De joodse gebedshuizen in Enschede
SDW3 WMBn
Frank van Zuylen
De 'mooiste sjoel van Europa' staat in Enschede en is op 6 maart
het decor van Heemschut Muzikaal Monument. Het imponerende
gebouw is ontworpen door architect K.P.C. de Bazel, die zitting
had in het eerste dagelijks bestuur van Heemschut (1911). De
sjoel, in 2004 na een restauratie van drie jaar weer in gebruik
genomen, heeft een rijke geschiedenis die loopt van huissynagoge
tot een gebouw met 600 zitplaatsen.
februari 2005
Heemschut
23
De synagoge, afgebeeld in glas-in-lood raam.
Ontwerper: L.Th.C. Lourijssen (1885-1950).
Afgebroken synagoge aan de Stadsgravenstraat.
Het schoolgebouw links bestaat nog steeds.
Foto Joods archief, gemeente Enschede.
Het begon in de tweede helft van de achttiende
eeuw met een huissynagoge in het huis van
Hertog Barend en zijn vrouw Beeltjen Frank
aan de Labbedijk, nu Walstraat. Hier konden
de paar joodse inwoners hun gebedsdiensten
houden. In 1826 was het aantal gemeenteleden
gegroeid tot 42 en de behoefte aan een eigen
bedehuis werd sterk gevoeld. In de Achterstraat
kocht de gemeente een huisje. Het was de
bedoeling dit om te bouwen tot synagoge.
Omdat dat niet zonder toestemming van de
koning mocht, schreef Alexander Jongbloed:
Dat zijne gemeente zich tot nu toe heeft moeten
behelpen in een zeer gering locaal ter uitoeffening
van de Godsdienstdat zich onlangs een gelegenheid
geboden heeft tot het koopen van een huisjehetwelk
men voornemens is als Bedehuis in order te brengen
dat men echter gehoord heeftdat zulks zonder
authorisatie van Z.M. den Koning niet mag
geschieden
Het antwoord van de vorst kwam op 17 augus
tus 1827.Wij Willem enz. enzhebben goedge
vonden en verstaandat voorschreven verzoek bij
deze in te willigen
De joodse gemeenschap kon dus een eigen
bedehuis gaan bouwen. Maar ook dit huisje
bleek al snel te klein en werd afgebroken. Op
dezelfde plaats kwam voor de 73 (in 1834)
joodse inwoners van Enschede een nieuwe
synagoge. Op het gebouw het opschrift:
'De mildheid schonk dit God'lijk bedehuis. En
't nakroost zal dit dankbaar nog herdenken.Deze
tekst herinnerde aan de mildheid van de niet-
joodse stadgenoten, die door een geldinzame
ling de afbouw van het bedehuis mogelijk
maakten.
Brand
Het gebouw ging met bijna de gehele inventa
ris bij de grote brand van Enschede van 7 mei
1862 verloren. Alleen de heilige boeken
konden worden gered.
Op 15 augustus 1862 werd een noodsynagoge
in gebruik genomen aan de Oldenzaalsestraat,
hoek Van Lochemstraat. Bijna twee jaar later,
op 12 augustus 1864, werd de bouw van de
nieuwe synagoge aan B. Berkenvelder gegund,
met 12.200,- de laagste inschrijver. En net als
in 1834 was financiële steun van de niet-joodse
Enschedeërs nodig om de bouw te realiseren.
De tweede sjoel van Enschede, ingewijd op 1
september 1865, lag aan de Stadsgravenstraat
nr. 71, toen de Achterstraat. Synagoge en
school zijn te zien op een glas-in-loodraam in
de zangerstribune van de huidige grote sjoel.
De synagoge is jaren geleden afgebroken. De
school is aan de straatkant gerestaureerd. Het
vroegere lokaal wordt nu gebruikt als pakhuis.
Rond 1890 was dit gebouw alweer te klein.
Omdat men bij de synagoge ook enkele bijge
bouwen wilde plaatsen, bleek een uitbreiding
aan de Stadsgravenstraat niet mogelijk. Door
de gemeente Enschede werd een terrein toege
wezen in het eerste uitbreidingsplan 'De
Stadsweide'.
De Bazel
Vanaf 1917 werkte architect K.P.C. de Bazel
aan schetsontwerpen voor de bouw van een
grotere en complete synagoge. Voordat aan de
bouw in de Prinsestraat begonnen kon worden,
overleed De Bazel op 28 november 1923 in
Amsterdam.
Bij de realisatie van het nieuwe synagogencom-
plex (1927-1928) is de hoofdvorm van de syna
goge zoals die door De Bazel bedoeld was
vrijwel identiek door zijn vriend, volgeling en
opvolger architect A.P. Smits (1881-1957) uit
Aerdenhout overgenomen.
Opgeleid in de architectuur van de destijds
Van huissynagoge tot grote sjoel