juni 2003
Heemschut
33
'expliciet' zal aansluiten bij de bestaande
bebouwing. De vluchtwegen uit de zoge
naamde bindende welstandscriteria zijn veilig
gesteld voor het establishment van de eigen
tijdsheid.
Wil de gemeente Groningen rechtszekerheid
verschaffen door middel van 'heldere, transpa
rante' regelgeving? Dat staat te bezien. Want
we mogen het systeem 'niet beschouwen als een
stelsel van strenge voorwaarden die de welstand
in een knellende greep houdt'. Elders in de
Welstandsnota: 'In uitzonderlijke gevallen kan
het voorkomen dat een bouwaanvraag niet
geheel en al voldoet aan de criteria van de
Welstandsatlas, maar een dergelijke hoge
kwaliteit heeft dat alleszins wordt voldaan aan
redelijke eisen van welstand'
Maar wat zijn uitzonderlijke gevallen?
Voormalig rijksbouwmeester en hoogleraar
\r.Tj.Dijkstra heeft daar regels voor bedacht en
ik citeer enkele daarvan. Een geval is volgens
Dijkstra uitzonderlijk:
'Als de helderheid en de afleesbaarheid van het
bouwwerk in verhouding tot de complexiteit
die ontstaat wanneer in het bouwwerk meer
dere thema's en invloeden worden samenge
bracht.' Het gaat om: 'De wijze waarop in het
ontwerp wordt omgegaan met associaties die
bepaalde vormen oproepen in de sociaal-cultu
rele context'.
Voor de lezer die de 'helderheid en de aflees
baarheid' van deze zinnen niet direct ziet zitten,
geef ik, niet geheel onbekend zijnde met het
jargon, een vrije vertaling van deze verbale
formules:
Een bouwwerk is een uitzonderlijk geval als het
grensverleggend, gedurfd en spraakmakend en
innoverend is en derhalve een hoog aandachts
gehalte bezit. Door de uitgebreide publicatie
die dit tot gevolg heeft wordt de stad, zoals dat
heet 'op de kaart gezet'. Het plan voldoet niet
aan de zogenaamde 'objectieve' criteria van de
welstandsnota, maar heeft toch hoge kwaliteit
en voldoet daarom aan redelijke eisen van
welstand! De 'objectieve' en bindende criteria
blijken niet toereikend. Dan maar subjectief.
Deze afwijkingsbevoegdheid is overigens
conform de woningwet. B en W kunnen 'van
een advies afwijken op grond van overwegingen
van algemeen belang, zoals werkgelegenheid'.
Hoe hoger een woontoren en omvangrijker een
kantoorkolos in de binnenstad, hoe meer werk
gelegenheid. Om in zo'n casus vast te stellen
dat de ruimtelijke kwaliteit niet wordt
geschaad, is het prettig dat B en W beschikken
over een gunstig welstandsadvies.
Onafhankelijkheid.
Als B en W willen afwijken van een welstands
advies moet daarvoor een gedegen argumenta
tie voor op tafel komen. Dat is niet eenvoudig
voor niet-deskundigen die de aparte vaktaal
niet beheersen. En het heeft voor B en W het
nadeel dat het de tegenstanders van hun
plannen in de kaart kan spelen. Een gunstig
advies verschaft dekking voor de beslissing van
BenW.
Voor de hand ligt dus dat men de benoeming
van de welstandsleden in de hand wil houden.
De provinciale Groninger welstandscommissie
had in 1998 een algemeen bestuur waarin 94%
van de leden de gemeenten en de architecten
vertegenwoordigden. Het dagelijks bestuur
telde 5 leden waarvan tenminste 3 uit de
gemeenten. De commissieleden worden bij
coöptatie door het algemeen bestuur benoemd.
De commissieleden, de deskundigen, komen
bijna uitsluitend uit het beroepsveld van
ontwerpers. Voorts heeft welstand 5 rayonar
chitecten die regelmatig bij de gemeenten aan
huis komen om wat voorbereidend werk te
verrichten. De partijen zitten bij elkaar op
schoot.
Deskundigheid en vermaatschappelijking
Architecten hebben een deskundigheid in
vormgeving. Maar ruimtelijke kwaliteit is meer
dan esthetiek. Niet voor niets is de benaming
schoonheidscommissie afgeschaft en vervangen
door welstandscommissiewat een veel breder
scala omvat. In de wet wordt ook gesproken
over 'belevingswaarde' en Dijkstra heeft het
over 'associaties die bepaalde vormen oproepen
in de sociaal-culturele context'. Op die terrei
nen kunnen architecten geen aantoonbare
deskundigheid claimen. Ze zijn met name
gepreoccupeerd met visuele vormschikkingen.
Die eenzijdigheid in deskundigheid is een
zwart gat in de commissies. Het trekt alle
macht naar zich toe. De boodschap van
Remkes: 'meer zeggenschap voor de burger' en
'vermaatschappelijking bij welstandtoezicht' is
Deel van het Groninger Museum. Architect:
Coop Himmelblau. De Welstandscommissie
destijds:Voldoet niet geheel en al aan de
criteria, maar heeft een dergelijke hoge
kwaliteit dat alleszins wordt voldaan aan
redelijke eisen van welstand.'
nauwelijks in de nieuwe wet doorgedrongen. Er
vallen alleen wat bouwkruimeltjes van 's heren
tafel. Wil er werkelijk iets van dit voornemen
worden gerealiseerd, dan zal aan de mening van
de burger een stevige stem moeten worden
gegeven in de commissies. De maatschappij kan
voldoende belevingsexpertise leveren, zowel op
universitair niveau als vanuit het verenigingsle
ven van de geïnteresseerde leek.
Verantwoordelijkheid
De verantwoordelijkheid voor de ruimtelijke
kwaliteit wordt in de wet nadrukkelijk bij de
gemeente gelegd. De welstandscommissie
moet zich daarom onthouden van het verstrek
ken van een al gereproduceerd eindoordeel. Zij
behoort B en W te voorzien van informatie,
een analyse te maken van de diverse aspecten
van welstand, inclusief minderheidsmeningen.
Met die brede informatie en voorlichting
kunnen B en W pas echt zelf hun verantwoor
delijkheid nemen.
Ir. S.H. Schaafsma is lid van de Provinciale
Commissie in Groningen.