Pionierdorp Lelystad Voormalig werkeiland bedreigd met niet passende nieuwbouw Erik Boshuizen - Een enkele inwoner van Lelystad zegt nog 'op Lelystad' te wonen. Elet zijn de bewoners van het vroegere werkeiland waarmee de aanleg van de Flevo- polders een halve eeuw terug begon. Ter weerszijden van het gemaal Wortmann staat bebouwing uit die pioniers tijd. Nog wel, want er dreigt verandering. De Heemschut erfgoedexcursie (zie pagina 35) gaat eind september naar het nieuwe land en zicht op de nooit ingepolderde Markerwaard. 1 n 1950 besloot het kabinet tot de aanleg van Oostelijk Flevoland. Het beginpunt lag, wegens de eveneens voorziene aanleg van de Markerwaard en Zuidelijk Flevoland vrijwel in het middelpunt van het IJsselmeer. Vanaf twee drijvende pontons begon de aanleg van een dijk. In het voorjaar van 1951 konden op het eiland al enkele houten barakken worden gebouwd. Eén van de uitvoerders, A. de Waard, plaatste daar een piketpaaltje van wilgenhout met nog zoveel groeikracht, dat deze paal nu de oudste boom van Lelystad is. Het dorp kreeg in 1953 de eerste stenen woningen. Woonbarakken, een ziekenbarak en een pension voor ambte naren van de Dienst Zuiderzeewerken. Hieruit groeide later pension/ restaurant 'De Lange Jammer'. Op het eiland is ook de bouwput voor de sluis en het gemaal Wortmann. Ten noorden daarvan kwamen in 1954 stenen 'twee onder één kap'woningen voor het personeel. Het werkeiland in Lelystad Haven is herkenbaar aan het gemaal als wer kend monument van poldertechniek en met de houten barakwoningen, deels nog in gebruik bij de oorspronkelijke bewoners. Minder goed is het gesteld met de eerste stenen bebouwing. Grotendeels verlaten en het groene binnenterrein omgewoeld maakt het een desolate indruk. Hier ligt voor Heemschut Flevoland de belangrijkste bedreiging. In 2003 werd bekend dat een projectontwikkelaar het binnengebied wilde bebouwen met twee appartementengebouwen. De gemeente wilde het bestem mingsplan daarop versneld aanpassen, maar bewoners en Heemschut dwongen Lelystad tot een normale planontwikkeling. Ook het nieuwe ontwerp voldoet nog niet, vindt Flevolands commissielid en architect Rob Bakelaar. Wandelend over het werkeiland wijst hij op twee hoofdbezwaren. De appartementen worden overheersende vreemde elementen, en volbouwen van het binnengebied tast het karakter aan. Unieke zichtlijnen gaan onnodig verloren. Volgens Bakelaar onderkennen gemeente en provincie weliswaar de cultuurhistorische waarde, maar gaan ze met dit plan in de fout. Heemschut zegt dit zo onomwonden, omdat het werkeiland zich zowel aan de water- als de landkant onder scheidt van de rest van Lelystad. Alle ontwikkelingen uit de ontstaans geschiedenis zijn immers nog zichtbaar. 'Als je dit niet vasthoudt verlies je het unieke en onbeschadigde startmoment van Lelystad.' De deelnemers aan de Heemschutexcursie maken, behalve met de polder geschiedenis in het erfgoedcentrum 'Nieuw Land', ook kennis met een dorp dat net oud genoeg is om erkend te worden als monument, Nagele. Heemschut Flevoland vindt dat dit ook moet gebeuren. Al was het alleen maar om de gemeente te stimuleren de bestemming van dit gebied als waardevol te garanderen. Boshuizen is PR-medewerker van de Provinciale Commissie Flevoland Heemschut Flevoland maakt zich grote zorgen om de bedreigingen voor het oorspronkelijke werk eiland van Lelystad. Foto Eric Boshuizen 36 Heemschut augustus 2006

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2006 | | pagina 38