Invulling
binnenstad
Fo Kang Shan tempel in Amsterdam
Rechtzetting
Heemschut
35
Object en locatie: Voorstraatshaven, Dordrecht
Architecten: Arthur Broek en Han DickeDordrecht
Het betreft de achterzijde van een pand, waar
van het voorhuis en voorgevel art-nouveau
architectuur is en dat gelegen is aan de oudste
straat van Dordrecht: de Wijnstraat. De achter
gevel was in een latere periode geheel verziekt.
Het pand is - met behoud van alle stijlelemen
ten en details - heringericht tot appartementen
met een terugliggende studio op het dak.
Ontwerp en kleurstelling is eigentijds en vormt
een boeiend contrast met het naastliggende
pand 'De Vinckenborgh' (oorspronkelijk 15de
eeuws), rechts in beeld.
Hans Bollebakker, voorzitter Heemschut Zuid-
Holland.
Object en locatie: Zeedijk, Amsterdam
Architect: Fred Greven
Ik heb alleen naar invullingen Amsterdam
gekeken, tenslotte woon ik daar en de binnen
stad is groot genoeg voor nieuwe wereldarchi
tectuur. Maar waar bevindt zich die architec
tuur van wereldklasse dan? Dat wordt heel lang
nadenken of wandelen. Hier heeft de bouw
kunst sedert zo'n honderd jaar geleden stilge
staan, lijkt het wel. Ooit geroemde nieuwbouw,
zoals het Nieuwinarktgebied en de Letteren
faculteit, lijkt na jaren truttig en verouderd.
Ik denk dat de Zwanenburgwal van Paul de Ley
zo'n beetje het beste nieuwe van de stad is. Niet
spectaculair, wel heel erg goed. Ook het groene
NEMO van Renzo Piano, bij het Scheepvaart
museum, waardeer ik zeer, al is het in
Heemschut-kringen omstreden. Het is niet zo
maar een goed gebouw, maar een verrijking van
het stadsgezicht.
Mijn echte nummer één wordt de boeddhisti
sche Fo KangShan tempel aan de Zeedijk. De
eerste in Europa die volgens de principes van
traditionele Chinese bouwkunst gebouwd is.
Het is een geweldige nieuwe invulling in een
van de oudste straten van de stad. Het is
misschien geen toparchitectuur, ik heb wel eens
verfijnder gedetailleerde Chinese tempels
gezien, maar het gebouw is perfect van schaal,
Als gevolg van misplaatsing vindt integrale
herplaatsing plaats van stellingen, behorend bij het
artikel 'Kasteel Nederhemert een bouwhistorisch
topmonument (Heemschut oktober 2001). In dit
artikel worden de stellingen van de auteur - Hans
Bollebakker - ten onrechte aan dr. A. van Drunen
toegeschreven. De stellingen van Van Drunen
worden in het februari-nummer van 2002
afgedrukt. De stellingen van Hans Bollebakker
worden hieronder weergegeven.
Stellingen Hans Bollebakker
1) De kanjerregeling is eenmalig; de huidige
subsidieregeling voorziet niet in partiële
restauratie en werkt uitstel en daardoor
toenemend verval in de hand, met als ultieme
consequentie sloop.
2) Wachten tot al het geld beschikbaar is, is gelijk
aan het wachten op Godot: namelijk vergeefs. Het
is noodzaak om een specifieke clausule aan de
subsidievoorwaarden toe te voegen waardoor
althans cascoherstel kan plaatsvinden, zonder dat
de rest tegelijk - en misschien wel nooit - wordt
aangepakt.
3) Het in schoonheid laten vergaan is geen
aanlokkelijk perspectief omdat het object dan op
den duur verdwijnt.
4) Een monument geschikt maken voor een nieuwe
functie mag niet ten koste gaan van de bouwkundige
en bouwhistorische kwaliteiten. Exploitatietekort
voor gebouwen die bouwhistorisch van eminent
belang zijn, voert dan tot compromitterend
compromis. Een museale functie - het gebouw als
bouwhistorisch artefact - is dan de aangewezen
oplossing. Een adequate subsidiëring is noodzaak.
5) Als de bedoeling van de monumentenzorg is de
wordingsgeschiedenis van mensen zichtbaar te
maken dan is de huidige restauratieopvatting
(herstel van datgene wat aanwezig is) interessant.
Als het de bedoeling van de monumentenzorg ook
is om specifieke cultuuruitingen in stand te
houden dan volgt daaruit dat in sommige gevallen
reconstructie onontkoombaar wordt, onder
voorwaarden dat voldoende aanwijzingen daarvoor
voorhanden zijn.
6) De tijdens het vooronderzoek verkregen
bouwhistorische informatie, dient bij de uitvoering
van het werk aangevuld en opnieuw
geïnterpreteerd te worden. Bij restauraties dient in
de subsidievoorwaarden daarmee verplicht
rekening gehouden te worden.
Voorts is in hetzelfde artikel op pag. 9 een mis
stelling opgetreden m.b.t. de Van Berkels. Deze
hebben nimmer op kasteel Nederhemert, daaren
tegen wel in Den Bosch de scepter gezwaaid.
Gelezen moet worden: In Den Bosch zwaaiden
de tot de Brabantse adel behorende Van Berkels
- ondermeer bewoners van het niet meer
bestaande kasteel Coudenhove - mede de scepter.
een enorme verrijking van de omgeving, zeker
in dit Amsterdamse China Town en is nu al
historisch waardevol.
Bert Franssen.
december 2001