KASTEEL NEDERHEMERT EEN BOUWHISTORISCH TOPMONUMENT Restauratie na 56 jaar aangevangen Hans Bollebakker Op 8 september jl. viel het startschot voor de restauratie van kasteel Nederhemert. Een opmerkelijk succes van het artikel in Heemschut (1998), waarin wordt gevochten voor een hopeloos lijkende zaak. Restauratie van de 14de-eeuwse burcht was immers geen issue meer op de agenda, eenvoudig omdat het benodigde geld er sinds 1945 niet was gekomen en de kosten van jaar tot jaar opliepen. Kernprobleem voor aanpak was de voorwaarde bij subsidiëring, dat de gehele bouwsom gegarandeerd moest zijn voordat kon worden begonnen. Deze voorwaarde maakt in zijn feitelijke werking geleidelijk herstel onmogelijk. Met de moed der wanhoop, veel vakkennis en minimale middelen heeft de Stichting Geldersche Kasteelen in 1964 kans gezien om Nederhemert te conserveren en sindsdien bij te houden. Platte grond, datering 1475-1500Kamphuis p. 192. Woontoren. Kamphuis p. 178. Sinds het eind van de Tweede Wereldoorlog staat de burcht Nederhemert er poëtisch bij als het kasteel van Doornroosje. Niet verloren gegaan, maar wel zwaar gehavend. Heemschut maakte in een artikel in oktober 1998 een inventarisatie van de precaire, door vanda lisme verergerde toestand en luidde de noodklok over Nederhemert. Op 23 oktober 1998 werd het artikel gepresenteerd en met stellingen tijdens een voordracht op kasteel Ammersoyen, aangeboden aan de directeur van de Rijksdienst voor de Monumentenzorgprofdrs. A.L.L.M. Asselbergs. Deze prees het artikel en het onderzoek naar de actuele bouwkundige staat: niet deze informatie kunnen wij iets doen de mogelijk heid tot restauratie moet zonder dogma worden bena derd nu al zullen wij geld zoeken voor nood- conservering.' En Asselbergs houdt woord. Er wordt iets gedaan: geld voor noodconservering komt en Nederhemert wordt boegbeeld van zijn pleidooi voor een speciale subsidieregeling voor volstrekt onrenda bele monumenten, zodat er in ieder geval kan worden Afbeelding 75. Reconstructie van de begane grond van de woontoren. Hierin is 1 de poort; 2 het gedeelte van de poort, dat in latere tijd van vellingkanten is voor zien (de poort was toen omgebouwd tot venster); is de put; en zijn muurtrap- pen met daartussen een portaal (5); bij 7_ muurnissen; bij de vermoedelijke plaats van de schouw; bij 9^ een hooggeplaatst venster; bij _10 twee gekoppelde kaarsnis sen; bij een venster, dat later van veilingkanten is voorzien; bij _12 een venster (met eveneens uitgehakte veilingkanten) dat oorspronkelijk een privaat was, bij 13 staande tanden en bij 14 poeren. 8 Heemst hul oktober 2001

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 2001 | | pagina 10