'Laat die tuinsteden
liever nog even met rust'
Frank van de Poll
Vincent van Rossem over naoorlogse woonwijken
Vincent van Rossem is een opmerkelijke verschijning binnen de
bedaarde wereld van de monumentenzorg. Zijn onconventioneel
voorkomen en onversneden taalgebruik passen meer bij een
vertegenwoordiger van de Amsterdamse kraakbeweging dan bij
een welbespraakte, zorgvuldig formulerende cultuurambtenaar.
Het is duidelijk dat Van Rossem, als medewerker van het
Amsterdamse Bureau Monumentenzorg, niet bepaald de
archetypische monumentenzorger is.
Ilifltll
juni 2001
Heemschut
25
Hij is eerder de realist die met ferme uitspraken
regelmatig in botsing komt met zijn andersden
kende vakgenoten. Soms is hij weer onverwacht
mild, zo niet onverschillig. Zoals over het
megalomane winkelcomplex Villa Arena in
Amsterdam Zuid-Oost. 'Ach, ik houd niet van
dat type winkels. Ik houd überhaupt niet van
winkelen. Ik ga een keer per jaar naar de
Bonneterie om een nieuwe trui te kopen en
speciaal naar die winkel omdat ze altijd dezelfde
truien hebben. Ik hoef alleen naar de maat te
kijken en binnen no time sta ik buiten met weer
een anthraciet-grijze trui. Heerlijk!'
Monumentenwet soms misbruikt
Maar over het gebruik van de monumentenwet
is Van Rossem zeer stellig. Dan spreekt de
academisch gevormde architectuurhistoricus
die een duidelijke beroepsethiek uitstraalt.
Geconfontreerd met een eerdere uitspraak
waarin hij zegt dat in Amsterdam de monumen
tenwet misbruikt wordt om leuke nieuwbouw
in de binnenstad tegen te houden reageert hij
fel: 'Er zijn mensen, door kwaadwillenden wel
aangeduid als de monumentenmaffia, die het
liefst alles op de monumentenlijst willen zetten
om maar zoveel mogelijk te behouden. Maar ik
heb een wetenschappelijk geweten en dus
bepaalde normen over hoe ik mijn werk behoor
te doen. En dan kan ik niet van iets, wat eigenlijk
bagger is, zeggen dat het een geweldig interes
sant 19de eeuws pand is dat op de monumen
tenlijst moet komen.'
Van Rossem doelt op groeperingen als de
Vrienden van de Binnenstad, het
Cuypersgenootschap en Amstelodamum. Maar
ook op actievoerders met eigenbelang. 'Kijk,
wat er vaak gebeurt is het volgende. Er zijn
mensen die wonen voor weinig huur in een leuk
pandje in de binnenstad en plotseling besluit de
eigenaar om het pand te slopen en er nieuwbouw
voor in de plaats te zetten waar veel meer geld
mee kan worden verdiend. Dan beginnen die
Nieuwe ingang Pathé-theater, Vijzelstraat,
Amsterdam. Met deze uitbreiding is een heel
historisch blok verloren gegaan. Nu de
binnenstad beschermd stadsgezicht is zijn
dergelijke ingrepen niet meer mogelijk.
Foto's Frank van de Poll.
Caaf voorbeeld van binnenstedelijke inpassing
in de Eerste Coudsbloemdwarsstraat,
Amsterdam.
huurders een actiegroep en roepen dan dat het
beeld van de stad wordt aangetast als het pand
wordt gesloopt, terwijl hier natuurlijk gewoon
het eigenbelang speelt. Vervolgens wordt zo'n
actiegroep gesteund door De Vrienden van de
Binnenstad, het Cuypersgenootschap of
Amstelodamum. Ik stoor mij niet aan het
eigenbelang van die huurders, daar heb ik alle
begrip voor, maar wel aan die monumentenorga
nisaties omdat ik vind dat zij hun objectiviteit
verliezen. De bedoeling is dat je toch enigszins
kritisch naar zo'n gebouw kijkt. En dat gebeurt
düs nooit op het moment dat mensen de monu
mentenwet misbruiken om nieuwbouw te voor
komen. Want dan moet het coüte que coüte op
die monumentenlijst omdat er dan niet gesloopt
kan worden en er van nieuwbouw geen sprake
meer is.'
Want door de schorsende werking van een aan
vraag tot plaatsing op de monumentenlijst
wordt het bouwproces geweldig gefrustreerd.
Maar niet alleen dat. Vervolgens dient het
Bureau Monumentenzorg een beschrijving van
het desbetreffende pand te maken en dat is
volgens Van Rossem in de meeste gevallen
verspilde tijd. 'Dan moet ik een beschrijving
gaan maken van iets wat eigenlijk helemaal niks
is. En dan weet ik het al weer: dit gaat me weer
kwalijk genomen worden. Want die mensen
vinden dat ik mee moet doen aan dit spelletje.
Vervolgens krijg je het drama in de raadscom
missie. Ik zeg dan dat het om een oninteressant