16
Heemschut
augustus 2005
In de eeuwen daarna verrezen veel kleine bede
huisjes in het landschap. Deze gebouwtjes ver
dwenen enerzijds als gevolg van vernielingen of
ouderdom, anderzijds werden vervallen bede
huisjes later vaak op dezelfde of een nabij
gelegen plek herbouwd. Toen in de negentiende
eeuw het katholieke geloof opbloeide,
herleefde ook de interesse voor de veld- en
wegkapellen. Vooral in de late negentiende
eeuw en de vroege twintigste eeuw werden veel
bedehuisjes gebouwd, herbouwd, uitgebreid of
sterk gerestaureerd. Deze sacralisering van het
landschap werd mede gestimuleerd door de
geestelijkheid en de katholieke overheid. Een
tweede opleving van kortere duur vond plaats
tijdens en kort na de Tweede Wereldoorlog. In
deze donkere dagen kwamen buurtbewoners in
de kapelletjes bidden voor vrede en zochten zij
er bemoediging om de moeilijke tijd door te
komen.
Inspiratiebron
Een kerk en een kapel zijn beide bedehuizen,
maar ze spelen een heel verschillende rol. In
een kerk gaat het vooral om het gezamenlijk
uitoefenen van de godsdienst en de daarbij
behorende officiële liturgie.
In een kapel staat daarentegen de individuele
devotie centraal, die tot uiting komt in het
aansteken van kaarsen, het brengen van
bloemen en het voeren van persoonlijke gebed,
veelal als dankbetuiging voor een verkregen
gunst of voor het vinden van hoop, innerlijke
rust en bemoediging. Ook het geloof in en de
hoop op een goddelijk ingrijpen op voorspraak
van Maria of van een andere heilige is een
belangrijke motivatie voor een kapelbezoeker.
Voor deze volksdevotie biedt een kleinere kapel
ten opzichte van een kerk vaak meer intimiteit.
De kortere afstand tot het devotiebeeld geeft de
bezoeker een zekere verbondenheid.
Individuele ervaringen, persoonlijke belevin
gen en eigen geloof en emoties zijn bepalend.
Naast het individuele bezoek bestaan er ook
traditionele gebruiken rondom een kapel
waarbij grotere groepen betrokken zijn. Zo
wordt ook nu nog bij sommige Mariakapellen
in de maand mei door de buurtbewoners geza
menlijk de rozenkrans gebeden. Bij ernstige
ziekte of overlijden van een buurtbewoner
wordt eveneens gezamenlijk gebeden. Verder
werd in het verleden, bijvoorbeeld bij langdu
rige droogte, soms een bidtocht georganiseerd
die doorgaans vanaf een vaste plek in de buurt
schap naar de kapel trok.
Kapellen worden ook vaak gebruikt als rustlo-
catie tijdens een bedevaart of een processie.
Voor bedevaartgangers kan een kapel dienen
als rustpunt voor het vinden van inspiratie en
moed om door te gaan met de vaak moeizame
tocht. In een processie trekt een groep gelovi
gen in een biddende en zingende stoet langs
een aantal vaste punten in het dorp - waarbij
een kapel vaak dient als rustaltaar - waar even
Kapeletjes onderweg, links een op een kruising
bij Geule aan de Maas.
Architectuur en inrichting
De verschijningsvormen van kapellen variëren
van kleine muurnisjes tot grote, alleenstaande
gebouwen. Hierbij zijn vier verschillende basis
vormen te onderscheiden. Van klein naar groot
zijn dit muurnissen, ovenkapellen, veld- of
wordt stilgehouden en de pastoor de zegen
geeft.
Er zijn vele redenen te noemen waarna tot de
bouw van een kapel werd overgegaan. In de
jaren vijftig van de vorige eeuw werden veel
kapellen gesticht als gevolg van de rondgang
langs alle Limburgse parochies van het origi
nele historische beeld van Onze Lieve Vrouwe
'Sterre der Zee' uit de Maastrichtse
O.L.Vrouwebasiliek. Die rondgang werd
gehouden als dankbetuiging voor haar behoud
tijdens de Tweede Wereldoorlog, maar ook als
devotioneel offensief vanuit het bisdom om
Limburg katholiek te houden.
Ook anno 2005 is er nog sprake van het actief
stichten van kapellen, alle secularisering ten
spijt. Zo worden kapellen gebouwd op plaatsen
waar vroeger zo'n bedehuisje heeft gestaan of
waar sprake is van verplaatsing als gevolg van
stadsuitbreiding en herinrichting van stadsde
len.