Aruba: zon, zee en... X1 Volgepakt eiland met eigen monumenten Annette Lieth - Zon, zee en... Ja, en wat? Aruba is niet groter dan Texel. Stedenbouw, ruimtelijke ordening, welstand en monumentenzorg, het is allemaal nog in ontwikkeling. Daarbij komt dat het eiland volgebouwd dreigt te worden en natuur gebieden er zeldzaam zijn. Een gesprek met twee schrijvers van een nog niet voltooid boek over Aruba. Waarom een boek over Aruba als er al een boek 'The Dutch Overseas' van Temminck Groll bestaat? 'Deze vraag hebben we vaker moeten beant woorden. Door zowel cultuur als architectuur te behandelen, schijnen we een nieuw licht op Aruba. Temminck Groll had voor Aruba een beperkt aantal pagina's beschikbaar, immers Nederlands-lndië zit in dezelfde band. Wij hebben de ruimte. Het is de cul tuurhistorische context die het boek aantrek kelijk en bijzonder maakt. We schrijven niet alleen over architectuur, maar ook over de wijze waarop de Arubanen woonden en bouwden. We hebben enige jaren veldonder zoek gedaan en met veel bewoners gesproken. We kennen als het ware elke steen, elk huis en elke bewoner. Bovendien hebben we veel landsarchieven en privé-col- lecties kunnen raadplegen.' Hoe zijn jullie bij Aruba betrokken geraakt? 'In 1996 werd het Monumentenbureau van Aruba opgericht. Voor het inventariseren en selecteren van monumenten werden twee architectuurhistorici gezocht. Wij werken al sinds 1988 als monumentendeskundigen en een collega attendeerde ons op de vacatures. Dankzij financiële steun van het toenmalige Kabinet van de Nederlandse Antillen en Aruba kon het project in 1998 van start gaan. Sindsdien worden we regelmatig bij het werk van het Monumentenbureau Aruba betrokken. Ik heb mijn jeugd op het eiland doorgebracht en heb er een speciale band mee', vertelt Olga. 'Voor mij is het elke keer een beetje thuiskomen.' Wat is een typische bouwstijl voor Aruba? 'Speciaal zijn de kunukuhuizen. Kunuku (spreek uit: koenoekoe) is het Indiaanse woord voor kostgrondje of akkertje op het platteland. Iedere Arubaan had vroeger een stukje grond in erfpacht om er producten op te verbouwen. De stedelingen van Oranjestad woonden in het weekeinde in de kunuku en hadden daar een eenvoudig tuinhuis of bui tenhuis, het kunukuhuis. In de kunuku woonden ook 'kunukero's, boertjes, die er permanent verbleven.' 'Het stenen kunukuhuis is in de 17e en 18e eeuw voortgekomen uit de architectuur van de Lage Landen. Wij noemen de architectuur ook wel 'groeiarchitectuur' of 'blokkendozen- woningen'. Begonnen werd met de kernwo ning met een zadeldak. De woning bestond uit een woonkamertje en een slaapvertrek aan de oostzijde. Kinderen sliepen in een hangmat of op de grond. Was er weer wat geld, dan werd aan de langszijde van de kernwoning een zogeheten (dichte) galerij gebouwd. Was er weer geld, dan kwam aan de andere zijde van de kernwoning een tweede dichte galerij. Beide keren werd het lessenaarsdak aangekapt waardoor een geknikt zadeldak ontstond. De keuken is van wege de noordoostpassaat altijd aan de CUBA DOMINICAANSE HAÏTI REPUBLIEK PORTORICO ^JAMAICA ARUBA ORANJESTAD -SURACAO BONAIRE COLOMBIA VENEZUELA j\ C TV ZUID AMERIKA westzijde van het huis gesitueerd in het ver lengde van een van de galerijen. Daartegen bevond zich een stenen haard met schoor steen die aan de binnenzijde van de keuken was te bedienen.' 'Op het platteland zijn de woningen meestal door zelfbouw tot stand gekomen. Broers, neven en buurmannen, iedereen hielp elkaar. Vaak was de bouw ter gelegenheid van een huwelijk, want geen woning geen huwelijk! Voor de muren werden lokale bouwmateri alen gebruikt zoals zwerfkeien, koraalstenen of klipgesteente (breukstenen). De materialen werden veelal zonder verband gestapeld waardoor de dikte van de muren van de oudste huizen varieert van 35 tot 50 centi meter. Beton werd na 1920 toegepast en is herkenbaar aan de dunne muren en wanden en de gelaagdheid van de glijbekisting.' 'De benodigde dakpannen werden uit Nederland geïmporteerd. Dit was meestal een slecht sluitend type, vandaar dat nok en oktober 2006 Heemschut 15

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2006 | | pagina 17