Joseeph van der Haagen:
Het sluitstuk van het landelijke MlP-project - inventarisatie van
monumenten tussen 1850 en 1940 - zijn de MlP-gebieden. De
bebouwingen, wijkjes, buurten, complexen en parken in een
gemeente. Echt iets voor Heemschut om te bewaken. Joseeph van
der Haagen, directeur planologische en juridische zaken van
Heemschut, vertelt in dit interview het verhaal daarbij. Een
verhaal met vergezichten, de Belvedere-gedachte en uiteindelijk
het monumentenbegrip, dat geleidelijk opschuift in de richting
van de heemschutgedachte. Heemschut als vooroplopende
organisatie, het is voor sommigen even wennen.
Fusie erfgoeddiensten: de aanhouder wint
Bert Franssen
december 2005
Heemschut
9
Wat moet ik me voorstellen bij MIP-gebieden
Ik noem er een paar. Tuindorp IJsselmonde in
Rotterdam, het Statenkwartier in Den Haag. In
Groningen het Noorderplantsoen. In
Hilversum Zonnestraal en omgeving. Het
Rembrandtkwartier in Naarden. Floradorp en
de Vogelbuurt in Amsterdam-Noord,
Elinkwijkin Utrecht, Batadorp in Best.
Allemaal cultuurhistorisch waardevolle gebie
den in de bebouwingssfeer. Ongeveer 150
zullen vroeg of laat als beschermd gezicht
worden beschermd van rijkswege. Dat zal nog
wel een aantal jaren duren. Nu zijn ze nog met
de selectie en registratie bezig. Maar 450 van de
600 geïnventariseerde gebieden blijven vogel
vrij; onbeschermd. Nu wil Heemschut graag
dat de gemeentelijke monumentenzorg
beleidsmatig daar ook aandacht aan schenkt.
Veel gemeenten weten niet dat er MIP-gebie-
den zijn geïnventariseerd.
Heemschut wil bevorderen dat daarvoor een
gezichtenbeleid' wordt ontwikkeld.
Dat kan via een aanpassing van de gemeente
lijke monumentenverordening. Want de
meeste monumentenverordeningen kennen
niet de mogelijkheid om eigen gezichten aan te
wijzen. Voor het beschermen van gezichten
moet een apart artikel in de monumentenveror
dening worden opgenomen. Zoals Apeldoorn,
Den Haag en Tilburg gedaan hebben. Die
gemeenten hebben eigener beweging
beschermde gezichten aangewezen. Een oude
doelstelling van Heemschut: als het rijk niet
beschermt, dienen de gemeenten het te doen.
In Zeist maakte staatssecretaris Medy van der Laan in oktober de naam bekend van de
nieuwe dienst die voortkomt uit de fusie van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg
(RDMZ) en de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek (ROB).
Vanaf maart 2006 zal de nieuwe rijksdienst verder gaan onder de naam: Rijksdienst voor
archeologie, cultuurlandschap en monumenten (RACM).
Joseeph van der Haagen, directeur juridische en ruimtelijke zaken bij de Bond Heemschut
is uiterst content dat de rijksdienst de gehele historische omgeving tot het werkterrein
rekent. Zelf studeerde deze directeur van de Bond Heemschut in 1974 af op ditzelfde
thema en voelde zich destijds een roepende in de woestijn. Zijn these en zijn betoog destijds
was dat omdat de historische factor in de ruimtelijke ordening irrelevant werd verklaard,
deze ruimtelijke ordening niet zoals de Wet op de Ruimtelijke Ordening voorschrijft,
'goed' genoemd kan worden.
De naam van de scriptie luidde "historisch omgevingsbehoud in planologisch perspectief'.
Een kwart eeuw later kwam met het verschijnen van de rijksnota belvedère erkenning voor
de juistheid van deze stelling. Met de fusie van beide rijksdiensten onder de nieuwe naam en
met de bredere taakstelling is het behoud van de historische omgeving nu onderwerp van
overheidszorg geworden.
Na 32 jaar komt er nu een rijksdienst voor historisch-ruimtelijke aangelegenheden, geheel
in lijn van Heemschut's statutaire doel. De aanhouders hebben gewonnen.
Beide cultuurdiensten zijn onderdeel van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap en zullen in maart 2006 gefuseerd zijn.
Staatssecretaris Van der Laan heeft onlangs haar voorkeur uitgesproken voor deze nieuwe
naam, omdat deze volledig aansluit bij de kerntaak van de nieuwe rijksdienst, namelijk de
zorg voor onze historische omgeving en het daarmee verbonden erfgoed.
Dit erfgoed betreft het onroerende erfgoed boven en onder de grond, onder water, en het
cultuurlandschap.
Op weg naar een heemschut-wet?