■m
Juist in de historische kern van
de stad kun je geen leegstand
gebruiken
De koper is doorgaans alleen
geïnteresseerd in de locatie en niet
in voortzetting van het bedrijf
Warenhuisdirecteur uit
geslacht van zeevarenden
die zich aftekent als gevolg van overspannen
concurrentieverhoudingen, leiden tot bezuini
gingen op onderhoud van bedrijfspanden. Bui
tenlandse winkelketens, die een marktaandeel
in Nederland wilden veroveren, trekken zich
vanwege de economische crisis terug op hun
thuismarkt en laten lege winkelpanden achter.
'We hebben er al veel over gehoord maar deze
keer zal het uw tijd niet meer duren', conclu
deert het rapport dan ook.
Nico Vanderveen uit Assen is zo'n detailhande
laar, al neemt hij een speciale positie in. Hij is
directeur van het gelijknamige warenhuis in het
centrum van de Drentse hoofdstad, waar zijn
overgrootmoeder in 1897 een kleine manufac
turenwinkel begon. Volgende generaties maak
ten het gehele stadsblok, met oorspronkelijk 32
panden, tot één van de grootste warenhuizen
van Nederland. Vanderveen is lid van een be
leidsgroep van CBW-MITEX, die zich buigt over
de veranderende situatie in de detailhandel, en
neemt deel aan overleg in de gemeente Assen
over hetzelfde onderwerp.
Vierkante meters
Als de marktomstandigheden veranderen,
moet je je bedrijfsvoering aanpassen, zegt
Vanderveen. 'Internet is zowel een etalage als
een bestelmethode. Een deel van de bestelde
producten wordt opgehaald in de winkel en een
deel wordt verstuurd naar de klant. Ondanks de
geringe bevolkingsgroei is het aantal vierkante
meters winkelvloeroppervlak in Nederland de
laatste twee decennia verdubbeld. Geen won-
der dat er nu weer een groot deel afvalt. De
vraag is alleen waar. Zonder visie en aanvullend
overheidsbeleid dreigen de Nederlandse steden
gatenkazen te worden. We moeten dus keuzes
maken. Binnensteden hebben een belangrijke
sociaal-maatschappelijke functie, met cultuur,
erfgoed, horeca en detailhandel. Dat zal in
de afwegingen bij het opstellen en uitvoeren
van bestemmingsplannen een zeer belangrijke
factor moeten zijn.
'De ontwikkeling van visieloos bouwen moet
omgekeerd worden', zegt Vanderveen. 'Anders
gaan we de kant op van de Verenigde Staten,
waar sommige binnensteden bijna no go area's
zijn. Een steviger beleid van de overheid is een
begin. De trend is om gemeenten de regie te
geven, maar die zijn terughoudend wanneer het
gaat om een restricties, bang dat de buurge
meente er met de groei vandoor gaat. Elke stad
en elk dorp probeert daarom de bouwplannen
erdoor te jassen, eventueel met overheidssubsi
die, wat leidt tot nog meer overcapaciteit. Het
lijkt me daarom beter dat de provincies de regie
krijgen, liefst gecoördineerd in interprovinciaal
overleg.'
Handhaving
Om te voorkomen dat steden werkelijk als ga
tenkazen worden, moeten de bestaande regels
voor perifere detailhandelsloeaties worden
gehandhaafd. 'Die zijn duidelijk genoeg: geen
kleinschalige detailhandel op industrieterreinen.
Hechten we aan onze binnensteden, dan zal het
aantal goedkoop gebouwde winkeldozen op de
industrieterreinen moeten worden beperkt. Als
een historische binnenstad voor een groot deel
bestaat uit kleine, negentiende-eeuwse panden,
dan kun je onderzoeken of met behoud van de
gevarieerde gevelrijen grootschaliger kan wor
den gebouwd. Verbouwen achter de bestaande
gevels is ook een mogelijkheid.'
Vanderveen wil de binnensteden koesteren.
'Daar vind je de monumenten, de historie, de
cultuur en de beleving. Daar komen de mensen
bij elkaar en daar worden identiteit en imago
van een stad gevormd. De revolutie in Egypte
begon uiteindelijk ook op het Tahrirplein, en
niet voor de deur van een bouwmarkt op een
industrieterrein. De zorg voor de binnensteden
is een gedeelde taak voor overheden, detail
handel en Heemschut.'
Nico Vanderveen is een nazaat van Antje
Van der Veen, geboren Oldenburger, die
in 1897 samen met haar man Bareld
een winkel begon in Assen. Die groeide
uit tot het moderne warenhuis aan het
Koopmansplein. Antje was een telg uit
het geslacht van de Oldenburgers, die
vanuit Oude en Nieuwe Pekela in Gro
ningen met hun schepen de wereldzeeën
bevoeren.
Over de geschiedenis van de Pekelder
zeevaart en de rol die de Olderburgers
daarin speelden, zijn een boek en een
tentoonstelling gemaakt, beide met de
titel 'Van Kofschip tot Winkelparadijs'.
Boek en tentoonstelling geven een beeld
van de handelscontacten die de Oost-
Groningers onderhielden met plaatsen als
Riga en Danzig (Gdansk), het voormalige
Memelland aan de Oostzee, Engeland,
Schotland en Italië.
Basis van boek en tentoonstelling zijn
oude brieven en andere historische docu
menten uit het archief van de familie
Vanderveen. Die laten onder meer zien
welke risico's de zeelui liepen, hoe sterk
de familieband was en welke denkbeelden
de Oldenburgers erop na hielden. De
tentoonstelling is tot 25 september te
zien in het Veenkoloniaal Museum in
Veendam. Het boek is geschreven door
Jelte Conradie en Hendrik Hachmer,
kost 17,50 euro en is een uitgave van In
Boekvorm in Assen.
augustus 2011 Heemschut 11
VAN KOFSCHIP
TOT WINKELPA