Tegen verwaarlozing binnenstad
Commissie Amsterdam van Heemschut op inspectie
Jaap Kamerling - De Commissie Amsterdam van Heemschut verdeelt zich geregeld
in kleine, uiterst beweeglijke, cultuurbrigades, die een stukje historische binnenstad
uitkammen op ontsiering en verval. Chique, grijze heren, elegante dames maar ook
jonge cultuurliefhebbers springen op hun fiets en bestijgen brug na brug om vol
afschuw voorbeelden van verslonzing vast te stellen.
Een vervallen pand aan de Warmoesstraat.
Foto Jaap Kamerling
B ij terugkeer is het ach en wee is niet van
de lucht, maar soms hoor je 'Wat is het daar
opgekapt'. Of: 'Er is wel een gereconstrueerd
geveltje geplakt op een heel nieuw casco,
maar het visueel resultaat mag er toch zijn'.
Heemschutters zijn tegenwoordig vaak prak
tisch ingesteld.
Maar wat kun je met de bevindingen verder
nog doen? Niet zo erg veel, meldt Joseeph
van der Haagen, directeur ruimtelijke en
juridische zaken van Heemschut. Als het om
Rijksmonumenten gaat kun je alleen wijzen
op het verbod om monumenten met opzet
fout te gebruiken. Ze mogen niet beschadigd
raken. Tegen schade door weersinvloeden kun
je echter weinig ondernemen. Wel kunnen
eigenaren van panden, monument of niet, op
grond van de bouwverordening worden aan
geschreven dat het gebouw door verwaar
lozing een gevaar oplevert. Dan moet zo'n
eigenaar voorzieningen treffen. Ook kan,
meldt Bureau Monumentenzorg, op basis van
welstand worden aangeschreven.
Van der Haagen ziet vooral heil in psycholo
gische drukmiddelen. De historische binnen
stad van Amsterdam is de grootste gave city
ter wereld en dus uniek. Beschermd stads
gezicht en bij de Unesco voorgedragen voor
de Werelderfgoedlijst. Met dat argument kun
je met eigenaars overleggen en hen als
gemeente wijzen op hun verantwoordelijk
heid. Martin Honig van Bureau Monumen
tenzorg zegt dat rammelen met subsidie
mogelijkheden ook kan helpen.
Slopen kan in de binnenstad bijna niet.
Eerst moet het Rijks- of gemeentelijk
monument via ingewikkelde procedures van
de monumentenlijst. Vervolgens wordt een
sloopvergunning zelden gegeven. Het gaat
hier immers om een beschermd stadsgezicht.
De meeste overige, officieel niet monumen
tale maar vaak wel beeldbepalende panden
zijn op de architectuurkaart benoemd in
categorieën van monumentaliteit orde 1,
orde 2 en orde 3. Orde 3 'monumenten' mag
je vervangen door nieuwbouw, mits die past
in de omgeving. Als het om orde 1 of 2 gaat
wordt een sloopvergunning meestal gewei
gerd. Dan resteert in feite het opknappen.
Als een pand eerder is gerestaureerd met
overheidsgeld ben je verplicht tot onderhoud.
De Monumentenwet kent helaas nog altijd
geen algemene onderhoudsplicht. Wel kan
Bouw en Woningtoezicht aanschrijven als
een pand gevaar oplevert voor de omgeving.
Elk pand moet technisch in goede staat
verkeren.
Bij nalatigheid treft het stadsdeel maat
regelen voor herstel en krijgt de eigenaar
achteraf de rekening, vertelt Han van der
Zanden van Bureau Monumentenzorg.
Ook een flinke boete en in het uiterste geval
onteigening behoren tot de mogelijkheden.
En er gelden eisen van welstand, ongeacht
hun orde. Als je iets doet dat niet mag op
grond van die eisen, bijvoorbeeld je pand
pimpelpaars verven of kunststof kozijnen
aanbrengen waar houten kozijnen standaard
zijn, moet je dat op last van het stadsdeel
ongedaan maken. Anders doet het stadsdeel ook
dit voor je en moet je achteraf dokken.
Drs. Jaap Kamerling is journalist cultureel
erfgoed te Amsterdam.
24 Heemschut oktober 2006