december 2002
Heemschut
35
Na de start van de steenkolenwinning op grote
schaal in het zuiden van Limburg aan het begin
van de twintigste eeuw, groeide de Mijnstreek
in dertig jaar tijd uit van een agrarisch tot een
industriegebied. De bevolking verzevenvou-
digde in dertig jaar. In tegenstelling tot indus
triesteden elders in Europa, kwamen hier geen
geconcentreerde steden rond de mijnzetels tot
stand, maar werden, min of meer op basis van
de Engelse tuinstadgedachte, willekeurig in het
landschap woonwijken met 150-250 wonin
gen gebouwd. Elke buurt ('kolonie') kreeg zijn
kerk, scholen, winkels èn patronaat: het vereni
gingsgebouw waarin alle culturele activiteiten
plaats vonden.
In 1910 werd voor nieuwe woninggroepen ten
noorden van het centrum van Heerlen een kerk
met klooster gebouwd. Tien jaar lang zochten
de paters Franciscanen een geschikte ruimte
voor de vele verenigingen, die in parochiever
band opgericht waren. In 1920 ontstond de
financiële basisvoor een eigen patronaat. De
Franciscanen gaven aan Jos Wielders, een jonge,
moderne architect uit Sittard, de opdracht
voor het ontwerp. Wielders had juist de grote
uitbreiding van het St. Bernardinuscollege
(HBS) van de Franciscanen in Heerlen gereali
seerd en hij was bezig aan het ontwerp van een
patronaat in Sittard-Ophoven. Hij stond sterk
onder invloed van de vormentaal van de
Amsterdamse School en zijn gebouwen hebben
in constructie en verschijningsvorm alle
kenmerken van deze expressionistische stijl.
Jos Wielders en de Amsterdamse School
Jos Wielders (1883-1949) werd aan de Teeken-
school in Roermond opgeleid in de bouwkun
dige tradities van Pierre Cuijpers. Al tijdens de
opleiding had hij kritiek op de uitgangspunten
van Cuijpers: waarom volharden in het gebruik
van oude vormelementen en technieken als
nieuwe bouwvormen en materialen beter en
goedkoper zijn? Wielders doelde hiermee op
het gebruik van beton in plaats van baksteen in
de dragende constructies.
In verband met de behandeling van zijn hoofd
pijnen bezocht hij vanaf de eeuwwisseling
regelmatig Amsterdam. Daar heeft hij onge
twijfeld naar het werk van De KlerkKramer c.s.
gekeken, wellicht heeft hij ook contact gezocht
met hen. Toen hij in 1918 met een eigen
bureau startte, heeft een tekenaar uit Amsterdam
ruim een jaar op het bureau gewerkt. Helaas is
zijn naam onbekend. Tot in 1928 bleef
Wielders' palet bepaald tot deze expressionisti
sche vormentaal. Zijn bekendste werk uit deze
periode is de watertoren van Schimmert. Vanaf
1928 worden zijn ontwerpen een stuk strakker,
onder invloed van Dudok en Bauhaus.
Geamputeerd Patronaat
Voor het patronaatsgebouw in Heerlen
tekende Wielders zes verschillende gevels.
De paters konden kiezen. Het laat zich al
raden: de paters kozen de goedkoopste variant.
Geldgebrek was ook de reden dat het gebouw
niet meteen volgens het ontwerp gebouwd
werd: de bouw van de rechtervleugel, waarin
vergaderruimte en het toneel gepland waren,
werd uitgesteld. Voor de toneelzaal op de
eerste etage werd volstaan met een noodvoor
ziening voor de toneel. Bij het kerkbestuur
respectievelijk het patronaatsbestuur heeft tot
aan de verkoop van het gebouw eind jaren
Watertoren te Schimmert (L). Architect: os
Wielders.
vijftig de intentie bestaan de rechterzijde alsnog
te realiseren. Een drukkerij kreeg in 1958 huis
vesting in een van de zalen van het gebouw. In
het huurcontract was geregeld, dat als het
bedrijf succesvol zou worden, de drukker zorg
zou dragen voor de realisatie van deze rechter
zijde. Helaas is een doorslaggevend succes voor
deze drukkerij uitgebleven.