Meer informatie 22 Heemschut december 2005 natuurlijk nog liever uit het lokale bedrijfsleven. Volgens Pieter Siebinga, directeur van het Nationaal Restauratiefonds is het goede van dit plan, 'dat provincies dus niet met lege handen hoefden te beginnen. Zij kunnen uitgaan van een forse financiële basis. Wij legden als orga nisaties 16 miljoen euro op tafel met als doel stelling dit bedrag ten minste te verdubbelen. Het is lastig om fondsen te werven als je zelf niets te bieden hebt. Onze financiële bijdrage maakt dat een stuk hanteerbaarder.' Succesformule Die formule bleek in negen provincies een succes, zo stelt ook Frank Houben, oud Commissaris van de Koningin in Noord- Brabant. Houben maakte zich destijds zorgen over de vele verwaarloosde monumenten in zijn provincie, en greep tijdens een Open Monumentendag zijn kans om het idee voor een speciaal Brabants fonds te lanceren. Op datzelfde moment waren Restauratiefonds en Prins Bernhard Cultuurfonds al bezig met het uitwerken van hun plannen. Toevallig kwamen één en ander bij elkaar. 'Ab Weigraven, toen malig directeur van het Restauratiefonds, hoorde van het haalbaarheidsonderzoek dat wij door Berenschot hadden laten uitvoeren. Hij nam contact op en zo is het gekomen dat Noord-Brabant als eerste aan de slag is gegaan met een revolver end provinciaal fonds'. Er werd voor Brabant een minimum vastge steld van ruim tweeënhalf miljoen euro. Restauratiefonds en Prins Bernhard Cultuur fonds verdubbelen de pot alleen als dat bedrag gehaald wordt, met de gedachte dat een te klein fonds nergens goed voor is. In Noord-Brabant werd vooral ingezet op bijdragen uit het midden- en kleinbedrijf en van gemeenten. Gemeenten zijn best enthousiast om hun monumenten te beschermen en het Prins Bernhard Cultuurfonds en Restauratiefonds geven ze met dit fonds een instrument in handen om daar wat mee te doen. Houben is nog steeds blij dat de monumentenzorg in zijn provincie op deze manier een impuls krijgt. 'Je moet datgene vasthouden wat blijkbaar van belang is geweest. Monumenten zijn van grote betekenis voor de identiteit van stad en omme land. Als er geen monumenten in je omgeving zijn, is het veel moeilijker om je geschiedenis te begrijpen.' Meer provincies Er zijn inmiddels Cultuurfondsen voor Monumenten opgericht in negen provincies; Friesland, Gelderland, Groningen, Noord- Brabant, Noord-Holland, Overijssel, Utrecht, Zeeland en Zuid-Holland. De provincies Drenthe, Flevoland en Limburg hebben beslo ten om geen Cultuurfonds voor Monumenten op te richten. Het geringe aantal gemeentelijke monumenten en beschermde stads- en dorps gezichten in deze laatste provincies lag vaak ten grondslag aan deze beslissing. De Cultuurfondsen voor Monumenten kennen in de meeste provincies een veelvoud aan dona teurs. In Friesland en Groningen vond zelfs een dubbele 'verdubbeling' van het geld plaats, doordat ook het VSB fonds heeft bijgedragen. In Overijssel kon het Cultuurfonds dankzij de steun van sponsors als energiebedrijf Essent en vijftien woningcorporaties van start gaan met ruim 1,9 miljoen euro. In de provincie Utrecht waren het eveneens een tweetal grote woningcorporaties, Mitros en de Alliantie, en daarnaast enkele stichtingen en gemeenten, die in de initiële voeding van het fonds voorzagen. Zeeland kon rekenen op een bijdrage uit onverwachte hoek; Landbouworganisatie ZLTO en werkgevers organisatie VNO-NCW droegen daar sub stantieel bij. Uit deze voorbeelden blijkt dat het draagvlak voor monumentenbehoud groot Bedragen in euro