J
'De snelweg A1 schuift 300 meter naar het
zuiden op.' De restanten van Seeadler staan
ook in het visiestuk. 'Ze krijgen een functie en
gaan niet weg. Integendeel.' Tussen snelweg en
woningbouw komt een strook met recreatieve
voorzieningen zoals groen en een 45 hectare
grote plas voor de waterberging. 'Ik zie de
restanten straks in een mooie waterplas staan',
aldus de wethouder.
Miehei van Best is vanmiddag de expert, die
uitlegt hoe de radarstations functioneerden.
Om te beginnen is radar een Engels woord.
Duitsers spraken van een Funkmessgerat, een
stralingmeetapparaat. Op het terrein stond
op een vrachtwagenaffuit een reusachtig
'draadraam', zoals het verzet optekende. Deze
'Freya'-radar nam waar op lange afstand. Bij
nadering van vijandelijke vliegtuigen kozen
de twee reusachtige paraboolantennes op de
twee betonnen sokkels, de Würzburg-Riesen,
een doelwit. Waarna met twee HeinrichpeiIers,
masten met H-vormige antennes erop, er twee
Duitse jachtvliegtuigen op af werden gestuurd.
'Toentertijd was dit hypermodern', vertelt Van
Best, 'geperfectioneerd in een voortdurende
wapenwedloop met de geallieerden.' De radar
technologie ontwikkelde zich gelijk op met de
bouw van radarstations. Elk station was een
evaluatie van het voorgaande en kon ook zelf
al snel zijn achterhaald. In heel Europa zijn er
ruim driehonderd gebouwd, om de geallieerde
bommenwerpers richting de Eleimat te kunnen
onderscheppen. Door de snelle opeenvolging
van technieken, de geheimhouding en het
lastig te doorgronden wezen van de restanten,
is de geschiedenis van Seeadler nog omgeven
met raadsels en vragen. 'De verschillen tussen
de diverse radarstellingen zijn groter dan de
overeenkomsten', zegt Van Best.
Met de paraboolantennes van 7,4 meter dia
meter waren tot op 35 kilometer vliegtuigen
waar te nemen. Passerende bommenwerperes
kaders kwamen na Muiden binnen bereik van
het station in Harderwijk, daarna van dat in
Goor.
René Ros wijst op een gebouwtje met lange
mast in een weiland een paar honderd meter
verderop. 'Dat is het WP-baken van Schiphol,
dat werkt met vergelijkbare techniek als de
Heinriehpeilers van destijds. Een door het baken
uitgezonden puls wordt beantwoord door het
Duitse vliegtuig, waardoor afstand en richting
te bepalen zijn en daarmee de positie.'
De pulsen waren, anders dan radargolven,
niet te storen door het uitwerpen van grote
hoeveelheden aluminium strips uit vliegtuigen,
het wapen van de geallieerden tegen de Duitse
radarstellingen. Engelse commando's hadden
bij een overval in bezet gebied in Normandië
het hart van een radarstelling a la Seeadler
weggehaald en tevens een paar Duitse technici
gekidnapt. Zo ontdekten ze dat alle stations
dezelfde frequentie benutten, die te storen
was door aluminiumstrips van een van die
frequentie afhangende lengte te gebruiken. 'Er
zouden nog van dit soort strookjes bij sommige
Weespers in een la liggen', zegt Ros lachend.
Of die stoorteehniek leidde tot ontmantelen
van de radarstelling of dat er andere factoren
speelden is (nu nog) gissen.
Bekend is dat Seeadler in acht weken tijd werd
gebouwd in juli en augustus 1943 en dat de
barakken in december van dat jaar alweer
verlaten werden door de naar verluidt honderd
mannen en vrouwen. Op 14 december werd de
telefoon afgesloten. Had de techniek het baken
overbodig gemaakt? Of speelde het bombar
deren van Schiphol op 13 december een rol en
waren er gewoonweg geen jagers meer om naar
een prooi te begeleiden? Ros: 'We kunnen het
niet met zekerheid zeggen, maar toevallig is het
wel!'
Na Dolle Dinsdag werd het hout en metaal
verwijderd en in februari 1945 was het station
verlaten.
'We konden de twee betonnen funderingen van
de Heinriehpeilers met het internetprogramma
van Google Earth lokaliseren. Ze stonden een
eindje hiervandaan aan de Papelaan.' Lucht
foto's van de Engelse luchtmacht uit 1944
lieten zien, hoe de kabelsleuven liepen tussen
de bouwwerken. Die herbergden aggregaten
en telefoonverbindingsapparatuur. Van het
gebouw waarin op de plottafel de luchtge
vechten werden gevolgd en van de verblijfs-
ruimtes resteren louter nog betonnen platen in
de weilanden. Om de trefkans bij een bom
bardement te verkleinen, was het radarstation
ruim opgezet. De resten vormen het com
pleetste overblijfsel van een Duitse radarstel
ling in Noord-Elolland.
Ros en Van Best vinden dat ze historische
waarde hebben. Ze herinneren ons aan een
duistere periode. Het geheel is ook als monu
ment te beleven, vinden zij. Niet alleen als
gedenkteken van de ontwikkeling van de
verkeersleiding, maar ook voor de boven Neder
land gevoerde luchtoorlog en ter herinnering
aan hen die daarbij zijn omgekomen.
Meer informatie: www.radarstation.nl
P. Schat is lid van de commissie Noord-Holland
en voorzitter van de Stichting Militair Erfgoed
Groot-Amsterdam.
1
WÊSÊÈÈÈÊÊÊBê
augustus 2007 Heemschut 29
i at -■>}
t -
-pj y< r V