■H juni 2003 Heemschut 7 Achterbroek. De gidsen van Natuur monumenten verwijzen er graag naar tijdens rondleidingen door het gebied. Steevast gevolgd door de opmerking: 'Inderdaad, half Nederland zag er zo uit. Maar nu is heel Nederland veranderd en alleen het Eerder Achterbroek hetzelfde gebleven. Het lijkt er inderdaad op. Ogenschijnlijk is er in het Eerder Achterbroek sinds die tijd niets veranderd. Ogenschijnlijk. Want ook hier wordt gewoond en gewerkt en ook hier zijn de boeren met hun tijd meegegaan. Er zijn ligboxenstallen gebouwd en voedersilo's aange legd. Maar, en dat is bijzonder: het is steeds zorgvuldig gebeurd. Het Eerder Achterbroek is illustratief voor een zorgvuldig rentmeester schap, van zowel de bewoners als de eigenaar, de Vereniging Natuurmonumenten.. Kampenlandschap Het Eerder Achterbroek is een kampenland schap. Daarin liggen de boerderijen verspreid in het landschap. Een kamp is een akker die slechts door één boer werd bewerkt. Deze kampen, of eenmans-esjes, werden aangelegd op de hoger gelegen gronden. Vlakbij de akker verrees de boerderij. De lager gelegen en dus nattere gronden werden als weidegebied gebruikt. Houtwallen omzomen de verschil lende percelen. In het gebied liggen negen boerderijen. Een precieze datering is niet te geven, maar waar schijnlijk stammen de oudste boerderijen uit de 18de eeuw. Het noordelijk deel, het Eerder Broek, is jonger. Dit is een heideontginning uit het tweede deel van de 19de eeuw. Hier en daar liggen nog wat kleine, niet ontgonnen heide- veldjes. Dit deel is onmiskenbaar van latere datum: net wat grootschaliger en rationeler ingericht, de kavels en de wegen zijn veel rechter. De met pannen gedekte boerderij die hier ligt, is uit 1878. Beide gebieden worden meestal in één adem Eerder Achterbroek genoemd. De meeste boerderijen zijn van het zoge naamde langsdeeltype. Aan de achterzijde bevin den zich twee grote schuurdeuren via welke je op de deel komt. Deze deuren zijn iets terug in de gevel geplaatst. Er ontstaat zo een overdekte inham, een zogenaamde onderschoer. Alle boerderijen, behalve de 19de-eeuwse boer derijen in het Eerder Broek, hebben een rieten kap. Het hele gebied maakte deel uit van het Landgoed Eerde. De geelgroen beschilderde luiken laten dit nog steeds zien. Nevenzei Nevenzei is de meest kapitale boerderij. In hoofdvorm dateert deze boerderij waarschijn lijk uit de 18de eeuw maar zeker de voorgevel is veel jonger. De jaartalankers laten het jaar 1887 Deze boerderij is in gebruik als tweede woning. zien. In verhouding tot de rest van de boerderij is deze gevel veel rijker vormgegeven. Het sier- metselwerk met ontlastingsbogen en lijstwerk verraden duidelijk de vormwil van een archi tect. Een boerderij als De Brakel is minder monu mentaal maar wel een veel gaver voorbeeld van een Sallandse boerderij met onderschoer. Vooral de ligging is typerend. Het woonge deelte ligt vrij besloten en van de weg afge keerd. Logisch, de deel is feitelijk de voorkant van de boerderij. Althans, het gedeelte dat goed bereikbaar moet zijn. Ook in het Eerder Achterbroek zijn door schaalvergroting boerenbedrijven verdwenen. Enkele boerderijen worden gebruikt door hobby-boeren en één boerderij is een tweede woning geworden. Op vrij korte termijn zal het bedrijf op de boerderij Nevenzei beëindigd worden. Het wordt de eerste boerderij die verkocht wordt. Er zijn dan nog maar twee volwaardige bedrijven over. Natuurmonumenten heeft steeds als uitgangs punt gehad dat het boerenbedrijf in het gebied mogelijk moet blijven. De gebouwen zijn steeds aangepast en er zijn in de loop der jaren schuren bijgebouwd. Steeds in goed overleg tussen eigenaar en pachters. Soms met zeer uiteenlopende resultaten. Bij de Nevenzei is enkele decennia geleden een nieuwe ligboxenstal gebouwd. Hierbij is gekozen voor een historiserende stijl. De stal heeft een rieten kap en de wanden zijn betim merd met houten planken. Bij een andere boer derij is juist gekozen voor een eigentijdse vorm- Boerderij De Brakel: Fruitbomen, een moestuin, put en bakhuis, de tijd lijkt stil te staan.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2003 | | pagina 9