augustus 2005
Heemschut
17
wegkapellen en de grotere devotie- of buurtka-
pellen.
De nis met daarin een heiligenbeeld is een van
de kleinere uitingsvormen van vroomheid. Dat
beeld is vaak terug te vinden in de voorgevels
van stads- en dorpswoningen, boven poorten
van boerderijen, of als blikvanger op de hoeken
van gebouwen. Deze beelden hebben een
signaalfunctie of fungeren als onheilwerend
symbool. Zij dienen nauwelijks of niet als een
persoonlijke devotieplek.
De ovenkapel bestaat uit een stenen gebouwtje
of brede kolom met veelal een rondbogige nis
aan de voorzijde met daarin een heiligenbeeld.
Dit type kapel ontleent zijn naam aan de gelij
kenis met de opening van een bakoven. In
tegenstelling tot de eerdergenoemde muurnis
sen markeren deze ovenkapellen een voorname
plek in het landschap, bijvoorbeeld een kruising
van wegen of een monumentale boom.
De veld- en wegkapel is een klein gebouw, waar
een bezoeker naar binnen kan gaan. Er wordt
geen viering gehouden en er staan geen
banken, hooguit een enkele stoel of knielbank.
Deze kleine intieme ruimtes zijn uitermate
geschikt voor de persoonlijke devotie.
Bijvoorbeeld voor het aansteken van een kaars,
het leggen van bloemen, het bidden van de
rozenkrans of het schrijven in een gedenkboek.
De devotie- of buurtkapellen zijn bijna kleine
kerken. Ze bieden plaats aan 25 tot 50 buurtbe
woners. In functie verschillen deze devotie- of
buurtkapellen niet zoveel van de veld- en
wegkapellen. Naast de persoonlijke devotie
bestaat in deze kapellen doorgaans wel de
mogelijkheid eucharistievieringen te houden.
Daarnaast kunnen zij deel uitmaken van een
bedevaartroute of een bedevaartplaats. Door de
grootte van de kapel zijn vaak meer dan één
beeld of andere weergaven van heiligen aanwe
zig. De architectuur bevat een meer uitgespro
ken vormentaal, bijvoorbeeld met neogotische
of renaissancistische elementen en er is meestal
sprake van een duidelijk ontwerp.
Dit in tegenstelling tot de kleinere kapelvor-
men, waarbij eenvoud en soberheid de boven
toon voeren. Dit is te verklaren door het volkse
karakter, waarmee de ovenkapellen en de veld
en wegkapellen zijn gebouwd. In veel gevallen
komt er geen architect aan te pas, maar maakt
een creatieve buurtbewoner het ontwerp.
Verweven met landschap
Monumentjes van vroomheid maken deel uit
van het Limburgs landschap en worden er als
het ware door opgenomen. Ze vormen door
hun ligging, bescheiden omvang en vaak sobere
uitvoering vrijwel één geheel met het land
schap. Kapellen worden vaak in de buurt van
bomen gebouwd en dat is niet vreemd. Bomen
zijn belangrijke blikvangers, die van oudsher
het aanzien van kruisingen bepalen. Andersom
komt het ook geregeld voor, dat bij de bouw
van een kapel nieuwe bomen worden geplant.
Opvallend vaak worden kapellen en kruisen
vergezeld door één of meer lindebomen.
Behalve vanwege het decoratieve uiterlijk van
de lindeboom heeft dit ook te maken met een
eeuwenoud gebruik en de meervoudige symbo
lische betekenis. Al in de voorchristelijke tijd
beschermde de lindeboom volgens de traditie
tegen blikseminslag. Verder werd onder de
boom rechtgesproken, omdat de linde al zijn
bladeren zou verliezen op het moment dat er
een onschuldige werd veroordeeld. Volgens de
christelijke overlevering was ook het kruis
waaraan Christus stierf gemaakt van lindehout.
De hartvormige bladeren van de boom verwij
zen in dit verband symbolisch naar de onuitput
telijke liefde van Christus, terwijl de vele jonge
twijgen onder aan zijn stam duiden op een hoge
vruchtbaarheid.
Groenblijvende bomen zoals coniferen en hulst
worden eveneens in de nabijheid van deze
monumentjes geplant vanwege de verwijzing
naar de vruchtbaarheid en het eeuwige leven.
Blijvend samenspel
Zoals gezegd zijn veel kapellen door particulie
ren gesticht en worden ze sinds jaar en dag lief
devol door hen beheerd en onderhouden, vaak
georganiseerd in stichtingen en buurtvereni
gingen. Het is aan hun energieke inzet te
danken, dat deze geloofsuitingen in steen voor
het nageslacht behouden blijven.
Helaas zijn er ook zorgen. Kapellen zijn regel
matig het doelwit van zinloze vernieling.
Beelden worden gestolen of vernield. De glas-
in-loodramen moeten het vaak ontgelden. De
verenigingen en de buurt, die maar weinig
financiële middelen bezitten, worden op deze
Veldkapel (1619) tussen Eys en Wittem.
Belangrijk voor de toekomst zijn de activi
teiten van de bisschoppelijke Stichting
Kruisen en Kapellen in LimburgDeze
stichting bestaat inmiddels vijftig jaar en is
thans een koepelorganisatie voor circa
zeventig plaatselijke en regionale werk
groepen. Uit het feit dat zowel de provin
cie Limburg als het Bisdom Roermond de
stichting ondersteunen mag worden afge
leid dat kruisen en kapellen inmiddels tot
het erkende cultureel erfgoed behoren.
manier op kosten gejaagd. De kapel is tegen
woordig dan ook meestal gesloten, zodat de
beelden, het offerblok en de kaarsen veilig
geborgen zijn. Vaak zijn de kapellen alleen op
zondag en belangrijke feestdagen open.
Gelukkig wordt er meestal voor gezorgd dat
het interieur, bijvoorbeeld door een open
hekwerk, toch nog goed zichtbaar is.
Vera Hamers is beleidsmedewerker
Monumentenzorg en bestuurslid van de Stichting
Kruisen en Kapellen in Limburg
Ad Bokhorst is PR-adviseur van de commissie
Limburg van de Bond Heemschut
Bronvermelding: het boek Monumenten van
Vroomheidonder redactie van Peter Nissen en Koos
Swinkels en in het bijzonder het artikel van Katja
Boertjes en Vera Hamersgeloofsuitingen in steen:
veld en wegkapellen in het Limburgs Landschap