Groningen Friesland Overijssel Utrecht Noord-Holland Zeeland Noord-Brabant Gelderland Zuid-Holland per provincie 684.000 678.000 1.902.000 5.408.000 3.267.218 571.000 2.910.644 4.000.000 4.674.000 Cultuurfonds-hypotheek Uit het Cultuurfonds voor Monumenten worden alleen laagrentende leningen verstrekt en geen subsidies. Een eigenaar van een monu ment kan deze lening, een Cultuurfonds-hypo theek, aanvragen voor de financiering van de restauratie. Het rentepercentage ligt 4,5 onder de marktrente voor hypotheken. Het minimumrentepercentage is 1,5%. Een Cultuurfonds-hypotheek heeft een looptijd van een veelvoud van vijf jaar van ten hoogste 3 0 jaar. Sneller aflossen van de lening is boetevrij mogelijk. De lage rente is een stimulans voor monumenteigenaren en kan nét het verschil uitmaken tussen een verantwoorde restauratie of verder verval. De aanvraag voor een financiering uit een Cultuurfonds voor Monumenten moet voldoen aan de volgende uitgangspunten: Het gaat om de restauratie van gemeentelijke monumenten, provinciale monumenten of beeldbepalende panden, gelegen in een beschermd stads- en dorpsgezicht; De restauratie mag nog niet zijn begonnen; Het gaat om restauratie of behoud van monumentale waarde van het pand; Er is een (monumenten)vergunning afgege ven voor de werkzaamheden; Monumenteigenaren die meer informatie over het Cultuurfonds voor Monumenten willen kunnen contact opnemen met het Prins Bernhard Cultuurfonds, telefoon nummer (020) 52 06 130. Website: www.cnltumfonds.nl. Bij het Nationaal Restauratiefonds is meer informatie te verkrijgen over de financiële kant van de restauratie. Het telefoonnummer is (03 3) 2 5 39 439. Websitewww.restauratiefonds, nl. Per deelnemende provincie is een infor matieblad beschikbaar waarin de specifieke 'spelregels' en aanvraagprocedure in die provincie opgenomen zijn. Deze informa tiebladen zijn verkrijgbaar bij het Restauratiefonds, de provincie en veelal ook bij de eigen gemeente. Ook zijn deze van de hier genoemde sites te downloaden. Een kredietbeoordeling maakt onderdeel uit van de procedure; Monumenten in overheidseigendom komen niet in aanmerking. Rol gemeente en provincie De gemeente speelt een belangrijke rol bij de verstrekking van de Cultuurfonds-hypotheek. Om de betrokkenheid bij en de kwaliteit van de restauratie te waarborgen, dient de gemeente een vergunning af te geven. Dit betekent in de praktijk tevens, dat de gemeente het aanvraag formulier mede ondertekent en ingediende declaraties accordeert, zodat zij zicht houdt op de lopende restauraties. Op die manier kan de gemeente naast haar bestaande subsidiestroom een actieve bijdrage leveren aan extra en kwali tatief goede restauraties van panden binnen haar gemeente. De gemeente kan projecten van monumentei genaren voordragen. Een onafhankelijke adviescommissie adviseert over elke aanvragen. Het Cultuurfonds informeert vervolgens de eigenaar en de gemeente over de toekenning van een lening voor het restauratieproject. Daarna zal het Restauratiefonds het financiële traject met de eigenaar afwikkelen. Per provincie is een onafhankelijke adviescom missie ingesteld. Dit is een commissie, groten deels bestaande uit deskundigen uit de provin cie zelf. Elke commissie komt vier keer per jaar bij elkaar. Ingediende aanvragen worden zo spoedig mogelijk behandeld. De adviescom missie geeft inhoudelijk advies over de aanvraag, en (soms) ook advies over de hoogte van het toe te kennen bedrag. is.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2005 | | pagina 24