Joep Broeren - Heemschut-leden reizen komend najaar en volgend voorjaar
af naar het oosten van Duitsland om kennis te maken met de bakermat van
de heemschutgedachte, de Heimatschutzbund, die in 1904 te Dresden werd
opgericht. Anders dan in Nederland belandde deze beweging, onder meer als
gevolg van de nazi-jaren, ver buiten het maatschappelijk middenveld. Toch
zijn er voorzichtige pogingen weer een discussie op gang te krijgen over
waardevol erfgoed en hoe dat te behouden.
De Bund Heimatschutz komt
op voor het belang van
architectuur, geschriften,
muziek en schilderkunst
Tijdens de industriële revolutie
is er iets vreselijk misgegaan
HET FENOMEEN Eleimatschutz presenteer
de zich aan het einde van de 19DE eeuw in
Duitsland als een redmiddel voor hoogwaar
dige, streekgebonden cultuur. Elierbij vormt de
toegankelijkheid van die regionale cultuur voor
de leek het uitgangspunt. Effectieve commu
nicatie met deze onbevangen aanschouwer is
voor Eleimatschutz dus succes bepalend.
Er worden boeken geschreven, lezingen gehou
den en manifestaties georganiseerd. Buiten de
ideologische drijfveer is er onmiskenbaar ook
een economisch motief voor de verheerlijking
van regionale eultuurprestaties. Die moeten
stand zien te houden te midden van een groei
ende belangstelling voor het exotische: het
vertrouwde inheemse appelleert ogenschijnlijk
veel minder aan de verbeelding.
Dit mechanisme zou volgens de Eleimatschutz
ten koste gaan van regionale producten. De
pogingen om dit regionale werk nog aan de
man te brengen zijn volgens velen door de
sterke aantrekkingskracht van het culturele ex
periment, de externe impuls, dan ook gedoemd
te mislukken. In het kort gezegd komt de Deut
sche Bund Heimatschutz sinds haar oprichting
in 1904 op voor het belang voor het regionale
cultuurproduct. Hieronder valt de architectuur,
maar ook dichtwerk, geschriften, muziek en
schilderkunst.
Intern conflict
De voorwaarden tot hernieuwd economisch
succes voor het regionale cultuurproduct zijn
volgens de meer zakelijk georiënteerde
Heimatsehutz-leden een efficiënte productie,
een begrijpelijk vormgebruik en logische
functie-uitdrukking. De idealisten echter
richten zich meer op de 'expressie van de volks
aard' en de 'verbijzondering in het dagelijks
leven'. Deze voorwaarden voor succes vinden zij
dus enerzijds in de combinatie van techniek en
wetenschap en anderzijds in de volkskunde.
Dit is niet verwonderlijk, omdat de bond
grofweg bestond uit ambachtslieden, weten
schappers en cultuurhistorici. Wat hen in eerste
instantie bond was de behoefte om de regio
nale expressie te verkopen. Toch was een intern
conflict niet te vermijden. De term 'Heimat'
is een relatief neutraal begrip, dat naar een
oorsprong, een oriëntatiepunt verwijst. 'Schutz'
duidt op een strijd, zowel offensief als defen
sief, de letterlijke vertaling is 'bescherming'.
Dit doet twee vragen rijzen: welke oorsprong
vormt het oriëntatiepunt en waartegen en hoe
dient deze beschermd te worden?
De Heimatschutz-stelling is wel duidelijk.
Tijdens de industriële revolutie is er iets vrese
lijk misgegaan. Het dagelijkse leven verslech
terde drastisch door de grootschalige verste
delijking. Fysiek en mentaal heeft het volk te
lijden onder de teloorgang van de sociaal-
economische en maatschappelijke structuur
van de middeleeuwse 'Altstadt'. De industriële
revolutie veroorzaakte dan ook een hiaat in de
Germaanse cultuurontwikkeling en dat dient
uiteraard teniet gedaan te worden.
Normatief
Dit omgekeerde cultuurideaal krijgt op uiteen
lopende manieren invulling. De zakelijke rea
listen gaan uit van herstel van de leemte in de
cultuurontwikkeling, met geleidelijk regionale
cultuurontplooiing als einddoel. Architecten en
stedenbouwkundigen zijn volgens deze groep
door de snelheid van de economische en tech
nische ontwikkelingen tijdelijk gedesoriënteerd
geraakt. Techniek, kunst en wetenschap dienen
weer in evenwicht te komen met de intrinsieke
kwaliteiten van de geleidelijk gegroeide mid
deleeuwse stad. Met de succesvolle invoering
van eigentijdse technieken zouden architecten
in staat moeten zijn wederom hoogwaardige
woon- en leefomstandigheden te creëren.
De idealisten hebben echter veel meer moeite
met de ontstane situatie. In hun ogen is niet al
leen het verschraalde alledaagse leven in gevaar.
30 Heemschut augustus 2011
De
tweestrijd om de Duitse leek