Het opgeknapte, bij de
ingang van de Ambts
begraafplaats gelegen graf
monument voor H.J. Eerligh.
Het gietijzeren sierhek (met
granaatappels en pijlpunten)
is deels verdwenen.
De Stadsbegraafplaats was verworden tot een
vuilnisbelt en hondenuitlaatplaats, waar zwervers
een hangplek vonden. Op de begraafplaats van de
in 1920 met Stad Doetinehem samengeklonken
gemeente Ambt Doetinehem was het niet beter.
Bierblikjes, petflessen en lege boterhamzakjes
bepaalden het sfeerbeeld. Het werd bovendien een
'spannende' hangplek voor de schooljeugd. Buurt
bewoners en een wijkvereniging liepen er tegen
te hoop. Anno 2010 is sprake van verbetering. De
overlast op beide begraafplaatsen is verminderd
door het zichtbare onderhoud, de plaatsing van
prullenbakken en verbeterd toezicht.
Ornamentiek
De Stadsbegraafplaats is voor Wolter Coops his
torische grond. Hij troont de bezoeker mee naar
de zerk van voorvader vice-admiraal Herman H.Th.
Coops (1793-1865), die een plan maakte voor de
Nederlandse kustverdediging en drager was van de
militaire Willemsorde. Diens overwoekerde rust
plaats wacht nog een opknapbeurt, maar nazaat
Wolter heeft geduld.
Een andere met de militaire Willemsorde begiftigde
officier heeft meer geluk. De omgevallen zerk van
KNIL-majoor N.H. Kornelissen (1825-1888) staat
na de klussendag weer fier overeind. Het zijn maar
twee van de klinkende namen die hier een laatste
rustplaats vonden.
Aansprekend is de tekst op het graf van de
familie Westerbeek van Eerten, dat een lig
gende en staande zerk telt. De nagedachtenis
aan de dominee (1817-1888) wordt verbeeld met
opschriften als 'Een dienstknecht des Heeren die
lang en trouw heeft gearbeid' en 'Dankbare hulde
van vele Gemeenteleden aan hun ontslapen leeraar
en vriend'. De staande zerk behoort, door z'n orna
mentiek, tot de fraaiste gedenktekens op de verder
sobere dodenakker. Twee ineengrijpende handen
geven uiting aan de liefde en verbondenheid tussen
man en vrouw, terwijl een laurierguirlande onver
gankelijkheid en eeuwig leven symboliseert.
Natuurlijk verval
Op de tussen 1829 en 1920 in gebruik zijnde
Ambtsbegraafplaats liggen minder prominenten.
Niet onvermeld mag het graf blijven van
A.H. baron van Diest (1765-1858), schout en
schepen van Ambt Doetinehem, bewoner van het
landgoed De Kruisberg (het latere Rijks Opvoedings
Gesticht). Hij schonk bij zijn overlijden de her-
Stichtingssecretaris Wolter
Coops vertelt stagiaire
Maud van Sonsbeek van de
gemeente Doetinehem over
zijn voorvader (vice-admiraal
Herman Coops) die op de
Stadsbegraafplaats ligt.
De weer aan elkaar gelijmde
zerk van schout bij nacht
Schroder, die door Nederland
uitgeleend was aan Pruisen
om aldaar de marine op
poten te zetten.
14 Heemschut augustus 2010