16
Heemschut
april 2003
Noord-Hollandse normaalstolp. Catrijp
(Schoorl), Heereweg 202. Pentekening Wil de
Bie.
de statige Westfriese stolpen in de dorpslinten
van bijvoorbeeld Twisk, Abbekerk en
Schellinkhout willen missen of de verspreid
liggende hoeves in de oude polders binnen de
Omringdijk? De stadsboerderijen in Enkhuizen,
Schagen of Monnikendam? Stuk voor stuk
unieke bouwwerken die met hun erf, boom
singel, boomgaard, schuur, kap- ofvijzelberg
en hek perfect harmoniëren met het door gene
raties boeren gevormde landschap.
Zelfs binnen een beperkt gebied als West-
Friesland is er een grote variatie op het stan
daard model. In het westelijk deel zie je voor
namelijk het Westfriese type (stal en dars haaks
op elkaar gesitueerd), die in de aanwezige lint
bebouwingen zeer kenmerkend zijn gegroe
peerd. Dit type kent afgeleide en gekeerde
vormen met de darsdeur opzij in plaats van aan
de voorzijde en dan vaak met een symmetrische
voorgevel. In het oostelijk deel daarentegen
staan de zogenaamde normaalstolpen, het type
dat ook in de droogmakerijen, in Kennemer-
land en in de Noordkop staat. Dit type is
meestal eenvoudiger van uitvoering met de
darsdeur achter en stal en dars evenwijdig aan
elkaar.
Hout
Aanvankelijk was de stolp geheel van hout
opgetrokken, met een puntdak steunend op
vier palen. Houten wanden, gerabatte darswe-
gen en verticaal schotwerk of gepotdekselde
gevels maakten de stolp winddicht. Daarmee
was het gebouw volstrekt anders dan de types
in de andere provincies. Volgens architectuur
criticus Ids Haagsma is de stolp van origine een
maximaal gebouw met een minimum aan
middelen. Voor het dak werden houten sparren
met riet aan de binnenzijde gebruikt en riet
en/of pannen aan de buitenkant. De combinatie
van riet en pannen leveren de fraaie dakspiegels
op met trapgevel-, Lodewijk- of eenvoudige
rechte motieven. Achter de voordeur, die soms
verwerd tot een fraaie staatsiedeur, bevond zich
de pronk- of opkamer, vaak boven de kelder.
Hier werden de officiële gelegenheden gevierd.
De boerenfamilie woonde meestal opzij, bij de
stallen, waar zich ook de dagelijkse toegang
bevond. Wanneer het vee van stal naar de wei
verhuisde, gunde de boer zich meer ruimte met
het inrichten van de zogenaamde zomerstal.
Voorbij?
Boeren in een stolp is voorbij. Een stolp met
een veestal is een zeldzaamheid geworden. Om
bedrijfseconomische reden vooral, maar ook
om reden van stank- en geluidsoverlast. Het
boegeroep van Decibel 28 kon niet langer door
de beugel. De dagelijkse gebruiken van een
eeuwenlange agrarische traditie zijn hiermee
verdwenen.
Niet alleen het gebruik van de boerderij veran
dert, de omgeving verandert mee. De steden en
dorpen dijen uit, schuiven de weilanden in, de
akkers op. Fantasieloze Vinexhorizonten
rukken op en bepalen op steeds meer plaatsen
de nieuwe uitzichten. De N242 richting Edam
geeft zo'n beeld. Gelukkig bepalen drie stoere
stolpen nog nadrukkelijk de skyline, maar o wee
als die zouden verdwijnen, dan bepaalt de
onrustige daklijn van de oprukkende woonwijk
en een grove schuur het uitzicht. Het uitzicht
op wat, vraag je jezelf af. De welvaart vertaalt
zich in opzichtige villa's en de economie in de
komst van bedrijventerreinen met potsierlijke
gebouwen. De toenemende infrastructuur eist
eveneens zijn tol door een onbarmhartige en
schaalloze aantasting van landschap en dorp,
waar men soms asfalt aantreft tot onder de
vensterbank. Kortom, de stolpboerderij staat
onder druk, terwijl er elk jaar wel een stuk of
tien door brand verloren gaan. Is het dan
binnenkort echt voorbij en staat de laatste stolp
in het museum?
Wat de boerderijenstichting betreft niet. De
belangstelling voor de boerderij is sterk
Voormalig wees- en armenhuis in Noord
hollandse langhuisstolp, Schagen, Noord 118.
Pentekening Wil de Bie.
gegroeid en de waardering voor het object
enorm gestegen. Iets dat zich bijvoorbeeld
vertaalt in de prijzen op de markt en in de
moeite die mensen in de buurt nemen om
stolpen in de gevarenzone te redden.
Voor elk geval moet in de meeste gevallen een
aparte oplossing gezocht worden. Beleid op
provinciaal en gemeentelijk niveau moet dat
mogelijk maken. Zo moet er gezamenlijk
gezocht worden naar mogelijkheden voor boer
derijcompensatie en naar nieuwe functies voor
stolpen. Wonen in combinatie met anderen
en/of werk moet mogelijk gemaakt worden en
gestimuleerd. Zorgboerderijen is een fenomeen
dat zich thans in gunstige zin ontwikkelt. Zo
ook de mogelijkheden voor logies bij de boer.
Voor het in stand houden van bouwdetails
moeten fondsen vrijgemaakt worden: schoon
heid van een (stolp)boerderij is vaak een optel
som van fraaie en bijzondere bouwelementen.
De boerderij-inventarisatie moet inzicht geven
in het aantal boerderijen en de staat waarin ze
verkeren, een project dat in Noord-Holland in
dit Jaar van de Boerderij wordt afgerond - in
Noord-Holland gaat de teller in de richting van
4.500 stolpen. Een enorme klus die alleen
geklaard kon worden door de inzet van vele
historische verenigingen en vrijwilligers. Het
Jaar van de Boerderij moet de belangstelling
voor de landelijke bouwkunst verder stimuleren
en tot een toekomstvisie leiden. Kijk voor acti
viteiten op www.jaarvandeboerderij.nl of op
www.boerderijenstichting.nl. Alleen dankzij
krachtige steun is de toekomst voor de stolp,
net als die trotse Beemster boerderij aan de
Middenweg Niet zonder hoop
(Met medewerking van Mart Groentjes)
W. Messchaert is bestuurslid van Boerderijen-
stichtingNoord-Holland Vrienden van de Stolp'.