Nieuwe Hollandse Waterlinie als megasingel van Randstad Van dood weermiddel naar levend erfgoed Peter Donkersloot De Nieuwe Hollandse Waterlinie (NHW) is het grootste cultuur historische project, waaraan op dit moment gewerkt wordt. Eind 2002, begin 2003 moet er een integraal Linieperspectief en een breed bestuurlijk convenant op tafel liggen als basis voor de realisering van het Nationaal Project NHW (Nota Belvedere, Architectuurnota). De Rijksdienst voor de Monumentenzorg werkt gelijktijdig aan plaatsing van de Nieuwe Hollandse Waterlinie op de Werelderfgoedlijst van de Unesco. 28 Heemschut februari 2002 Tussen 1815 en 1940 is tussenMuiden en de Biesbosch, een unieke verdedigingslinie aange legd (lengte ca. 85 km, breedte ca. 5 km). Na 1940 heeft de linie haar defensieve functie verloren, maar voor een deel verborgen in het landschap is het opmerkelijk hoeveel van de samenhangende onderdelen nog bewaard zijn gebleven. Met elkaar vormt het geheel aan vestingsteden, forten, inundatievelden en aanvullende bouw en waterwerken met bijbehorende landschaps inrichting, een kostbaar cultuurhistorisch feno meen. Er moet iets gebeuren. De linie is kwets baar door verval en wordt bedreigd door voort gaande maatschappelijke ontwikkelingen. Het Nationaal Project wil de linie meer zichtbaar en toegankelijk maken om daarmee de geschiede nis in het landschap en in onze bewustwording weer tot leven te brengen. Door het selectief toelaten van passende nieuwe functies kan voor het gebied en het gebruik van de NHW tevens een meer duurzame toekomst worden gegaran deerd. De Nota Belvedere spreekt van de ontwikkeling van een megasingel voor de Randstad. Wat men met het Nationaal Project wil berei ken is het meest kernachtig te verwoorden in de uitspraak: zoals buitenlanders ons meenemen naar hun Chinese muur, Borobüdur, Acropolis en agora, zo tonen wij op onze beurt Delta werken, IJsselmeerpolders en.Nieuwe Hollandse Waterlinie. Brede verankering Het Nationaal Project NHW is ambitieus, maar ook gecompliceerd. De staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, Geke Faber, is de politiek verantwoordelijke voor dit project. De ingestelde projectgroep is onder gebracht bij het bureau Belvedere in Utrecht. In de stuurgroep zitten vertegenwoordigers van vijf betrokken ministeries en provincies, water schappen en gemeenten die deel uitmaken van het liniegebied. Er is een inventarisatie gemaakt van de vele al lopende plannen en ideeën. De diverse grondeigenaren zijn in beeld gebracht en er vindt een verkenning plaats van mogelijke private partijen die delen van de uitvoering van het plan voor hun rekening zouden willen nemen. Er zijn professionals gehoord en er is periodiek overleg met een klankbordgroep, waarin maatschappelijke belangengroepen - waaronder Heemschut hun inbreng hebben. Najaar 2001 heeft in het noordelijk, midden en zuidelijk deel van het liniegebied een maaschappelijk debat plaatsgevonden. Hiervoor zijn scenario's opgesteld en er is een Waterliniebulletin en een website (www.hollandsewaterlinie.nl). Voor wie eerst wilde weten hoe de linie er nu bijligt, waren acht fietsroutes beschikbaar door het hele gebied. Als eindresultaat is een zogenaamd Burgeradvies aangeboden aan de stuurgroep. Het ontwerpteam dat is aangezocht zal eind april 2002 een voorontwerp Linieperspectief presenteren. Behoud door ontwikkeling De nota Belvedere beoogt de zorg voor behoud van het cultuurhistorisch erfgoed en de op gebiedsontwikkeling gerichte benadering uit de ruimtelijke ordening aan elkaar te koppelen. Nieuwe maatschappelijke ontwikkelingen kunnen worden ingezet om het gebied weer een perspectief te geven. De cultuurhistorie kan bij ruimtelijke inrichting nieuwe en onver wachte dimensies inbrengen. Als een van haar activiteiten heeft het project bureau opdracht gegeven vijf scenario's te ontwerpen om, voorafgaande aan de planvor ming, inspiratie op te doen en discussie uit te lokken over kansrijke combinaties van nieuwe en oude functies in het gebied. Vanuit vijf verschillende invalshoeken, die een veelheid aan combinatiemogelijkheden toela ten, kan naar de toekomst van het liniegebied worden gekeken: - als lijn in het landschap; een perspectief van een groen landschappelijk stelsel dat recht doet aan de kenmerken van de uiteenlopende cultuurhistorische landschappen van het liniegebied: agrarisch gebied; ecologi sche hoofdstructuur; natuurontwikkeling. - als museumlinie; een perspectief van behoud en passend gebruik voor cultuurhistorische elementen van bebou wing, infrastructuur en landschap, zonder te vervallen in een openluchtmuseumbenadering. - als recreatief landschap; het perspectief van de recreatieve en toeristische uitbating en gebruik van de linie. Grote toegankelijkheid voor fietser en wandelaar; pretparkontwikkeling mag niet plaatsvinden. - als urbane linie; perspectief van de inpassing van (nieuwe vormen van) stedelijke woon- en werkfuncties. - als waterlijn; perspectief van de ontmoeting en koppeling van elementen van oude militaire inundatie systemen en waterwerken met moderne wensen voor 'sturen met water': waterberging, drinkwatervoorziening. Ontwikkeling door behoud Het uiteindelijke plan dat zal worden opge steld, het Linieperspectief, moet idealiter een zekere samenhang en herkenbare eenheid vertonen. Tegelijk is het onontkoombaar, dat er een grote differentiatie te zien zal zijn in combinaties van functies bij de verschillende deelgebieden en locaties. lees verder op pag. 33

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2002 | | pagina 30