Stedelijk weefsel van oude Joodse buurt in Amsterdam weer herstellen Jaap Kamerling - Een ruime meerderheid in de deelraad van Amsterdam-Centrum wil het oor spronkelijke stratenpatroon en stedelijk weefsel rond het Mr. Visserplein, de oude Jodenbuurt, terugbrengen. Daartoe moet het plein, dat pas in de jaren zestig ontstond als gevolg van een enorme verkeersdoorbraak, rigoureus worden aangepakt en zelfs gedeeltelijk bebouwd. Totaalbeeld De arehiteetonisehe waarde van de Demer is enerzijds gelegen in de architectuur van de afzonderlijke winkel panden, anderzijds in het beeld van de Demer als totaal. Het verkrijgt in vakkringen zelfs landelijk waardering, omdat het een van de weinige complete voorbeelden is van stadsherstel uit de wederopbouwperiode. Het vertelt het verhaal van de oorlog, het bombardement en de vitali teit van de ondernemers die destijds de moed hadden om opnieuw te beginnen. Het is een erflater van de Eindhovense architectenbureaus uit begin jaren Vijftig, omdat alle panden ontworpen zijn door Eindhovense bureaus. De Demer is een toonbeeld van de nieuwe naoorlogse (Brabantse) stedelijke architectuur. Traditioneel en ambachtelijk, met een link naar de Delftse School, waarmee Van der Laan zich verwant voelde. Bescherming Momenteel veroorzaken de vaak schreeuwerige verbou wingen aan het etalagefront en de leegstand van de verdie pingen die het verval versnelt, een grove aantasting van de harmonische straatwand uit de wederopbouwperiode. De stichting ziet de sluipende achteruitgang van het gebied en van individuele panden als een grote bedreiging voor dit ensemble. Om het tij te keren, en omdat actie van de kant van de gemeente achterwege bleef kwam de stichting een aantal jaren geleden in actie. In 2003 stelde zij B Et W voor de Demer op te nemen in de gemeentelijke lijst van beschermde monumenten. Dit verzoek werd begeleid met een uitvoerige redengevende beschrijving van elke individuele gevel en van het geheel van de straat. Dit proces loopt nog steeds. In 2007 verzocht de stichting om het straatbeeld Voorbeseherming te ver lenen. Dat voorstel betreft de Demer als een karakteristiek straatbeeld van de wederopbouwperiode. Dit betekent dat de gevels van de individuele panden in hun originele staat dienen te worden beschermd en dat de inrichting van de straat daarmee in overeenstemming dient te zijn. Met deze beperkte bescherming van de panden blijft een toekomstige ontwikkeling van de nering mogelijk, maar zullen voortaan beperkingen gesteld te worden aan gevel verbouwingen en uitingen van reclame en andere zaken die bij het handhaven van het originele straatbeeld een rol spelen. Deze stappen moeten leiden tot een betere bescher ming van dit voor Eindhoven zo belangrijke gebied. Dr. ir. P. Beekman is voorzitter van de Stichting Bescher ming Wederopbouwerfgoed Eindhoven. NIEUWE AMSTELSTRAAT en Valken- burgerstraat moeten weer organisch op elkaar aansluiten, evenals Muiderstraat en Jodenbreestraat, met nieuwe hoogwaardige bebouwing en doorgaande, uniforme bomen rijen. Dat bepleiten PvdA, GroenLinks en VVD in een gezamenlijke notitie naar aanleiding van de verkeersplannen voor het plein waar de centrale gemeente Amsterdam aan werkt. Het idee om het foeilelijke verkeerseircuit te vervangen door een echt plein met nieuwe bebouwing staat haaks op de plannen van de centrale stad om het huidige karakter van het plein te behouden teneinde de doorstroming van de Wibautas te verbeteren. Daartoe zou het aantal autostroken van 4 naar 6 moeten. Het plein is een gevolg van kaalslag van leeg staande woningen van in de oorlog wegge voerde joden en sloop voor de metro in de jaren zestig. Die wond moet worden geheeld. De drie partijen willen de stedelijke barrière, die destijds is ontstaan tussen het centrum en de oostelijke binnenstad slechten en van een rom melig en onaantrekkelijk verkeerseircuit een tweede Museumplein maken, samen met de culturele en religieuze instellingen in de buurt zoals de Hogeschool voor de Kunsten, de 26 Heemschut februari 2009

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2009 | | pagina 28