"'JjgS
6
Heemschut
■VVAAA/W W V>V
De Hef.
Wederopbouwpanden verzocht. In nauwe
samenwerking tussen Comité en gemeente
werd, voor het merendeel door vrijwilligers,
het Inventarisatie Project Wederopbouw
(IPW) uitgevoerd. Dit project omvat de inven
tarisatie van de stedenbouw en de architectuur
van de wederopbouw uit de periode 1940 -1965
binnen de brandgrenzen van het bombarde
ment van 14 mei 1940.
De vervolgens ingestelde Commissie Waarde
stelling Wederopbouw Rotterdam formuleerde
in haar rapport 'Het gebruik van de stad' aan
bevelingen voor een beleid inzake behoud en
verandering van de wederopbouwarchitecmur
en -stedenbouw in de binnenstad. Op basis
hiervan werden in het Selectie Project Weder
opbouw (SPW) 35 objecten geselecteerd die tot
gemeentelijk monument werden aangewezen.
Tevens beval de commissie een aantal 'conser-
veringsgebieden' aan, welke als 'aandachtsge
bieden' in de stedenbouwkundige planvorming
van de binnenstad worden ingebracht.
Vervolgtraject
Inmiddels is het Gemeentelijk Monumenten
Selectie Project (GMSP) gestart waarin de
gemeentelijke monumenten uit de resterende
MlP-lijst worden geselecteerd.
Ook voor de wederopbouwarchitectuur en
-stedenbouw buiten de brandgrens is de in
ventarisatie en selectie begonnen. Voor de
komende herstructureringsoperatie van de
Het St. Jobsveem aan de St. Jobshaven.
naoorlogse woonwijken is dat van groot belang.
Van de nog voor de eredienst in gebruik zijnde
kerken is een inventarisatie gemaakt, waarover
overleg met het Convent van Kerken plaats
vindt. Dit heeft consequenties voor de steden
bouwkundige praktijk.
Tijdige inventarisatie van de historische
elementen en structuren is noodzakelijk om
de historische factor pro-actief in de steden
bouwkundige planontwikkeling in te kunnen
brengen als inspiratiebron, als verrijking voor
de stad. Duurzame stedenbouw is immers ook
zorgvuldig omgaan met het culturele erfgoed:
duurzaamheid die uitstijgt boven het fysieke.
Herontwikkelingstaak
Een goede bestemming is essentieel voor het
voortbestaan van een gebouw en evenzeer voor
een monument. Het is daarom van het grootste
belang om voor monumenten die hun functie
om welke reden dan ook verliezen, een nieuwe,
tweede gebruiker te vinden. Dit brengt een
dynamische factor in het monumentenbeleid:
het vinden van een adequate functie, gevolgd
door het ontwerpen en realiseren van de veelal
daaruit voortvloeiende benodigde fysieke aan
passing, is een ontwikkelingstaak. Het vervaar
digen van een dergelijk plan is een architectoni
sche opgave van belang, waarbij de kwaliteiten
van het monument voorop staan: zorgvuldig
heid en vakbekwaamheid van vormgever en
uitvoerder zijn essentieel. Een geslaagd resul
taat levert een verrijking van het gebouw en
altijd weer een nieuwe 'jaarring'.
IrJ.I. Hage is Hoofd Bureau Monumenten van de
Gemeente Rotterdam.
april 2002