Themajaar voor de historische buitenplaatsen
PietArp - Te gemakkelijk loopje in Nederland
voorbij aan de buitenplaats. Dit jaar komt daarin
verandering. De stichting Themajaar Historische
Buitenplaatsen 2012 zal tot eind dit jaar met
activiteiten, openstellingen en een mediaof
fensief duidelijk maken dat de buitenplaats niet
helemaal uit het geheugen mag verdwijnen. Kijk
voor activiteiten en buitenplaatsen in de buurt
of ver weg op de bijzonder informatieve website
www.buitenplaatsen2012.nl
HOE ERG HET IS GESTELD met de bui
tenplaatsen? Een simpele getallenreeks
schetst de ernst. Tussen 1600 en 1900 werden
tot zo'n zesduizend buitenplaatsen gebouwd en
's zomers bewoond. Van die duizenden zijn er
de afgelopen eeuw 5400 verdwenen. Gesloopt.
Opgeofferd aan industrialisatie en woning
bouw. Als kaalslag werd het zelfs opgenomen
in het spraakgebruik: de opkoper Frederik Kaal
uit Amsterdam sloopte er tientallen.
De voorzitter van de Stichting THP2012,
René Dessing, kan ook met een andere benade
ring de ernst aangeven. Vraag in je omgeving
wat een buitenplaats is en negen van de tien
mensen valt stil. En vrijwel niemand, stipt
deze kunsthistoricus aan, weet vervolgens het
verschil te benoemen tussen een landgoed
en een buitenplaats. Beide bestaan uit een
meestal fors uit de kluiten gewassen, monu
mentaal huis, doorgaans met bijgebouwen,
tuinen en soms ook overige landerijen. Een heel
grove verdeling in landgoederen en buiten
plaatsen is, dat op een landgoed het hele jaar
door wordt geleefd, of in elk geval gewerkt om
inkomsten te vergaren. De buitenplaats is, met
de vaak zeer grote tuin en soms met lande
rijen, veel meer de plaats waar de eigenaar in
de zomer verbleef om zich over te geven aan
het genieten van het idyllische buitenleven en
de dichtkunst. Op de buitenplaats voerde het
recreëren de boventoon.
Bedreigd
Waar de landgoederen vaak eigendom waren
van adellijke families en uitgebouwd uit onder
meer fortificaties en versterkingen, werden de
buitenplaatsen vooral gesticht door de zich
opwerkende handelaren uit de grote steden.
In de zomer ontvluchtten ze graag de stad,
waar ziekten de gezondheid bedreigden en
de grachten zorgden voor veel stankoverlast.
Voormalige boerderijen werden verbouwd tot
zomerverblijf. De meeste buitenplaatsen vind
je dan ook op redelijk beperkte reisafstand van
de steden, en daardoor ook overal in Nederland:
van Groningen tot Limburg en van Holland tot
Brabant.
Tot enkele jaren geleden konden de particuliere
eigenaren (een slinkend aantal) en instellingen
als de provinciale landschappen en Natuur
monumenten voor kennis en hulp terugvallen
op de stichting tot behoud van Particuliere
Historische Buitenplaatsen, maar begin 2009
werd de susbsidie geschrapt en werd de orga
nisatie - met onder meer tientallen hoveniers
die hielpen bij het tuinonderhoud - opgedoekt.
Andere subsidievormen, zoals via de BRIM,
moesten de ondersteuning een nieuw gezicht
geven. De eigenaren van de buitenplaatsen
voelen zich toch behoorlijk in de kou staan.
Links:
Gelderland. Buitenplaats
Huize Klaphek, in Eefde.
Foto Kasteelheer wikipedia
Rechts:
Groningen. Buitenplaats
Ewsum, het schathuis.
Foto Fiardsearf, wikipedia
34 Heemschut februari 2012
Op landgoed
wordt gewerkt,
op buitenplaats
genoten