f Jfe; augustus 2005 Heemschut 21 Zo bestaat de Klosterlandschaft Heisterbach im Naturpark Siebengebirge nabij het Duitse Königswinter uit een natuurpark, waarin restanten van de Cisterciënzerabdij Heisterbach met passende nieuwbouw zijn samengevoegd tot een integraal project van sociale, religieuze en culturele voorzieningen op het gebied van onderwijs en bezinning, muziek en beeldende kunst, milieu en recreatie.1 Ons land heeft nog geen eigen kloosterland schap dat die naam waard is. De situatie in Sibculo biedt uitgelezen kansen om een voor Nederland uniek kloosterlandschap te creëren. Sibculo bij Hardenberg dankt zijn ontstaan als dorp aan het klooster Groot-Galilea dat in 1405 gesticht is en rond 1575 door oorlogshan delingen verwoest is. Het voormalig lekenper- soneel en de kloosterboeren zetten hun leven ter plaatse voort. Veel boerderij- en veldna men, straat- en familienamen in Sibculo en omgeving herinneren aan de tijd waarin Galilea maior niet alleen een gewijde plek, maar ook de grootste werkgever was. Eigen identiteit Tot zover wijken de lotgevallen van het Sibculose klooster niet af van die van de meeste kloosters rond 1575. Maar Sibculo is in een dubbel opzicht uniek: het vertegenwoordigt zowel het cisterciënzer kloosterideaal als het charisma van de Moderne Devotie. De wereld wijd verspreide Cisterciënzerorde was begin twaalfde eeuw in Bourgondië ontstaan als hervormingsbeweging van de Benedictijnen orde. Zij streefde naar een eenvoudiger en radi caler levenswijze volgens de Regel. De Moderne Devotie was als 'beweging van inner lijke vernieuwing' door Geert Grote eind veer tiende eeuw vanuit Deventer op gang gebracht en heeft sterk bijgedragen tot vernieuwing van het geestelijk leven in onze streken. Zij ontplooide zich in drie hoofdstromen: broeders en zusters van het Gemene gemeenschappe lijke) Leven, broeders en zusters van de Derde Regel van Franciscus, reguliere kanunniken en kanunnikessen van Windesheim. Vanuit de Moderne Devotie gezien is Galilea maior bijzonder, omdat het in 1403 als devoot broederhuis gesticht was, met het belangrijke klooster Bethlehem te Zwolle relatie onder hield en op 23 oktober 1406 als regulieren klooster werd ingewijd. Groot-Galilea, door kneed in de geest van de vroege Moderne Devotie, ging in 1412 tot de Orde van Citeaux over en werd in 1418 als vanzelfsprekend de zetel van een eigen verband, de Colligatio Sibculoensis of Colligatio Galileensis, dat op den duur negentien priorijen zou omvatten. Hier kreeg de 'innerlijke hervorming' dus de kleur van de cisterciënzer levenswijze: 'moderne devoten in monnikspij'. De wisselwerking tussen beide krachtbronnen - het cisterciënzerideaal en de 'innerlijke vernieuwing' - maakt van klooster en Colligatie van Sibculo een bijzonder fenomeen, dat in Nederland zijn weerga niet kent. Stiefmoederlijke bejegening De geschiedenis van Klooster en Colligatie van Sibculo moet nog geschreven worden. Dat komt vooral doordat de kloosterbeweging van Sibculo voor zowel de Moderne Devotie als de Orde van Citeaux een marginaal verschijnsel was. Voor de Cisterciënzers vormden de negentien priorijen slechts een klein verband met een eigen statuut. Ook bij een grote kloos tervereniging als het Kapittel van Windesheim viel zo'n kleine groep in het niet. Voor beide milieus was Sibculo met zijn kleine familie slechts een stiefkind. Dat geldt ook voor de wetenschappelijke geschiedschrijving, afgezien van een enkele vroegere publicatie. Aan de stiefmoederlijke bejegening van Waterputzoals deze na de onvoltooide opgravingswerkzaamheden van 1928 met in de grond gevonden bouwmateriaal in een hoek van het voormalige kloosterterrein werd 'herbouwd'. Het doel was meer gelegen in de behoefte om een herinnering aan het vroegere Cisterciënzerklooster zichtbaar te maken dan om een historisch verantwoorde reconstructie te presenteren. De Stichting Klooster Sibculo herstelde onlangs de putdie door vandalen gedeeltelijk was vernield. Foto: Els Marijnissen, Oldenzaal (2005). Klooster en Colligatie van Sibculo komt lang zamerhand een einde. Een startpunt vormde 2003, toen het zeshonderd jaar geleden was, sinds Johan Klemme en enkele devote broeders zich in Hardenberg vestigden. Bij die gelegen heid in 2003 greep Tinus Jasper nog 150 jaar verder in het verleden terug, door de dorpsge schiedenis te starten met het kloosterinitiatief van 1253, dat uitliep op de stichting van Mariënkamp te Assen.2 Dankzij het initiatief dat in 1403 in Sibculo wél leidde tot een kloos ter, kon in september 2003 ook een zesde eeuwfeest gevierd worden. Behalve tot een tentoonstelling door de lokale Werkgroep 750 jaar Sibculo leidde het jubileum tot de oprich tingvan de Stichting Klooster Sibculo.3 Deze ontwikkelt in samenwerking met de eigenaar van het kloosterterrein en met de gemeente Hardenberg nieuwe initiatieven. Eerder al had de Historische Werkgroep Kloosters IJssel-Vechtstreek van de IJsselacademie te Kampen een plan ontworpen voor onderzoek naar de betekenis van Sibculo voor de Cisterciënzerorde en voor de Moderne Devotie. De basis hiervoor bestaat uit de bronnen, de literatuur en de resultaten van het bodemonderzoek dat in 1928 heeft plaatsge had, toen textielbaron J.H. van Heeck Lzn. met meer ijver dan kennis zijn arbeiders de spade in de kloostergrond liet steken. De Historische Werkgroep Kloosters IJssel-Vechtstreek w*-* iwsjll ftn 4B

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2005 | | pagina 23