Varende monumenten verenigd
Prijs voor Federatie Oud-Nederlandse Vaartuigen
Wibo Burgt
ers
Varende monumenten raken steeds meer in tel. Een bewijs
daarvan is de toekenning van de Monumentenprijs 2001 van
het Prins Bernhard Cultuurfonds aan de Stichting Federatie
Oud-Nederlandse Vaartuigen (FONV), die zich inzet voor het
behoud van historische vaartuigen. De Federatie overkoepelt
zo'n 15 verenigingen met in totaal zo'n acht tot negenduizend
booteigenaren.
28
Heemschut
De Federatie heeft een kantoorruimte in het
Centrum voor Industrieel en Mobiel Erfgoed
nabij de Floogte Kadijk in Amsterdam. Een van
de (vrijwillige) bureaumedewerkers is Henk
Brunt, secretaris van de onder de FONV
ressorterende sectie Varende Monumenten.
Zijn (betaalde) werk is projectmanager in de
gezondheidszorg. En uiteraard is hij booteige
naar.
Over de toekenning van de prijs, waaraan een
geldbedrag van een ton is verbonden, spreekt
hij met enthousiasme. 'Het is uniek', meent hij,
'voor het eerst een erkenning van roerend
erfgoed. Historische schepen, die als cultuur
goed worden gezien.' De Federatie is van plan
het geld van de prijs te besteden aan een
verdere professionalisering van de werkzaam
heden. Zo komt er een gedegen onderzoek
naar de vraag hoe de Federatie ook op langere
termijn een goede financiële basis kan krijgen.
Brunt: 'Het is nu puur vrijwilligerswerk, er
wordt alleen een bescheiden kostenvergoeding
betaald.' Of dat zo kan blijven is de vraag, ook
al zullen vrijwilligers een belangrijke rol blijven
spelen. 'Je ontkomt op den duur niet aan een
betaalde bureaukracht,' denkt hij. Door het
geld van de prijs is het mogelijk om dat nu goed
uit te zoeken en te beginnen met verdere
professionalisering.
Intussen is in de afgelopen jaren belangrijk
werk verricht voor het behoud van het varend
erfgoed. Vertrekpunt voor de activiteiten lag in
de jaren '80. Aanvankelijk bestond er naast de
Federatie de sectie Varende Monumenten, die
in 1990 een plaats kreeg binnen de Federatie.
Register
Deze sectie heeft heldere criteria ontwikkeld
voor de verschillende scheepstypen, die beeld-
De zandaak Samenwerking, gebouwd als
baggerscheepje in 1892. Restauratie in 1975,
eigenaren P. Jansen en P. Versteege.
Foto: S. van 't Verlaat.
bepalend zijn geweest voor de Nederlandse
wateren. Bovendien is een register aangelegd,
het Nationaal Register Varende Monumenten,
waarin schepen van tenminste 50 jaar oud
kunnen worden opgenomen.
Deze schepen moeten verder een ligplaats in
ons land hebben of onder Nederlandse vlag
varen. Het scheepstype moet bovendien meer
dan 50 jaar geleden beeldbepalend zijn geweest
op de Nederlandse wateren of typerend zijn
geweest voor de Nederlandse scheepsbouw.
Brunt: 'Momenteel zijn er zo'n 2050 vaar
tuigen aangemeld voor de status van varend
monument.' Ongeveer de helft daarvan is
'geschouwd', dat wil zeggen dat bekeken is of
het schip in aanmerking komt voor de monu
mentenstatus op basis van gegevens van de
eigenaar. Vervolgens vindt voorlopige inschrij
ving in het register plaats. Binnen vijf jaar is er
de feitelijke 'schouw' en vindt definitieve
inschrijving plaats. Zo'n 900 schepen hebben
thans definitief de status van monument.
Ook kan een vaartuig als 'historisch casco'
worden geregistreerd. 'Kijk'zegt Brunt, 'die
woonark daar voor ons kantoor in de gracht is
april 2002