Herbestemmin
De akoestiek was na
restauratie ontoereikend
voor concertdoeleinden
Noorwits ontwierp een unieke,
zelfdragende kapconstructie
zonder steun van pilaren of
trekbalken
De bijzondere, zelfdragende kapconstructie van de Nieuwe Kerk.
over onvoldoende middelen. Uiteindelijk boden
de Sociëteit van 's -Gravenhage, een samen
werkingsverband van de drie hoge gewestelijke
colleges (Hof, Hoge Raad en Rekenkamer) en de
vroedschap van Den Haag uitkomst.
In 1648 werd grond van het afgebroken rosse
buurtje Padmoes voor de kerkbouw gekocht.
De architecten Pieter Aaronsz. Noorwits en
Barthold van Bassen werden uitgenodigd een
ontwerp voor de kerk te maken. De keus viel op
Noorwits, die een unieke, zelfdragende kapcon
structie zonder steun van pilaren of trekbalken
ontwierp. Hierop rust ook de 23 meter hoge
toren, voorzien van een uurwerk met twee
klokken, gegoten door Coenraet Wegewaert.
Als beloning voor zijn diensten werd Noor
wits benoemd tot koster, een functie die hem
belangrijke inkomsten in het vooruitzicht stelde
uit verkoop en verhuur van graven en hij mocht
vrij wonen in de kosterij naast de kerk. De kerk,
die geheel vrij staat op een ommuurd kerkhof
werd inl656 ingewijd. Twee jaar later is aan
de kerk nog een portaal toegevoegd met het
wapen van de Sociëteit van 's-Gravenhage.
Restauratie
De Nieuwe Kerk was bij oplevering niet voorzien
van een orgel. Naar goed calvinistisch gebruik
zongen de kerkgangers met een voorzanger.
Wanneer dit na verloop van tijd als onvol
doende wordt ervaren krijgt de Amsterdamse
orgelbouwer Johannes Duysehot opdracht voor
de bouw van een orgel dat, met enkele bouw
kundige voorzieningen aan de kerk, in 1702
werd opgeleverd.
Daarna vonden er de volgende twee eeuwen
slechts op beperkte schaal verbouwingen
plaats tot de restauratie in 1913.
De architect Mondt laat dan de dienstvertrek
ken aan beide zijden van de kerk slopen en
vervangen door nieuwe. Hij verving veel onder
delen en herstelde de kapconstructie.
Daarna volgden kleine restauraties tot in 1957
een ingrijpend herstel van de gehele kerk nood
zakelijk werd geacht. Dit leidde tot restauratie,
verbouwing en uiteindelijk de herbestemming.
In 1977 kon de Nieuwe Kerk als concertzaal in
Het monumentale orgel, geplaatst in 1702.
gebruik worden genomen. Omdat de stichting
niet het oogmerk heeft zelf het gebouw te
exploiteren ging zij 1977 een overeenkomst
aan met de N.V. Nederlands Congresgebouw,
waarbij de gemeente zich garant stelde voor
een exploitatieverlies.
Belevingswaarde
Er zijn dan echter nog onvoldoende gebruiks
mogelijkheden voor de Nieuwe Kerk, omdat
de akoestiek onvoldoende werd beoordeeld.
Aanpassing aan de eisen voor een concertzaal
vergde echter ingrijpende maatregelen. Deze
veroorzaakten geen grote materiële aantasting,
maar wel een zeer ernstige inbreuk op de be
levingswaarde van het monumentale interieur,
oordeelde de staatssecretaris van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschappen. Daarom adviseerde
hij in eerste instantie geen vergunning te verle
nen. Het feit dat door de aanpassingen de kerk
een extra functie zou krijgen en bovendien dat
de ingreep omkeerbaar is, deed het college van
B Et W van Den Haag besluiten de vergunning
toch te verlenen. In 1997 werden de akoesti
sche voorzieningen in gebruik genomen.
Dit betekende niet, dat het stichtingsbestuur
verder in deze situatie berustte. Technisch leek
het goed mogelijk de belevingswaarde van het
interieur alsnog te verbeteren, door een betere
zichtbaarheid van het fraaie orgel en de open
14 Heemschut december 2011