Bouwhistorisch onderzoek als richtsnoer De restauratie van Het Zeepaert in Dordrecht - in dit blad in verschillende stadia beschreven - is voltooid. Als voorwaarde voor een verantwoorde aanpak was bouwhistorisch onderzoek onontkoombaar. Want pas als de bouwgeschiedenis is blootgelegd, kunnen waarnemingen met elkaar in verband worden gebracht en gewaardeerd. Bij restauraties door de vereniging Hendrick de Keyser is dit een consistente lijn van aanpak. Hans Bollebakker 24 Heemschut augustus 2005 8 April 2004, bouwhistorisch symposium over het Zeepaert in Dordrecht, Heemschut deed er verslag van [2004/3, p. 21]. Het handelde onder meer over de interpretatie van aangetroffen bouwsporen en hoe daarmee om te gaan. Het in- en exterieur van het voorhuis is gotisch, met uitzondering van het interieur op de begane grond dat sinds de zeventiende eeuw herhaal delijk werd gewijzigd; gotische ornamenten zijn daar niet meer aanwezig. Het achterhuis is achttiende-eeuws. Het gehele interieur uit die periode is verdwenen op een zaal na, waar spiegels en schouw nog aanwezig zijn. Het complete interieur van de Aart Schouman kamer was al rond 1906 verwijderd [hetzelfde nummer, pp. 12-16]. Het gotische voorhuis een bovenhalhuis? Drs. Paul Rosenberg en zijn bouwhistorisch team troffen ondermeer bouwsporen aan van aanzienlijke schouwpartijen in de grote zaal boven de hal; dertiende-eeuws muurwerk op de begane grond; en een uit die periode stam mende plavuizen vloer op 120 cm beneden maaiveld niveau. De vloerhoogte in 1495 ligt ca. twintig centimeter hoger. De bouw is door prof. Dirk de Vries na dendrochronologisch onderzoek gedateerd op 1495 [2004/3, pp. 16- 19]Gegeven de onderzoeksresultaten rees de vraag naar de functies van begane grond en eerste verdieping (de twee bovenliggende verdiepingen zijn zolders). Had de begane grond een handelsfunctie en de zaal op de eerste verdieping een meer representatieve en/of woonfunctie? De discussie daarover moet nog gevoerd worden. Bij interpretatie is voorts van belang: de hoogte van de ruimte, de meer luxueuze details als de gebeeldhouwde natuur stenen consoles in de grote zaal, en aantal en omvang van schouwen en rookkanalen: een teken van welstand, belasting werd geheven naar het aantal stookplaatsen! Volgens de opvattingen van de hoogleraren Ruud Meischke en Coen Temminck Groll, had de eerste verdieping van het bovenhalhuis - de term is van laatstgenoemde - in het algemeen de belangrijkste representatieve en woon functie. Op de begane grond vond dan vak uitoefening plaats (handel, ambacht, opslag). De traptoren De uitpandige traptoren - zelfstandig bouw lichaam, achtzijdig op vierkante grondslag, met gefacetteerde spil, zoals ook aangetroffen in de Plafondschilderingen aangetroffen na strippen van de hal. Foto's Marco de Nood. Het Zeepaert met respect gerestaureerd

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2005 | | pagina 26