitenkleuren in de Sleutelstad.
Het boek is geschreven door Olga van der
Klooster en uitgegeven door Primavera Pers.
ISBN 7890 5997 1059, 14,50.
Zie ook www.leidenerfgoed.nl
ging men eraan voorbij dat imitatietechnieken
soms doelbewust deel uitmaakten van de archi
tectuur. In ieder geval mocht eind 19e en begin
20e eeuw het echte hout weer getoond worden
en was de huisschilder volop aan het beitsen
en vernissen. De Leidse binnenstad bevat nog
enkele gaaf bewaarde houten winkelpuien uit
die tijd.
groen en wit. Groentinten zijn altijd onderdeel
geweest van het kleurenpalet dat de klad
schilder tot zijn beschikking had. Ze werden
gebruikt op luiken, deuren, ramen en kozijnen.
In de 19e eeuw begon het standgroen aan
zijn opmars. Leverbaar in verschillende tinten
veroverde het de openbare ruimte, waarschijn
lijk om praktische redenen: het zijn de hardste
Foto Olga van der Klooster
Kleurentrapje legt oude lagen bloot
Met een sealpelmesje leggen kleurenonder-
zoekers oude verflagen bloot in zogenoemde
'kleurentrapjes'. Die geven een mooi overzicht
van de kleurontwikkeling door de tijd heen. In
de praktijk is dit overigens niet altijd even ge
makkelijk; hele bouwdelen zijn vaak vervangen,
of verflagen radicaal verwijderd tijdens onder
houdswerkzaamheden. Historisch beeldmate
riaal en archiefstukken als oude verfbestekken
vormen dan ook waardevolle aanvullende bron
nen. De foto toont het kleurentrapje op een van
de koepels van de Leidse Sterrewaeht.
mei 2012 Heemschut 17
Van Leidse schilders mette
groote quast
Historische buitenkleuren in de Sleutelstad
Olga van der Klooster